Lectuur: “Jij mag alles zijn” van Griet Op de Beeck

Merel kwam af met dit boek dat ze moest lezen voor Nederlands: “Jij gaat dat ook graag lezen, mama, gewoon doen, het is een kort dingetje”.

En wie ben ik om mijn dochter tegen te spreken? Ze kreeg gelijk, overigens.

Lexi is negen en vindt dat het leven moeilijk is. Dat kan ook niet anders: haar mama is zwaar depressief, haar papa moet extra werken, en vroeger moet het anders geweest zijn, want er zijn foto’s waarop mama wél lacht. Wanneer mama opgenomen wordt in een instelling waar ze haar hopelijk weer aan het lachen krijgen, waar ze hopelijk de oude mama terugvinden, moet Lexi tijdelijk bij tante Arizona gaan logeren, een tante die ze eigenlijk niet kent en in het begin ook niet zo leuk vindt. Maar dan ontdekt ze beetje bij beetje dat tante Arizona eigenlijk ook verdrietig is, en probeert ze haar op te vrolijken. Net zoals ze dat probeert met mama, omdat ze zich verantwoordelijk voelt voor het feit dat zij wél is blijven leven en Amos, haar tweelingbroertje, niet. Want dat is de reden voor het grote verdriet van mama.

Op de Beeck schrijft vanuit het perspectief van een negenjarige, maar dit boek is niet bestemd voor negenjarigen, geloof me, wel voor een iets ouder jongerenpubliek. Het gaat over het verwerken van verdriet, het zich verantwoordelijk voelen als kind voor iets waarmee je ouders worstelen, het oplossen van andermans problemen… Lexi is een vroegwijs kind – hoe kan het ook anders? – met een aparte maar heel herkenbare kijk op het leven. Al bij al is het ook een zeer emotioneel boek, zeker als je zelf kinderen hebt: soms besef je als ouder niet hoe veel druk je ongewild bij je kinderen legt, hoe jouw problemen op hen kunnen wegen. Als leraar zie ik dat wel vaker, en vaak beseffen de ouders dat niet eens.

Aanrader? Jazeker! Zeker niet alleen voor jongeren, maar dus ook voor volwassenen.

Lectuur: “Defiant (Skyward #4)” van Brandon Sanderson

Dit is het vierde boek in de reeks Skyward van Sanderson, een young adult science fiction reeks, maar geen hardcore, gewoon goed geschreven verhalen. Deze gaat naadloos verder op de vorige, maar was nog niet uit toen ik die gelezen had. Het duurde dus wel even voor ik er weer inkwam.

Spensa, het jonge hoofdpersonage, heeft haar avontuur in de Nowhere overleefd, maar voelt zich bij haar terugkeer nogal uitgesloten: het leven van de anderen ging verder, ook zonder haar. En hoe zit het met haar relatie? Leeft die nog?

Intussen heeft de Superiority niet stilgezeten en is de leider, Winzik, vast van plan alle mensen uit te roeien. Ja, ook hier is er dus een red-de-wereld-verhaaltje, zoals dat hoort. Alleen kan Spensa pas die moed opbrengen wanneer ze door krijgt dat ze misschien wel alles moet opofferen daarvoor, dat ze niet puur egoïstisch mag handelen maar haar vrienden, haar wereld voorop moet stellen.

Uiteraard kan Sanderson vertellen – ik ben een echte Sanderson fan, maar dat wist u wellicht al – en ook hier gebruikt hij het aloude verhaaltje van de held die tot inkeer en inzicht moet komen vooraleer hij het Kwade kan overwinnen. Maar Sanderson doet dat gewoon goed, elke keer weer, en de wereld zit zo knap in elkaar dat het fijn blijft om te lezen.

Bedankt, mister Sanderson.

Lectuur: “Jona” van Anna Van Praag

Eerder schreef ik al dat ik mee ging lezen met de Kleine Cervantes, een Gentse jeugdboekenjury. Een eerste boek dat ik daarvoor las – ik had de volgorde niet goed bekeken, dat bespreken we pas eind februari – was dus Jona, van Anna Van Praag. En ja, ik vond dat best goed, ja.

Hoofdpersonage is Jona, een jongen van zestien die met zijn vader in een klein huisje in een hofje in Amsterdam woont, tegenover zijn licht dementerende grootmoeder. Op zich niks speciaals, ware het niet dat de familie strikt Joods is – niet Chassidisch, zo ver gaan ze niet – en vader hamert op complete openheid, wat zelfs letterlijk te nemen is als het over kamerdeuren gaat. En dat Joods zijn, dat heeft een enorme impact, want meteen is er ook het intergenerationele trauma over de tweede Wereldoorlog.

Wanneer Jonah een soort onderzoekscompetentie moet maken samen met twee klasgenoten, kiezen ze zijn oma als onderwerp, en dan meer bepaald over wie ze het heeft als het over Simon gaat. Want voor zover ze weten, is er geen Simon in de familie. Maar die klasgenoten verstoren wel het wereldbeeld van Jona: niet Joods, veel mondiger, een andere kijk op de wereld…

Op een luchtige manier snijdt Van Praag op die manier enkele toch wel zware thema’s aan: het verwerken van het oorlogsverleden dat ook op Jona nog een invloed heeft, dementie, culturele en religieuze verschillen…

En toch leest het boek wel vlot: het spreekt aan, appelleert aan de leefwereld van jongeren en de problemen waarmee zij geconfronteerd worden. Ik ben benieuwd naar wat onze leerlingen er van gevonden hebben, maar dat is voor een latere datum.

Lectuur: “De levens van Lanya” van Mirjam Oldenhave

Gisteren schreef ik over de wedstrijd De Kleine Cervantes, en dit is het eerste boek dat ik ervan gelezen heb en eigenlijk met de groep op school ging bespreken. We hebben ons in twee gesplitst, want we krijgen van de organisatie maar één boek van elk, en dat kan je moeilijk met twintig man tegelijk lezen. De schoolbib heeft er ook aangekocht, en enkele van ons – in casu de leerkrachten – ook,  en verder hebben we de Gentse wijkbibliotheken geplunderd. Alleen zijn we natuurlijk niet de enige school, en met twee groepen scheelt dat al.

Ik las dus eerst De Levens van Lanya, maar was er jammer genoeg niet bij bij de bespreking: ik zit thuis met de rug, weet je wel?

De Levens van Lanya is in de eerste plaats een hard boek: je wordt er niet vrolijk van. Het valt onder jeugdliteratuur – tegenwoordig young adult – maar ook dat vind ik niet helemaal terecht: het is meer dan dat. Het verhaal volgt de jonge, Koerdisch-Irakese Lanya, wier ouders naar Nederland vluchten wanneer ze een jaar of negen is. Omdat de goedkeuring van de asielaanvraag jaren op zich laat wachten, worden zij en haar zusje ondergebracht bij een Nederlands pleeggezin. Ze groeit dus op met Nederlandse normen en waarden. Wanneer zeven jaar later haar ouders eindelijk een definitieve verblijfsvergunning krijgen, moet ze opnieuw bij hen gaan wonen: zeer traditionele, Koerdische moslims die hardnekkig vasthouden aan hun oude tradities, zoals uithuwelijking. Alleen kan Lanya zich daar niet meer mee verzoenen. Na heel veel worsteling met zichzelf duikt ze onder in een vluchthuis voor meisjes. Maar lost dat eigenlijk wel iets op?

Willens nillens moet Lanya zich plooien naar de wil van haar ouders, een gedwongen huwelijk, een onderdanig leven in Irak, tot ze ook uiteindelijk daar kan uitbreken, maar met gigantische persoonlijke opofferingen.

Het boek geeft een heel mooi inzicht in hoe het moet zijn om als kind hier te komen, en toch moet het nog veel, veel erger zijn dan dit. Je voelt de ontwrichting, de ontheemding, maar wij als brave middenklasseburgers in ons eigen landje kùnnen dit gewoon niet vatten, denk ik.

Het valt onder young adult omdat het uiteraard het verhaal is van een tiener die opgroeit, maar zoals ik al zei: het is meer dan dat. Een cultuurclash, een clash van religies, van waarden, van tradities, van gewoonten, van visie op vrouwenrechten… Het boek doet je vooral nadenken.

Ik vond het zeker een aanrader, maar of dit geschikt is voor twaalfjarigen, daar heb ik mijn vragen bij. Maar blij dat ik het gelezen heb, ja.

Lectuur: “The Lightning Thief (Percy Jackson and the Olympians #1)” van Rick Riordan

Merel is nogal into Percy Jackson, zou je kunnen zeggen. Ze had de eerste boeken al gelezen, met veel plezier, en intussen is er een nieuwe reeks uitgekomen op Disney+, waar ze helemaal gek van is. Met haar vriendinnen kan ze enkel over de reeks praten, maar ze wil graag iemand met wie ze het verschil met de boeken kan bediscussiëren en becommentariëren. En dus ben ik nu deze aan het herlezen.

Enfin, op twee dagen is zo eentje uitgelezen natuurlijk: de schrijfstijl van Riordan is niet bepaald moeilijk, aangezien het om young adult gaat en zijn doelpubliek niet echt een uitgebreide woordenschat heeft. Maar het verhaal blijft wel goed geschreven: Percy Jackson is een probleemkind van dertien jaar dat van de ene school naar de andere moet, omdat er altijd wel ergens iets compleet fout loopt. Zijn mama werkt hard, zijn vader kent hij niet, want die is verdwenen toen hij klein was.

En dan gaat er, op bezoek in een museum, alweer een en ander grondig mis. Voor hij het goed en wel beseft, blijkt Percy een godenkind te zijn, de zoon van Poseidon. Hij komt terecht in Kamp Halfbloed, waar hij zich eindelijk thuis begint te voelen omdat alle kinderen daar zijn zoals hij. En toch, toch klopt er iets niet, want hij zou eigenlijk niet mogen bestaan omdat de drie grote goden gezworen hebben geen kinderen meer te hebben. Aangezien Poseidon dit bestand heeft geschonden en Zeus zijn bliksemschicht kwijt is, wordt de schuld bij Percy gelegd. En dus gaat hij erop uit om recht te doen geschieden, want dat is voor hem zijn zwakke punt: een rechtvaardigheidsgevoel dat soms alle andere dingen doet verbleken.

Het leuke is, dat alle mythes en dergelijke erin voorkomen, maar met een moderne twist. Zo heeft Medusa een winkel met tuinbeelden, en rijden de Moiren met een taxi en dergelijke. Het is goed omgezet naar een hedendaagse wereld, en het is voor mij ook een fijn referentiepunt in de klas, al moet ik er wel de klassieke mythes bij vertellen natuurlijk. En ja, ik lees ook wel de vervolgen tussendoor: het mag dan om een jongen van dertien gaan, leuke lectuur blijft leuke lectuur. Zeker als ik er mijn dochter een plezier mee doe.