Boompje voor Vic

We hadden het eigenlijk al als leerkrachten tegen elkaar gezegd, dat we misschien een boompje konden planten voor Vic. Zondag was een van zijn vriendinnen er zelf mee afgekomen, met een klein boompje. Een bolacacia, om precies te zijn, eentje met lekker warrige bladeren, net zoals Vics krullen.

Ze hebben hem maandag geplant, met een indrukwekkende twintig minuten stilte. Ik was er niet bij, ik was examen aan het afnemen, maar ben daarna wel ook een handvol aarde aan het stammetje gaan werpen.

IMG_6208

Goh, Vic, het dringt nog steeds niet helemaal tot me door. We zullen je missen, maatje.

(Een langer verslag over het boompje vind je hier op de website van de school.)

Uitwaaien

Gelukkig had ik vandaag ook geen examens af te nemen, zodat ik kon proberen wat te verbeteren – moeilijk, met vooral Vic in het achterhoofd, en de miserie met Barts knie – en boodschappen kon doen en koken. Daarna was er de gebruikelijke woensdagnamiddagdrukte voor notenleer en gitaar, regelde ik een rolstoel voor Bart en dat soort onzin. Maar het was heerlijk weer, en ik kon Merel thuis laten bij Bart tijdens de rugbytraining, zodat zij voor hem kon “zorgen” als in tafel zetten, koffie geven en dergelijke. Ik ben een rondje rond de Blaarmeersen gaan wandelen, gewoon om mijn hoofd leeg te proberen maken, en eens uit te waaien. Het deed echt deugd, echt waar.

Hectische dag met heerlijk begin en minder fijn vervolg

De dag begon eigenlijk wel fantastisch. Enfin, als je het feit dat Bart met heel veel pijn in de zetel ligt, niet meerekent.

Maar vandaag wordt Gwen 44, en had ik met haar afgesproken voor uitgebreid ontbijt in de Clouds in my Coffee. Ik bracht de kinderen naar school, haalde bloemen, en reed naar Sint-Amandsberg. Om buiten te zitten was het net te fris, maar we zaten er zalig, genoten van het ontbijt, en kletsten uitgebreid. Meer moet dat natuurlijk niet zijn!

IMG_6174

Tegen elf uur reed ik naar huis, want ik moest nog eten maken voor Bart, en om drie uur werden we in het ziekenhuis verwacht voor extra scans. Daar moesten we even wachten, was er eerst een echo, en daarna CT-scan. En daar kwam de radioloog ons nog in het kleedkamertje zelf zoeken: dat we niet naar huis mochten maar onmiddellijk opnieuw naar spoed, want Barts knie was wel degelijk gebroken! Omdat het intussen vijf uur was, gingen we best via spoed. Ik zette Bart er af, en reed om de kinderen, want de twee kleintjes zaten op school in de opvang. Ik zette hen thuis af, zette tafel, zorgde dat ze allemaal aan het eten waren, en haalde Bart af in het ziekenhuis. Verdict: zijn kruisband is volledig afgerukt, en die heeft zelfs een stukje van de bovenkant van zijn scheenbeen afgerukt, zo een van die bolle kanten. Vrijdag moet hij geopereerd worden, en zullen ze er een vijsje insteken. De revalidatie wordt lang, en het zijn minstens zes weken krukken.

Juist. Tot zover de vakantie.

Ik zette Bart thuis af, gaf hem een boterham, gooide Wolf met gitaar in de auto, en reed naar het gitaarexamen. Daar stak ik schaamteloos voor, en kon twintig minuten later dus alweer naar huis, om voor Bart te zorgen en de scouts op te vangen die Kobe kwamen inschrijven voor het kamp.

En toen?

Toen ben ik met een grote zucht onderuit gezakt in de zetel. Serieus, zeg.

Efkes paniek!

Deze voormiddag zat ik rustig mondeling examen af te nemen, toen plots mijn telefoon ging met de ringtone van Bart. Huh? Bart belt me sowieso nooit als ik op school ben, en al helemaal niet tijdens een examen. Ik verontschuldigde me bij de leerling (gelukkig mijn beste, die zich niet van de wijs liet brengen) en nam op. Een verontruste Bart zei: “Je moet naar huis komen, nu!” Ik antwoordde schamper: “Schat, ik zit midden in mondelinge examens, dat kan niet!” “En toch moet het! Want bij ons thuis is het rookalarm aan het afgaan, en ik wilde ernaartoe rijden, maar ben gevallen met de moto.” Oh. Juist. “Ik bel je terug, wacht even.” Mijn leerling zat geduldig te wachten, terwijl ik in een paniek naar Delphine, onze apotheker belde die een sleutel heeft, of zij kon gaan kijken. Dat ging niet, maar ze ging wel iets vinden. Een examenvraag later belde ze terug dat ze naar onze buren had gebeld en dat die gingen kijken. Oef. Ik belde terug naar Bart, en die zei dat hij zich naar de spoed ging laten brengen, want dat zijn knie echt niet in orde was. Juist, helemaal paniek! Ik belde het secretariaat, en die belde de rest van de leerlingen op om te zeggen dat alles een uur opschoof, werkte het – overigens schitterende – examen van die ene leerling af, verontschuldigde me bij de drie al wachtende leerlingen en liet hen studeren in het lokaal, sprong in de auto, reed naar huis. Daar was net het brandalarm gestopt met piepen, wist de buurman te vertellen, en was er niks te zien. Toch al één opluchting!
Ik grabbelde de krukken mee en reed naar Sint-Lucas. Daar zat Bart op spoed te wachten met een hele dikke knie, waarvan ze net foto’s hadden genomen. Ik zag dat hij veilig zat, gaf hem de krukken, reed terug naar school, draaide de knop in mijn hoofd om, en nam verder examen af.

En toen ging ik Bart ophalen van de spoed, waar men wist te zeggen dat het niet gebroken was, maar dat het veel te dik stond voor echo en CT-scan, en dat we morgen terug moesten komen.

Bon.

Ik heb hem hier thuis met een paar grote pijnstillers in de zetel geïnstalleerd, heb mijn LARP-weekendje met pijn in het hart afgezegd, en dat was dat.

Tsja. Shit happens.

Vaderdag

Bart verdiende eigenlijk beter: na het nieuws van gisteren ben ik geen klop waard, en het was dan ook een bizarre vaderdag. Normaal gezien ging ik de hele dag meegaan naar de rugby in Tourcoing, maar ik wilde echt vanmiddag naar school om samen met de leerlingen een rouwkamer in te richten. Gelukkig kon Wolf met anderen meerijden.

Thuis ging het niet echt vlot om me te concentreren, en na de middag ben ik dan maar naar school getrokken, om pas na vijven terug te zijn. Het samenzijn met de leerlingen had me deugd gedaan, net zoals gisteren, en ik heb wat meer innerlijke rust, denk ik.

Hoe dan ook moesten we dus tot ’s avonds wachten om Barts cadeautjes te geven. Merel had een liedje, een versje én een cadeautje: een zwart geschilderde confituurpot met een zelfgemaakte slak uit klei op het deksel, gevuld met popcorn! Best wel mooi, eigenlijk.

Kobe had een hele mooie kaart en een sleutelhanger, en Wolf had een snor gemaakt. En samen mochten ze dan nog twee grote dozen afgeven: een Kitchenaid met extra toebehoren. Bart glunderde, gelukkig maar. En toen was er nog niet eens met de doos gespeeld!