Beetje ziekjes

Nee, het gaat me niet zo goed dit weekend.

Vrijdag was er de jaarlijkse “beleefdag”, het moment waarop we een massa zesdestudiejaartjes ontvangen en lesjes geven. Aangezien we maar met twee leraars Latijn meer zijn, was er aan de basisscholen gevraagd om al op voorhand een opdeling te maken tussen degenen die zich zouden interesseren voor Latijn en degenen voor wie Latijn echt geen goeie keuze zou zijn.

Het was op karakter: ik doe dat op zich al niet zo graag, en je steekt daar ook enorm veel energie in om hen toch te overtuigen – dat is voor ons echt de basis van de komende zes jaar, we gaan er dus 100% voor – maar ik voelde me dus niet zo goed. De rug werkte ook niet helemaal mee, maar dat is niks nieuws tegenwoordig. Enfin, een collega die bijwoonde, vertelde me dat die kinderen niks zullen gemerkt hebben, maar dat hij het wel aan me kon zien.

Soit, thuis heb ik nog een stevige tuk gedaan voordat ik naar de quiz trok. Daar heb ik me prima geamuseerd, maar dat was vooral op adrenaline, en ik had een goeie stoel, dat scheelt.

Gisteren ging ik plat. Snotteren, hoesten, niezen, mottig, geen koorts, dat niet, maar toch niet oké. Ik moest ’s avonds wel gaan eten op school – een actie voor Kom op tegen Kanker – en aansluitend een shift van half acht tot half tien aan de kassa van het optreden van de Stakota’s (met collega Brennan op basgitaar) en het dansfeest achteraf, maar een collega van beleid wierp één blik op me en stuurde me prompt naar huis. Ik vond het wel jammer dat ik daardoor het optreden miste, maar het ging echt niet. Merel en Kobe verzekerden me dat het goed was.

Vandaag ben ik dan op karakter naar ons pa gegaan, maar die was net aan het eten, en zijn boterhammen met confituur waren veel belangrijker dan ik, zoveel was duidelijk. Ik heb me bij hem aan zijn tafel gezet, begon iets te vertellen, maar hij negeerde me gewoon. “Ah, zijt gij iets aan het zeggen? Ik was niet aan het luisteren…” Na de tweede keer ben ik gewoon voortgegaan, ik ben er dus geen vijf minuten gebleven. Ik was echt te mottig om veel moeite te doen, ik had me al tot daar moeten slepen…

Ach ja. Hopelijk morgen beter.

Meh.

Beetje ziekjes. Als in: ik klink als een experte in Bulgaarse keel- en neusgezangen – zou ik eigenlijk moeten proberen, moest ik me zo mottig niet voelen – en de aandeelhouders van Kleenex bekijken me met onverholen adoratie.
Gelukkig valt het hoesten mee: ik hoef vooralsnog niet bang te zijn voor IJslandse zeehondenknuppelaars.
Maar het is vooral te hopen dat  het goed komt, want a) ’t is verdekke nog vakantie b) woensdag ga ik naar een festival!
Ik vermoed dat ik het van Wolf heb, want die is snipverkouden en met een stevige hoest teruggekomen uit Berria. Dubbel getest, corona is het dus niet, maar het blijft ambetant. En nu heb ik er dus van, ugh. Ik heb gelukkig geen koorts, maar ik ben gisteren al gewoon in mijn bed en zetel gebleven, en vandaag is eigenlijk niet veel beter.

Dat is het niet, nee.

Ik weet niet of het aan het weer ligt, aan de koude, of gewoon aan algemene malaise, maar feit is dat de rug al een paar weken moeilijk doet. Ik bedoel maar: al een week of twee ligt mijn stok standaard in de auto voor het geval dat het er tijdens het lesgeven ook echt gewoon inschiet.
Normaal gezien ben ik me er niet de hele tijd van  bewust dat ik een rug heb: zolang ik niks zwaars moet tillen of rare bewegingen uitvoer, doet die rug redelijk normaal. Maar nu doet hij al een tijd vrijwel continu pijn. Geen scherpe acute pijn, maar een voortdurende zeurderige soort pijn, waar ne mens serieus moe van wordt.

Vandaag ging het dan helemaal mis. Allez ja, niet dat het er echt in geschoten is, maar ik kwam thuis na twee uur lesgeven, en ik was op. Maar echt, doodop om een of andere reden, en ik had nochtans wel goed geslapen. Maar mijn kop zat vol snot, ik moest niezen en snuffelen en hoesten, en nee, het ging me niet. Ik ben in mijn zetel gekropen, maar slapen zat er blijkbaar niet in. Ik had nochtans nog veel te doen en vanalles gepland, maar nope, het is bingewatchen geworden, een aantal afleveringen van Marvel’s Agents of Shield.

Ik hoop maar dat ik er morgen weer kan staan, want er zijn al zo veel zieken onder de collega’s, en ik ben ook liefst mijn lessen niet kwijt. En ik hoop vooral dat die rug zich eindelijk eens begint te gedragen. Blah.