De Mensheid

Met Véronique naar het theater is telkens weer een belevenis. Dinsdagnacht – of eigenlijk al woensdagmorgen – stuurde ze me een bericht: “Ga je morgen mee naar NTG? Het zal goed zijn!” Meer heb ik niet nodig, en dus waren we netjes tegen acht uur present op het Sint-Baafsplein.

“De Mensheid” van Grunberg en De Pauw is op zich ook een belevenis, vooral impressionant door de sopraan Claron McFadden. Wat een stem! En een toch wel indrukwekkende tekst.
Josse De Pauw neemt als advocaat de verdediging van de mensheid op zich, een diersoort die het meest van al belasterd en beledigd wordt, en dat is niet fair, vindt hij. Nu ja, vindt schrijver Arnon Grunberg, die, vreemd genoeg, de hele tijd netjes in pak op een vreemdsoortige roeimachine zit te zwoegen zonder een woord te zeggen.

Het geheel wordt opgeluisterd door de muziek van Claron McFadden en pianist Kris Defoort, die vaak zelfs gezongen commentaar geven op wat er gezegd wordt. Die tekst is… vintage Grunberg, zou ik zeggen. Prachtig geschreven, vaak nogal zwaar op de hand, en met schitterende quotes. Twee die ik (min of meer, sorry) onthouden heb, zijn:

“Het zijn alleen maar helden die willen sterven voor hun principes. De meeste helden zijn dan ook dood.”

“Liefde is als een onwerkzame pijnstiller. Ze doet de pijn wel verminderen, maar neemt de oorzaak niet weg. “

En dan… lijkt het alsof De Pauw aan het einde van zijn tekst is, maar dat betekent nog niet het einde van het stuk. Plots komt Grunberg van zijn roeimachine en moeit hij zich als auteur over de manier waarop de tekst gebracht werd. En gaan beide heren dieper in op de betekenis van de tekst, maken ze zelfs ruzie, ontpopt de auteur zich tot een waar acteur en weet De Pauw even van geen hout pijlen maken. Die epiloog is verwarrend, maar tilt het stuk wel naar een hoger niveau.

Al bij al een zeer fijn stuk, als je van teksttheater houdt. En van een glasheldere sopraanstem.

En als je dan nog kan afsluiten met een cocktail… Tsja, dan kan het helemaal niet meer stuk.


Bedankt voor de fijne avond, lieverd!

Een hele fijne bespreking van het stuk vind je overigens ook hier.

Korda – Glashtyn mini

Awel, het doet toch wel ongelofelijk veel deugd wanneer je als figurant gevraagd wordt op een unsanctioned mini. Even uitleggen: twee keer per jaar gaat er per larpreeks een weekend door met alles erop en eraan. Maar tussendoor blijf je soms op je honger zitten als personage: dan wil je eigenlijk met je ingame vrienden nog eens samenkomen en dingen uitspelen. Dan kan dat sanctioned: met medeweten en goedkeuring en aanwezigheid van spelleiding, en dan hebben al je daden op die ene avond ook gevolgen. Of het kan unsanctioned: dan is het meer voor de gezelligheid, mag er ook niet echt plot gespeeld worden, maar kan je wel praten natuurlijk, want ook dat gebeurt standaard wel tussen evenementen.

Nu, de Korda en de Glashtyn hielden een unsanctioned, en hadden er graag Olga bij gehad, de hoge pief van huize Korda. Nu, dat is een figurant, ik kan dat niet zomaar toezeggen, maar gelukkig zag spelleiding er geen graten in en kreeg ik zelfs een extra stukje achtergrond als update. Wat mijn personage wel en niet weet, zeg maar.

We hadden eerst met een ganse bende afgesproken op Die Quaeye Werelt in het Rivierenhof in Deurne, in kostuum, maar het was eigenlijk echt wel pokkewarm. De jongens waren ook mee, en we zaten met zo’n twintigtal op het middenplein in de volle zon. Voeg daaraan toe – ik had er zelf niet bij stilgestaan, het was Wolf die me er achteraf op wees – dat Bart bonenburgers had gemaakt, iets waar ik eigenlijk niet tegen kan, en ik begon me echt slecht te voelen op een bepaald moment. Ik ben een half uurtje in de schaduw gaan liggen, maar ik werd eigenlijk alleen maar misselijker. Ik ben dan maar naar de EHBOtent getrokken, waar ze me deden neerliggen, me probeerden af te koelen, en waar ik dan ook enthousiast heb overgegeven in de berm. Tsja. Daarna ging het gelukkig beter, al voelde ik me toch niet echt optimaal. Gelukkig besloten we toen eigenlijk allemaal om richting de kampplaats in Brecht te rijden, op een paar kilometer van het huis van een van de Korda.

Het was een hele mooie locatie aan een visvijver, met een soortement houten barakje en de mogelijkheid voor kampvuur. Soit, tegen negenen gingen we effectief in game, tegen elf uur was er eindelijk de barbecue zelf, en intussen zijn we zowat de hele tijd puur ingame gebleven. Er waren stevige gesprekken tussen de Korda maar ook met de Mort’Hak die aanwezig waren. En nog later zijn we beginnen zingen rond het kampvuur. Kobe is in zijn tent gekropen rond één uur, Wolf is mee opgebleven tot half vier, toen we maar meteen allemaal besloten te gaan slapen.

Wat dat slapen betreft: die mannen zijn echt zot! Toen ze me uitnodigden en zeiden dat het in tenten te doen was, zag ik dat niet zitten: de hoe dan ook oncomfortabele houding en de klamte van een tent is niks voor mijn rug. En toen bood Wim aan om een bed mee te brengen voor in zijn grote tent. En dat is dus exact wat ik kreeg: een heus bed in een bijzonder grote en aangename Kordatent. Héérlijk, en ook wel goed zot, ja.

Voeg daar nog een fijne massage van kinestudent Mathias aan toe, en de rug kon het wel hebben, ja.

Het werd een zeer aangename avond, jawel. Lang leve tante Olga. En ik ben gigantisch dankbaar dat ze me uitnodigden, als ouwe figurant.

Grove

Een tijd geleden kondigde Anouk Dubois, larper, Antwerpenaar, lief van Cody en een ongelofelijk wijs mens, aan dat ze een concert gaf als eindexamen aan de Jazz Studio. Grove was de titel, en ze speelde in het Fakkeltheater in Antwerpen.

Meteen een heel erg goeie reden om naar Antwerpen te gaan, naar dat concert te luisteren, en daarna af te zakken naar The Geeky Cauldron. Dat café kan je gerust mijn stamcafé noemen, voor zover ik dat zou hebben natuurlijk. Ik ga namelijk nooit op café, allez, toch niet meer sinds mijn studententijd toen ik praktisch in de Yucca woonde. Maar een stamcafé, dat is voor mij een plek waar je de eigenaars kent, waar je je thuis voelt, en waar je zo goed als altijd wel iemand kent als je binnenstapt. Check, check en check. Ook al is het dan in – of all places – Antwerpen.

Ik had een ganse hoop volk verzameld, onder andere de Korda Boys, en Robbe en Jarne reden met mij mee. Geen idee waarom, maar ik lig blijkbaar goed in de markt bij twintigers tegenwoordig :-p

Het werd een stevig concert, knap gezongen en met nummers die er stonden. Ze begon met een aantal Nederlandstalige nummers, waaronder een heel mooi liefdeslied voor Cody. Ik heb er geen idee van of die eigenlijk zelfs in staat is te blozen, maar op dat moment kwam het er toch redelijk dicht bij.
Daarna ging ze verder in het Engels, vrij uiteenlopend, meestal vrij zacht. Eén nummer sprong eruit, en dat heeft ze dan ook nog eens als bisnummer hernomen. Een aanklacht tegen onrecht, oorlog en het wegkijken ervan, geschreven na een trip naar Belfast.

Zoals gezegd trokken we daarna naar de Cauldron. Zo goed als iedereen ging te voet – het is dan ook maar een goeie tien minuten stappen – maar ik wist dat ik ’s nachts die wandeling niet meer ging zien zitten wegens rug kapot, en dat ik dus maar best naar de parkeergarage tegenover de Cauldron reed. Philip reed met mij mee, en als er blijkbaar een iemand is die Antwerpen kent, is hij het wel. Hij toonde me meteen een paar mooie plekjes en we pikten samen een cache op in de voetgangerstunnel waar ik nog nooit geweest was.

Meteen liet hij me ook de scenic route rijden waarbij ik een hele uitleg kreeg over de verschillende bezienswaardigheden, waardoor ik meteen besloot om deze zomer eens een ganse dag naar Antwerpen af te zakken met mijn fiets in de koffer, en dan samen met hem de stad te verkennen. Hij is de ideale stadsgids, zo blijkt, zeker als het op architectuur aankomt. Ik kijk er al gigantisch naar uit!

Een en ander zorgde ervoor dat we pas een hele tijd later in de Cauldron waren en sommigen al licht ongerust begonnen te worden. Echt, die gasten zijn zó ongelofelijk zorgzaam…
In de Cauldron werd er uiteraard vooral over larp gepraat, zoals altijd, en het grappige was dat Mathias zijn zo-goed-als-lief had meegebracht, maar nog met geen woord gerept had over het fenomeen larp. Ik heb het kind dan maar uitgelegd wat dat allemaal inhield, compleet met een paar foto’s, terwijl hij buiten eentje ging roken. Ze wist niet wat ze ervan moest denken…

Soit, al bij al was het tegen twee uur voor ik terug huiswaarts reed. Robbe was intussen al met Jesse meegereden, maar gelukkig had ik nog steeds Jarne om me wakker te houden op die lange en saaie E34.

Fijne avond, voorwaar, en ik verzeker u: van Anouk gaan we nog horen.

Fijne, fijne dag

Vandaag heb ik er echt gewoon carpe diem van gemaakt. Als in: doen wat je moet doen, maar op de leukst mogelijke manier.

Er was om te beginnen de twee uur les in het zesde. Momenteel zijn we bezig met Antieke Filosofie, en dus trokken we naar de buitenklas. Soms heb ik mijn bord nodig voor de meest bizarre tekeningetjes en grafieken, maar niet vandaag. Vandaag had ik de zon nodig, gewoon om Plato’s allegorie van de grot te kunnen uitleggen.

En na de pauze liepen we het park in. Da’s dus echt zalig aan onze school: we liggen naast een groot veld en een fijn bos. Daar kon ik me volledig aan de categorieën en substanties, oorzaken, δυναμις en ενεργεια van Aristoteles gooien, compleet met zijn peripatetische methode.

Toen was er nog een uur toezicht bij blijkbaar een van de zwaarste klassen van de school, maar gelukkig heb ik mijn reputatie mee en waren ze lammetjes. Tegen één uur kon ik me met een bord eten naar de muziekrepetitie reppen, waar ik na een kwartier alweer wegliep voor een klastitularisonderonsje met de directie. Ik heb ondertussen dan maar mijn bord leeggegeten ^^ Toen volgde nog een les met de tweedes – altijd een uitdaging, maar altijd fijn – gevolgd door nog een stukje repetitie, en daarna repte ik me naar huis, waar op het moment dat ik binnenkwam, de koffiemachine aansloeg. Ik had tegen half vijf namelijk afgesproken met Jesse, en die was ietsje te vroeg. Hij was al koffie aan het zetten en zijn taartjes uit aan het halen. De vorige keer was ons koffiemomentje gewoon veel en veel te kort geweest, en dus kwam hij nu een uur of twee kletsen. En dat is precies wat we gedaan hebben, relaxed, gezellig, met een stukje taart en een paar koffies, en veel blabla.

Dit zijn zo van die volle, maar op een of andere manier toch relaxte dagen.
Carpe diem, Horatius had wel een punt, ja.

Lunchen in de zon

Maat, ik heb toch echt een luizenleven… Daarnet ben ik vrolijk in de zon naar ’t stad gefietst om er te lunchen met een vriendin op een terras in de zon. Allez ja, naar de studentenbuurt want ze werkt op het rectoraat, en dan zijn we maar zoals altijd gaan eten in de Pacha Mama, mijn favoriete vegetarische restaurant. En dat het warm was in de zon!

We hebben heerlijk honderduit zitten kletsen en er een bijzonder aangename middag van gemaakt.

Dat impliceert wel dat ik nu stevig moet doorwerken, maar dat vind ik helemaal niet erg.

En verder blijf ik nog steeds in een enorm goedgezinde omenbubbel zitten, met heel veel chat- en andere gesprekken met medelarpers.

Alleen mis ik Bart toch wel een beetje…

Baaldag en de ideale remedie

Het begon hier als een stevige baaldag. Maar ach, ik heb wat knuffels gekregen van mijn kinderen, ik had een goed boek en koffie, de koppijn begon te minderen, en het is gestopt met regenen. Blijkbaar kan het balen dus ook verminderen.

En als kers op de taart: een bijzonder fijne en attente maat nodigde me uit om Top Gun te bekijken in zijn man attic, de 3D wel te verstaan. En nee, er is nooit genoeg Top Gun.

Hij moest lachen: tijdens de gewone stukken zaten we eigenlijk gewoon te tetteren, maar zodra er straaljagers op het scherm kwamen, viel ik blijkbaar stil, iets wat me zelf niet bijzonder opgevallen was. Ja, de jonge Tom Cruise mag er zijn, en de jonge Val Kilmer is ronduit yummie, maar de film draait hoe dan ook om vliegtuigen. En laat ik nu toevallig gek zijn op vliegtuigen…

In ieder geval was tegen dan mijn baaldag definitief bestreden. Bedankt Max, ge zijt ne chou!

Vel

Gisteren stuurde Véronique me een berichtje: of ik niet mee ging naar een toneelvoorstelling bij De Vieze Gasten? Ik zag geen enkele reden om nee te zeggen, wel integendeel, en dus tuften we deze avond samen naar de Brugse Poort voor de voorstelling “Vel”.
Zoals de perstekst zegt:

‘Vader en dochter’ spelen ‘moeder en zoon’ op het toneel.
De zoon speelt gitaar, een soundtrack bij een film, met muzikale stiltes, met zang.

 “Het spijt me jongen, dat ik niet. Dat ik achteraf. Er zijn zoveel dingen. Die je niet. Waarover je. Die gebeuren. Je denkt: nu moet ik… Dit had ik anders. Dit had ik niet. Niet zo. Maar je hebt… En toch heb ik ook. Maar geaarzeld. Hoe moet je denken… over dingen die je niet… Ik heb nooit. Sommige dingen. Je bent niet voorbereid. Je moet.

De dokters weten wat ze zeggen.
Ze zeiden me dat het beste.
En ik knikte.”

Een moeder vertelt het verhaal van haar kind.
Een dochter speelt deze prachtige tekst van Elvis Peeters, los-vast gebaseerd op het verhaal van haar vader.

spel Anna Carlier | muziek Chris Carlier | tekst Elvis Peeters

Concreet zagen we een heel aangrijpend stuk waarin een moeder vertelt hoe haar jonge kind volledig verbrand raakt en hoe ze daarmee probeert om te gaan. En vooral: hoe de tiener die uit dat kind opgroeit, er niet mee kan omgaan.
De muziek die erbij gebracht werd door vader op gitaar, dochter op basgitaar en een drumcomputer lag me totaal niet, maar het stuk zelf kroop wel onder je, welja, vel.

Aansluitend reden Véro en ik nog naar de Burgstraat omdat daar, in de bar Mirwaar, een fijne maat van haar plaatjes draaide. Letterlijk: er staan bakken vol singeltjes op de toog en je mag zelf kiezen wat ze draaien.

Heel lang zijn we niet gebleven want de stoelen bij De Vieze Gasten zijn nu niet bepaald van die kwaliteit dat mijn rug er vrolijk van wordt, en mijn rug is sowieso niet veel waard op vrijdag na een stevige lesdag, maar we hebben zelfs zelfs eventjes staan dansen.

En meteen hebben we ook besloten dat we vaker samen op de lappen gaan, en dat we dan ook steevast een hoed gaan dragen. We gaan dan op hoedenzwier. Dik in orde!

Haven VI: een echte hot tub

Het deed deugd: voor het eerst zijn we met zijn zessen op Haven: Mireille, ikzelf, Hanneke, Sabrina, Caterina én Stefaan! Jawel, voltallig dus, al zal het gemis van Els een constante blijven. Stefaan had het bij momenten moeilijk, en dat is niet meer dan normaal: ik vond het al fantastisch dat hij er überhaupt bij was.

De setting was helemaal Japans, en helaas clasht dat nogal met mijn personage: die houdt niet van al dat formele. Ik heb er dus weinig van mee gehad, maar ik ben vandaag om 18.00 uur wél in een van de hot tubs gegaan die spelleiding had voorzien. Goed zot, die spelleiding! We waren met zijn viertjes: mijn twee ingame “amants”, mijn ingame zusje en ik, Jarne, Koen, Mireille en ik dus. Na kort overleg besloten we toch om gewoon naakt te gaan: dat geeft toch een veel completere en aangenamere ervaring, en het is niet alsof ik me niet comfortabel voelde bij die mensen, ik ken hen al lang genoeg.

We moesten eerst douchen en stapten dan het gloeiend hete water in: mijn voeten zijn de eerste tien minuten gewoon blijven tintelen! De bedoeling was om grondig overleg te plegen over verdere actie in het spel, maar we waren afgeleid door de ervaring en de heerlijke sencha thee die gebracht werd, met op de achtergrond een Japans klinkend live instrument.

Een bijzondere ervaring, zelfs zonder de context van de larp, en nu al helemaal. Bizar, maar zalig! En dan was er uiteraard nog de rest van het spel waarbij ik bij momenten tranen heb gelachen.