Paddenstoel

(Ik vind het woord absoluut niet kloppen met die tussen -n, maar dit terzijde)

Dat er geen zomer is geweest, weten we allemaal. Dat het nu herfst is, heeft mijn tuin net bevestigd. Er staan al langer van die kleine schattige bruine paddenstoeltjes in met die bolle hoedjes, maar deze morgen zag ik ook deze staan:

paddenstoel

Ik kan me niet herinneren dat ik al ooit zo eentje gezien heb. Zo’n tiental centimeter hoog, rank en slank.Geen idee welke soort het is.

Mooi.

Maar wel herfstig, verdomme!

Aanvulling op de vorige post – lopen

Nog even erbij zeggen: het is enkel lopen waar ik een enorm probleem mee heb.

Ik ben vorige week een paar keer gaan fietsen, op een doodgewone damesfiets in doodgewone kleren, en volgens Runkeeper hield ik er een mooi tempo op na, gemiddeld 22 km. Ik zweette niet eens.

Toen ik destijds bij de dokter een cardiovasculaire proef moest afleggen, was dat op een fiets, en mijn hartslag deed heel normaal, net zoals mijn ademhaling en dergelijke, en mijn conditie bleek nog mee te vallen. Moesten ze me diezelfde test afgenomen hebben op een loopband, ze hadden me ter plekke richting ziekenhuis gestuurd, vermoed ik.

Pompen, iets wat een pure krachtinspanning is, is ook geen probleem: ik kan zonder veel moeite (voor zover mijn polsen het uithouden, dat wel) 30 keer pompen. En dan echt pompen, niet met de knietjes op de grond uiteraard.

Maar niet lopen. Of springen. Of iets anders waar mijn ademhaling volledig mee in de knoop slaat.

Eind deze week ga ik kijken naar een manège, om eventueel weer te beginnen paardrijden. Want dat lukt dan wel weer probleemloos, ondanks de stijve spieren.

Lopen – of toch niet

Nu ik al behoorlijk wat gewicht kwijt ben, is het tijd om ook te sporten. Ik ben al een paar keer gaan fietsen, en ik heb al een hele tijd de Start to Run op mijn iPhone staan. Ilse heeft vorige week mijn geleende sportschoenen teruggebracht, en dus had ik niet veel excuses meer.

Bart is vorige week een keer of drie gaan lopen. Telkens amper tien minuten, maar je moet ergens beginnen, nietwaar? Toen we het er gisterenavond over hadden, besloot ik mee te gaan. Deze morgen heeft hij me dus om half zeven wakker gemaakt, en stond ik tien minuten later buiten in Tshirt, legging en loopschoenen. Maar nog zonder Start to Run, eerst eens kijken wat het gaf.

We zijn samen gestart, maar ik liep vééls te traag voor hem. En zelfs dan nog. Ik ben een meter of 200 ver geraakt, en toen moest ik al stappen. Zucht. Zweten deed ik niet, ik had alleen geen adem meer. Het voelde alsof mijn longen amper halverwege mijn ribben kwamen, en mijn luchtpijp en longen brandden. Fijn.
Ik ben verder gewandeld, en heb nog een keer of drie geprobeerd om opnieuw te lopen. Langer dan een halve minuut (kan ook korter geweest zijn) hield ik het nooit uit.

Bon, ik heb dus toch een ochtendwandeling gemaakt.

En ik voelde me weer zestien en een complete mislukkeling. Toen moesten we ook lopen: twaalf minuten lang, en zien hoe ver je geraakte, de fameuze Coopertest. Ik weet dat ik in het laatste jaar drie weken lang elke morgen om zeven uur ben opgestaan om rondjes te lopen rond de binnentuin (ik zat op internaat). Zonder resultaat. Nu ja, na drie weken raakte ik op twaalf minuten ongeveer honderd meter verder dan in het begin. Mijn lerares wist dat ik elke morgen ging lopen, en gaf me vol medelijden toch nog een vijf, waar ik eigenlijk een drie verdiende.

Vanmorgen heb ik dus mijn tranen verbeten, en was ik blij dat ik nog niks gegeten had, want ik had het vast en zeker uitgekotst.

Lopen, het is niks voor mij. Helaas.

Oostende – dag twee

Of strikt genomen dag drie, maar zo nauw steekt het niet.

De twee aparte bedden waren duidelijk beter dan het zetelbed: ik heb een stuk beter geslapen. Nog een chance, want gisterenavond was Merel te moe om veel te eten, en dus zette ze om 02.02u haar keel open, en heb ik ze nét genoeg kunnen sussen om ze de borst te kunnen geven. Is me dat een koleirig klein ding zeg!
Om twintig na vijf was ze er weer, en heb ik ze gewoon een stevige fles van 270 ml gegeven, die ze zonder pardon en zonder omkijken heeft leeggesabberd, om daarna netjes te slapen tot kwart voor acht. Oef. De jongens waren intussen wakker geworden en lagen tv te kijken. Ook oef.

Na het ontbijt is Bart dan met de jongens naar het strand getrokken: het waaide, het was koud, maar het regende even niet, en de zon is er zelfs eventjes doorgekomen. Ze hebben een diepe put gegraven – heb ik het strandgerief toch niet voor niets meegezeuld – en hebben gevliegerd.

zee1

zee1bis

zee2

De foto’s zijn vanop ons balkon getrokken, terwijl Merel sliep en ik alles weer aan het inpakken was.

Tegen elf uur moesten we het appartement verlaten, wat we dan ook gedaan hebben. We hebben beneden in de bar nog een koffie gedronken en Merel eten gegeven, en zijn daarna naar huis gereden. Want, jawel, het was inmiddels weer aan het regenen. Thuis is Bart om McDonalds gereden, en hebben we thuis in de keuken gegeten, en daarna de haard aangestoken. In het laatste weekend van augustus.

Meh.

Oostende

Zoals elk jaar zijn we door mijn schoonouders uitgenodigd op familieweekend: Ravelingen bij Oostende, deze keer. Het wordt namelijk een beetje moeilijker: een gewoon hotel met twee babies van negen maanden is niet meer eenvoudig, en dan zijn er ook nog onze jongens. Daarom hadden ze deze keer geopteerd voor twee studio’s: een living met een zetelbed, een keukentje met koelkast, microgolf, kookplaatjes en dergelijke, en dan nog (naast badkamer en WC uiteraard) een aparte kamer met twee bedden. In de ene studio verblijven mijn schoonouders en schoonbroer en -zus met baby Liv, in de andere studio zitten wij.

De jongens hadden er moed op, zo’n weekendje aan zee (en dat mag je letterlijk nemen: enkel de dijkweg lag tussen ons en het strand), maar helaas, zelfs het laatste weekend heeft onze zomer geen toegevingen willen doen.

Gisteren moest ik herexamen afnemen en zaten de kinderen bij Koning Kevin, en aangezien het hier weer vrolijk aan het regenen was, heb ik ze er maar gelaten tot vier uur, en ben pas dan vertrokken, in plaats van rond een uur of twee. Wat zouden we anders op dat appartement maar zitten doen, in de regen? Bart had teamdag bij Netlash, en kwam pas ’s avonds laat aan. Ik heb dus alle valiezen gemaakt en ingeladen, heb drie kinderen ingeladen, een CD van het Geluidshuis opgezet, en ben naar Oostende gereden. Gelukkig stonden Koen en Else stand-by om uit te laden, want voor Merel was het intussen welletjes in de auto – ze wil er immers niet slapen – en die was haar keel beginnen openzetten. En ja, die van ons kan nogal brullen.

Het avondmaal in het bijhorende restaurant was niet schitterend (het dessert heb ik zelfs laten staan, allemaal goed voor de WW), en de kinderen waren doodop. Merel heb ik tegen acht uur in bed gestoken, tussen hoofdmaaltijd en dessert, en tegen dat ik terug was, hadden de jongens hun dessert binnen, heb ik zelf even in dat van mij zitten defelen, en heb ik ze dan ook maar in bed gestoken. Allemaal samen in de tweede kamer. Zelf ben ik dan in de andere studio gaan zitten, met mijn GSM als babyfoon. Ah ja, want Wolf is groot genoeg om te kunnen bellen als er iets scheelt, en als er ook maar eentje zijn keel openzet, is Wolf ook wakker. En ja, rond tien uur belde hij: Kobe en hij konden niet slapen, maar konden ook niet liggen kletsen omwille van Merel. Ik heb ze dan uit bed gehaald, beetje te drinken gegeven, spelletje Wie is het? gespeeld, en terug in bed geduveld.

Bij de anderen op de kamer was het best gezellig: Nelly had een fles champagne en pralines mee, en we hebben oeverloos zitten kletsen. Het leek wel een kamer op schoolreis! Maar de bar vier verdiepingen lager was geen optie, wegens geen bereik van de babyfoons (de echte).

Bart kwam toe rond half elf, en een uurtje later lagen we in bed. Amai. Zo’n zetelbed, da’s niet bevorderlijk voor de nachtrust: het zakte door, en ik heb amper een oog dichtgedaan. En tien voor zes was Merel er al om te drinken. Ik heb ze daarna nog wel eventjes terug in haar bedje kunnen leggen, maar tegen zeven uur zaten alledrie de kinderen toch vrolijk wakker bij ons. En hadden ze honger, alledrie. Tegen acht uur zaten we dus aan het ontbijt.

Buiten was het aan het regenen, dus staken we Merel terug in bed, ging Bart met Wolf en Kobe naar de speelzaal beneden, en ging ik daarna zwemmen met de jongens. Een groot zwembad (waarbij we tussen de aquarobics voor de oudjes zijn verzeild, tot grote hilariteit van de kinderen), een klein leuk kleuterzwembad, twee grote jacuzzi’s, en een sauna. Maar in die laatste zijn we niet geraakt.

We hebben er ’s middags ook ter plaatse gegeten (een tonijnsla om écht niet over naar huis te schrijven), en toen moest Merel alweer slapen. Ik was echt jaloers op Koen en Else: die zijn naar Oostende gaan rondlopen en winkelen, want Liv slaapt toch in de buggy. Merel zet gewoon de boel op stelten en krijst het kot bij elkaar als ze moe wordt en geen bedje heeft, zucht. De jongens hebben ook wat rustig tv gekeken, en daarna hebben we een wandeling op de dijk gemaakt – het was even gestopt met regenen – en zijn boodschappen gaan doen in de Delhaize. En toen goot het alweer, zodat er ook van vliegeren geen sprake was. Hmpf.

Merel moest alwéér in bed, maar toen zijn ook Bart en Kobe in slaap gevallen. Bovenop elkaar.

slapenoostende

Uiteindelijk zijn Bart en Wolf dan maar naar beneden gegaan, aperitieven met de rest, en heb ik de andere twee nog laten slapen tot kwart voor zeven. Kobe huilde toen ik hem wakker maakte: hij wilde vooral slapen, en had op dat moment geen zin in eten. Het ventje…

Soit, tijdens de – overigens een pak betere – maaltijd zijn afwisselend Bart en ik wat kinderen in bed gaan steken, voederen, sussen, en hebben we ze uiteindelijk in het grote bed gelegd. De twee aparte bedjes in de aparte kamers zijn een stuk beter, en op die manier kunnen de jongens ’s morgens ook tv kijken als ze wakker worden, en kan Merel hen niet meer wakker maken. Ik ben benieuwd.

Weight Watchers

Twee weken geleden had ik een schitterend resultaat: -1,6 kilo op de cursus. Nu, ik relativeer dat gewicht altijd wat, omdat dat nogal afhankelijk is van wat ik net gegeten/gedronken heb en van de kleren die ik aanheb. De volgende morgen (in altijd exact dezelfde omstandigheden, zijnde mijn ondergoed, voor het ontbijt) was er toch ook nog 1 kilo af, dus het was wel ok.

De week daarna begon met een zwaar weekend, en de rest van de week had ik het er moeilijk mee. Niet dat ik vreetbuien had, maar ik schreef ook niet op, en dat wreekte zich: + 800 gr op de cursus, en ook thuis was het 500+ Helaas.

Deze week heb ik dan wel nauwgezet alles opgeschreven, me netjes aan de regels gehouden, lekker gegeten, en zelfs een aantal keer gefietst. Ik ging dan ook met een groot hart naar de cursus, zeker van een goed resultaat. Ik voelde me goed, en had ook wel het gevoel dat ik er goed uitzag. Ik had wel mijn nieuwe jeans aan, en ja, jeans dat weegt, maar dan nog.

Bleek er geen gram af te zijn. Hmpf. Nochtans had ik in de week de weegschaal netjes naar beneden zien gaan, ik was er dus zeker van dat het wel ok was. Ik heb het niet aan mijn hart laten komen. Julie was helaas een klein beetje aangekomen, en dus waren we met twee die toch niks mochten gaan drinken.

Deze morgen heb ik me dan thuis gewogen, in standaard omstandigheden, en jawel, een kilo eraf. Oef. Ik dacht het wel.

Als ik me echt netjes aan het programma houd, dan werkt het, zo simpel als dat. Ik heb nog een tiental kilo te gaan om op een BMI van 25 terecht te komen, maar we werken eraan.

Volgende week gaan Julie en ik weer voor de halve kilo om iets te kunnen/mogen gaan drinken, en dit keer doet Stephanie ook mee. En hopelijk krijgen we zo beetje bij beetje nog andere cursisten mee. Het kan maar een extra motivatie zijn!

Hieronder, voor mezelf eigenlijk, nog eens mijn evolutie, thuis gewogen.

17-06: 84,7
24-06: 84,0
01-07: 83,2
08-07: 83,0
15-07: 82,2
22-07: 83,7
29-07: 83,0
05-08: 83,0
12-08: 82,1
19-08: 82,6
26-08: 81,6

Drie kilo op 9 weken, het valt een beetje tegen. Maar ik weet vooral waar het aan ligt, en dat is mezelf. Maar bon, het zijn toch drie kilo eraf :-p

Oh, en nog even ter vergelijking, de officiële gewichten van de donderdagavond om 19.30u op cursus, vlak na mijn eten en met wisselende kleren aan:

17-06: 87,4
24-06: 86,8
01-07: 85,8
08-07: 85,2
15-07: 84,7
22-07: –
29-07: 84,8
05-08: 85,2
12-08: 83,6
19-08: 84,4
26-08: 84,4

Er komt helaas wel een zwaar weekend aan: het familieweekend met de schoonfamilie, gastronomisch en al. Aiaiai…

Spinazietaart met ham en kruidenkaas

spinazietaart

Dit recept heb ik oorspronkelijk uit de reclameblaadjes van de Colruyt, maar het staat schaamteloos overal op het internet onder persoonlijke namen. Soit, ik ben het hier dus ook maar aan het posten, omdat het zo lekker is. EN omdat je heerlijk gegeten hebt voor behoorlijk weinig calorieën , al bij al.

Ingrediënten (voor 4 personen, tenzij je het als voorgerecht gebruikt)

– 200 g gekookte ham
– een potje van 150 g verse kruidenkaas (bv. Mirée)
– 400 g bladspinazie (diepvries)
– 200 g kerstomaatjes
– 1 vel uitgerold bladerdeeg
– 4 eieren
– 1 dl  room
– 1/4 potje verse bieslook
– kruiden: 1 koffiel. paprikapoeder, 1 koffiel. tijm,
1 koffiel. dille
– peper en zout

Werkwijze:

– Snipper de bieslook fijn en roer door de kruidenkaas. Voeg de dille en wat peper toe.
– Klop de eieren los met de room. Kruid met de paprika, tijm, peper en zout.
– Snij de ham in reepjes of blokjes, of koop gewoon van die hamreepjes in bakjes
– Halveer de kerstomaatjes.

– Leg het uitgerolde bladerdeeg met het bakpapier in een taartvorm.
– Verdeel de diepgevroren spinazie over de bodem, strooi de ham erover en wissel af met hoopjes kruidenkaas. Giet het eimengsel overal rond en versier met de kerstomaatjes (snijvlak naar boven).
– Bak de taart 40 à 45 min. in een op 200°C voorverwarmde oven, tot ze in het midden niet meer vloeibaar is (een mes dat u erin steekt, moet er droog uitkomen). Dien op met een gemengde sla met scheutjes en tomaten.

De enige toegeving die ik gedaan heb, is het gebruik van ultra lichte room van Campina ipv. gewone room. En hier thuis zijn ze er zot op!

(Voor het recept met propunten van Weight Watchers: zie www.dieet-volgen.be)

Mwoeha.

Ik had gepland om vandaag tegen negen uur met de jongens aan mijn garage te staan (auto moet binnen voor groot onderhoud) en daar dan de tram/bus te nemen naar het Sint-Pietersplein om De Wereld van Kina te gaan bekijken.

Niet dus, door Koning Kevin.

Ik stond dus om tien uur aan mijn garage, met de fiets in de koffer. De aan telefoon vooropgestelde drie uur waren er plots een aantal meer (“Goh mevrouw, hij zal zeker klaar zijn tegen vier uur”), maar welgemoed fietste ik het Zuidpark langs, tot de regen me noopte in het winkelcentrum van de Zuid binnen te vluchten. Hoe jammer nou. Ik vond er een heel knap kleedje in de Cassis (wie had dat ooit gedacht, dat ze daar dingen in mijn maat gingen hebben), kocht een zwart bolhoedje voor tien euro in de H&M tegen de regen, wurmde me in een jeans maatje 44 en slaagde daar nog wonderwel in, en huppelde vrolijk terug naar buiten, richting Sofie. Die had mijn oproep om samen iets te eten in het Gentse beantwoord, en dus togen we naar Jilles, alwaar ik een bijzonder smakelijke salade naar binnen werkte.

Sofie ging terug aan het werk, en ik fietste fluitend door de regen naar de Inno, om daar ten voordele van mijn mans garderobe enige euro’s uit te geven. Mijn eigen garderobe voelde zich zwaar verongelijkt, en dus repte ik me naar de Cora Kemperman om daar een speciaal zwart Tshirt aan de haak te slaan.

Toen vond ik het welletjes qua geld uitgeven, en dus fietste ik terug naar de Burggravenlaan, alwaar ik nog een half uurtje heb zitten lezen en ongeduldige blikken heb zitten werpen, tot ik uiteindelijk toch weer de sleutels van mijn blitse bolide overhandigd kreeg. En meteen 420 euro afhandig werd gemaakt. Tot zover het stoppen met spenderen dus.

Thuis  liep ik te paraderen in een strakke jeans, met een blits zwart Tshirt en een bolhoedje, en kreeg ik goedkeurende blikken.

Toen vroeg ik aan Kobe: “Wel, hoe zie ik eruit in deze jeans, liefje?” Een keurende blik later kreeg ik antwoord: “Heel goed, mama, maar je hebt nog steeds een dikke poep”.

Realitycheck, iemand?