Geocachen doorheen het Ardeense landschap

Het duurt altijd even voor we op gang geraken, maar het is dan ook vakantie, we hebben geen zin om ons te haasten. Het was al tegen elven voor we het huis uit geraakten, en gingen meteen een eerste cache zoeken hier wat verderop aan het brugje. Nooit gezien dat er een wandelpaadje was naar boven, met zelfs een bankje bij!

We reden verder, en probeerden een cache te vinden met een prachtig uitzicht, zo beloofde de omschrijving ons. Alleen vonden we nu niet bepaald het paadje ernaartoe: we probeerden een paar mogelijkheden, maar moesten telkens op onze stappen terugkeren. Ik wilde echter niet opgeven, en reed een toertje met de auto. En jawel, plots zagen we een obscuur paadje! We parkeerden, deden een tochtje door de bossen, en kwamen bij een prachtig plekje uit, met uitzicht over het meer, en een allerschattigste cache.

We reden verder in de richting van de Hoge Venen, en stopten bij een cache aan een compleet verlaten Alpijnse skipiste, compleet met twee skiliften. Het uitzicht was adembenemend, en ik kan me voorstellen dat er inderdaad best wel fijn te skiën valt.

IMG_5640 IMG_5642

Dat is dus het fantastische aan geocachen: je komt op plekjes waar je anders nooit zou komen, en het zijn altijd bijzondere plekjes, want anders zou er geen geocache zitten.

De tocht ging verder, voorbij het Signal du Botrange. Vorig jaar hadden we er nog lang staan zoeken naar een geocache die niet te vinden bleek, nu zat hij op een ander plekje en hadden we hem binnen de paar minuten. De hoogste cache van België, voilà!

Kobe ging even op het trappetje staan, en nam een foto van de vrouwen.

IMG_5643

Vijf minuten later stonden we aan de Mont Rigi, waar we nu al het vierde jaar op rij gaan eten, maar voor het eerst konden we niet buiten zitten op het terras. Goh ja, we mochten wel hoor, maar het was net aan het druppelen en amper 12°, we zaten dus toch liever binnen. Vorige jaren liepen we duidelijk rond in echte zomerkleren. Tsja… Het eten was gelukkig wél nog altijd prima.

We wilden de standaard toer over de houten paadjes doen, en startten vol goeie moed, maar… Blijkbaar is er een stuk ingestort en dus ontoegankelijk, en zijn ze nu het hele houten parcours aan het afbreken en vervangen door steenslagpaadjes. Meh. Het waren juist die houten paadjes die zoveel charme hadden. De multicache en de aparte cache die er liggen, waren dus niet bereikbaar. Jammer, maar volgend jaar beter, zeker? We hebben toch een dik uur gewandeld in een poging er te geraken, maar tevergeefs. En toen begon het nog te regenen ook.

We hebben nog net de cache gezocht van een multi die we vorig jaar hebben gelopen, en waarvan we enkel nog het einde moesten doen, en zijn toen binnen gaan opwarmen met een warme choco, respectievelijk koude fristi.

We pikten nog een cache op aan een kruisbeeld, en eentje aan het vroegere stationnetje van Sourbrodt, waar nu nog een oud locomotiefje staat, en je de sporen kan zien van een draaipunt voor locomotiefs. Wijs.

Enfin, aan het meer van Robertville zochten we nog snel de cache van een gisteren opgelost SMS-raadsel, en waren tegen vijf uur terug in een snel opwarmend huisje. Mja, 12° buiten, dan heb je helaas ook verwarming nodig binnen. Gelukkig zorgen de lachsalvo’s en de slappe lach hier ook voor de nodige opwarming.

En uiteraard schijnt intussen weer de zon, maar blijft het frisjes. Benieuwd welk weer het morgen wordt, en wat we dus nog kunnen doen.

Van kastelen, cascades en caches

We kunnen hier niet komen zonder op zijn minst eens het kasteel van Reinhardstein gedaan te hebben. De binnenkant hebben we nog nooit gezien, maar de wandeling ernaartoe, van aan de dam van Robertville, is een hele leuke. En aangezien er plots een viertal geocaches in de buurt zijn opgedoken, konden we dat niet mankeren, vonden we. Het meer zelf blijft trouwens magisch…

IMG_5592

We parkeerden aan de stuwdam, en begonnen de standaard wandeling van amper twintig minuten. Maar toen bleek dat een van de geocaches op een ander wandelpad zat, en zijn we dat maar beginnen volgen, met prachtige resultaten. We hebben nogal wat afgeklauterd over grote stenen en boomwortels en smalle paadjes met touwen aan de zijkant omdat het anders te steil was, maar het was schitterend, en de kinderen vonden het heerlijk. Merel vond de cache, trouwens.

En eindelijk kwamen we via dit pad uit bij de beroemde waterval van Reinhardstein, die we al drie jaar tevergeefs zoeken. Het is de hoogste waterval van België, naar ’t schijnt, en ze is wel mooi, ja, maar nu niet bepaald spectaculair. De cache in de buurt was wat moeilijker te vinden, maar we zaten dan ook op het verkeerde pad. Enfin, we klauterden verder, kwamen opnieuw op een ander pad, en kwamen plots uit bij het kasteel.

Daar werden soepjes gedronken, want intussen waren we niet het geplande half uurtje later, maar wel bijna twee uur, en was het al één uur ’s middags. Tegen half twee stonden we weer aan de auto, en we hadden onze zinnen gezet op frietjes. Dat was helaas buiten de gesloten frituur in Robertville gerekend. We moesten wel lachen allemaal, want daar hebben ons ma en pa twee jaar geleden voor het eerst frieten gegeten van het frietkot. Zeggen ze toch. Ook plan B viel in het water, want beide bakkers in Robertville waren gesloten. Juist ja. We zijn dan maar naar Weywertz gereden om brood en een croissant voor elk, en hebben thuis boterhammetjes gegeten, en dan gewoon wat rustig gezeten.

Maar het is zonde om de hele tijd gewoon binnen te zitten, en dus reden we even naar de Warche en het dammetje. Vorig jaar en twee jaar geleden hebben de kinderen er zelfs nog gezwommen en hielp mijn pa mee om te dammen, dit jaar was het amper 14° en was dat niet echt een goed idee. De jongens zijn wel met hun laarzen in het water gestapt, en binnen de kortste keren waren ze allebei drijfnat. Zucht.

IMG_5616

We zijn na een half uurtje dan maar terug naar het huisje gereden voor verse droge kleren, en dan nog wat geocaches gaan zoeken. Rond het kasteel hebben we er twee gevonden, en vlak bij de bakker zat er ook nog eentje waar we vorig jaar een dik half uur staan zoeken hebben, en die we nu toch gevonden hebben met een tip van de eigenaar, maar het duurde toch ook nog wel een kwartiertje. Goed verstopt, die cache!

Maar bon, we moesten toch naar de Delhaize in Waimes, en dus reden we wat verder naar een pakkend monument voor een ganse pak Amerikaanse krijgsgevangenen die daar zonder pardon zijn neergeschoten door de Duitsers.

Daarna reden we naar een cache aan een bijzondere en blijkbaar beschermde linde, dan naar een Mariagrot, een kruis – waarmee het hier overigens vol staat – en uiteindelijk een mooi kapelletje.

IMG_5626

Tegen half zeven konden we de lasagne opwarmen, en nog wat later lag Merel baby te wezen in het park, en speelden Wolf en ik Cthulhu via Skype, maar wel zonder beeld, want dat kon de wifi blijkbaar niet trekken.

Enfin, een goed gevulde en fijne dag in d’Ardennen dus, met een voet die nu toch wel wat protesteert na al het geklauter.  Maar dat heb ik ervoor over.

Onderweg naar de Ardennen

Het begint een traditie te worden, ons jaarlijkse vijfdaagse in het weekendhuis van Ellen en Jan. Het is nu al het vierde jaar op rij dat we hier mogen blijven, en het voelt intussen aan als een beetje thuiskomen. Heerlijk, gewoon. Bij deze nu al een dikke merci!

We stonden deze morgen op om acht uur, zochten alle spullen bijeen, en zaten om 10.15u in een redelijk volgeladen auto, vertrekkensklaar. Rond half twaalf waren we in Leuven om de sleutel van het huisje op te pikken, en toen zijn we maar naar het Ladeuzeplein gereden, om iets te eten in de stad en een regenjas voor Wolf te zoeken. Zijn vorige, ongelofelijk goeie regenjas van vorig jaar is hij kwijtgespeeld onderweg naar zijn kamp, wellicht op de trein of in het station of zo, hij zat helemaal bovenaan in zijn rugzak. Meh. Elk jaar minstens één nieuwe jas dus, duur affaire.

Enfin, we aten bij een lokale pizzeria voor 58 euro voor vier man, mét zakjes snoep bij de rekening, en het smaakte geweldig.

IMG_5564

Daarna liepen we nog wat rond in Leuven, van de ene kledingwinkel naar de andere, en hadden een paar keer pech, zoals een hele mooie regenjas in de JBC, helaas net niet meer in Wolfs maat. Maar uiteindelijk vonden we, of all places, in de Zara een regenjas die eigenlijk best nog wel voldeed aan de intussen ferm getemperde eisen. En 22 euro, tsja, dat moet dan maar zeker? En Kobe had intussen ook een Minecraft Tshirt gekregen…

Het weer deed intussen eigenlijk behoorlijk vervelend: het ene moment scheen de zon volop en was het echt warm, vijf minuten later begon het te regenen en koelde het serieus af. Om daarna bijzonder snel weer op te warmen, dus. Maar Wolf heeft nu tenminste een regenjas, net zoals Kobe.

Om drie uur zaten we opnieuw in de auto, en om vier uur stonden we in Luik, op de Place de la Cathédrale. Ik had niks voorbereid over Luik en dus ook niks opgezocht, maar we liepen wat rond, namen een kijkje in de kathedraal met de prachtige glasramen, en aten een ijsje. Het is intussen behoorlijk bevreemdend hoe ik altijd en overal zonder problemen de lokale Australian Ice Cream vind…

We bleven het spelletje van “jassen aan/jassen uit” volhouden, en wandelden tot aan de Maas. Daar liepen we even langs de kaai, om dan de voetgangersbrug terug naar de parking te nemen. Een goed uur waren we in Luik, en het deed ons besluiten dat we er beslist eens langer moeten komen.

En opnieuw gingen we de baan op, naar Waimes en vooral de Proxy Delhaize aldaar, om nog brood en beleg en zo te halen. Een en ander zorgde ervoor dat we iets over zessen de parking van het huisje opdraaiden, en dat tegen half zeven de bedden opgemaakt waren, Merel in haar pyjama rondliep, en we aan tafel konden.

Heel erg vertrouwd, en toch zo enorm vakantie ^^

(oh, en Wolf heeft maar liefst 64 pokémon gevangen vandaag. En gij nu.)

Waimes, dag vijf (en slot)

De laatste dag op een vakantie betekent altijd inpakken, natuurlijk, en dat is wat we deden. Het gaat altijd een pak sneller dan bij het vertrek, vind ik: alle vuile was in één koffer proppen, en dan al de rest ook zo een beetje samenleggen, en een paar keer goed controleren dat je niks vergeten bent. We ontbeten, zetten de afwasmachine in gang, en begonnen aan de opruim en de opkuis. Merel zocht alle speelgoed bij elkaar – iets té goed, want hier thuis merkten we dat ze potloodjes van Lucas mee heeft – Kobe stofte af met nat, en Wolf begon te stofzuigen.

Uiteraard nadat alle bedden opnieuw waren afgehaald – grote hilariteit bij de kinderen, trouwens, ze zaten er bijna ín, in die lakens – en het meeste van de rommel buiten aan de deur stond. En ik, ik verzamelde, stapelde, kuiste keuken en badkamer, en zowat alle andere kleine dingetjes. Uiteindelijk mochten zij nog wat tv kijken, terwijl we aan het wachten waren op de afwasmachine. Gewoon vertrekken was geen optie, want dan krijg je een compleet beschimmelde vaat: been there, done that.

Enfin, tegen half twaalf zaten we gepakt en gezakt in de auto, richting Eupen. We pikten langs de baan twee caches op, fotografeerden een Romeins geïnspireerd beeld

en reden fluks naar Eupen centrum. En reden daar toch wel even rond, want de straat waarlangs de GPS ons stuurde, was eenrichting geworden, en we raakten maar via een behoorlijke omweg in de buurt van de parking. Waar we prompt een parkeerplaatsje vonden net buiten het betalende gedeelte.

We wandelden een eindje verder, en kwamen op een alleraardigst pleintje, waar we rustig en eigenlijk vrij goedkoop aten, met als afsluiter uiteraard een ijsje.

Daarna trotseerden we de dreigende wolken en op een bepaald punt zelfs de regen, en gingen rondlopen om een paar caches te zoeken. In het eerste park vonden we helaas niks, in de twee volgende gelukkig wel, en ook nog een speeltuin. Op de foto’s kan je goed zien hoe Wolf ongelofelijk lief voor zijn zusje zorgt. Helaas kon hij niet voorzien dat de glijbaan zodanig snel was, dat ze pardoes met haar poep in de grote modderplas terechtkwam, in plaats van netjes op haar voeten. Gelukkig waren er verse kleren in de auto :-p

We deden nog het startpunt van een cache aan het kerkhof, maar toen was mijn gsm bijna plat en hadden we het ook een beetje gehad. Rond half vijf reden we dus richting Leuven om de sleutels in de bus te gaan steken. Toen we om half zes aan kwamen bij de deur van Jan en Ellen, sliepen Merel en Kobe echt wel diep. Ze hebben zelfs nooit gemerkt dat ik uitgestapt ben. Enfin, intussen hadden we gehoord dat er verschillende ongelukken gebeurd waren op de Brusselse Ring, en dat er vlot anderhalf uur vertraging op zat. Hmpf. Dan liever nog wat in Leuven zelf blijven, medunkt. We reden een paar straten verder, en Wolf en ik zochten nog een cache. Na twintig minuten zoeken wilden we het opgeven, en vond ik hem op de valreep alsnog. Intussen waren eerst Merel, en daarna ook Kobe zachtjes wakker geworden. Ik doorkruiste de stad om een bakker te vinden die nog open was, we kochten een paar koffiekoeken, en probeerden verderop in de straat nog een cache te vinden, maar helaas. Intussen was het half acht, en gingen we het er toch maar op wagen.

De file viel al bij al nog mee: we stonden nauwelijks stil, en verloren uiteindelijk een dik kwartier, denk ik. Kwart voor negen waren we thuis, een paar minuten later lag Merel al in bed, en nog iets later ook Kobe, en daarna Wolf. Maar alle drie waren ze het erover eens: het was een fijne vakantie!

 

 

Waimes, dag drie

Het begon alweer allemaal heel rustig: de kinderen keken naar de ochtendfilm, we ontbeten, ik nam een douche… Met andere woorden: het was kwart voor elf toen we het huis uitstapten, netjes op schema. Ik wilde rond elf uur aan de Mont Rigi zijn, om daar de stilaan traditionele venenwandeling van drie kilometer te doen, intussen daar de multicache te verwerken, en dan tegen half een of zo te eten in de uitmuntende brasserie aldaar.

Edoch.

Toen we stipt om elf uur parkeerden aan de Mont Rigi, bleek de rugzak niet mee te zijn. Wolf had nochtans alles in de auto gezet, inclusief zijn step, zei hij. Zucht. We zijn dan maar teruggereden om het rugzakje op te halen, en gingen dus niet meer op tijd zijn voor de wandeling voor de middag. Tsja. We hebben dan maar eerst twee geocaches langs de baan in de Venen gedaan. De eerste was een 300 meter het bos in langs een smal, modderig paadje. En vooral dat laatste vonden de kinderen de max. Tot onze grote verbazing stond er daar dan in het midden van het bos een kruis, zoals je dat eigenlijk bijna overal vindt hier in de Ardennen. En er zat inderdaad een mooie grote cache.

 

We keerden terug, reden iets verder naar Signal de Botrange, maar vonden de cache daar niet: de GPS wees naar een omheind stukje, en het plekje zoals het op een spoilerfoto stond, was leeg. Tsja.

Tegen dan was het half een, en was het ideaal om ons op het terras van de Mont Rigi neer te vleien en iets te eten. Het uitzicht was, zoals altijd, schitterend.

Na het eten gingen we voor het tochtje van drie kilometer langs de soms behoorlijk beschadigde paadjes, en probeerden we de mysterie-cache op te lossen. Helaas, ik snapte niet alle Franse vragen, en dus ging het oostelijke coördinaat de mist in. Het was een prachtige wandeling, dat wel.

Na die drie kilometer op een ganse, uitputtende en vreselijk zware dag verklaarden Kobe en Merel dat ze doodop waren en wel in de auto gingen wachten. Wolf en ik ging even kijken op de juiste noorderbreedte, maar ook hij begon lastig te doen: hij moest naar het toilet. Terwijl we op letterlijk tien meter van het restaurant liepen en hij perfect kon gaan.

Ik ben toen echt boos geworden: het was precies of het allemaal tegen hun zin was – zij waren vragende partij – en of ik hen al de ganse dag had afgebeuld. Anderhalf uur wandelen op een ganse dag, ik vraag het u… Ik had echt zin om ons boeltje te pakken en naar Wondelgem te rijden, daar konden ze dan hun goesting doen zonder mij te ambeteren.

Maar een uurtje later was ik alweer wat bekoeld, vroegen zij deemoedig of we toch nog konden blijven, en reed ik dan maar met Wolf naar de Delhaize. En passant namen we nog even de cache aan de kerk van Waimes mee, en kocht ik ook nog de krant en een tijdschrift, de Libelle, godbetert! Maar meer hadden ze niet, tenzij de Dag Allemaal.

Enfin, we aten buiten, ik stak eerst Merel in bed en nog iets later Kobe, en daarna gingen Wolf en ik voor een korte avondwandeling in de schemering, het blokje om, al bij al een volle kilometer :-p

Waimes, dag één

Jawel, we zijn weer weg voor een aantal dagen, maar dit is zo ondertussen een beetje een vaste stek, in het weekendhuis van mijn nicht. We waren hier vorig jaar ook, twee dagen met Bart en twee dagen met mijn ouders, en het jaar voordien ook, toen ook met een paar dagen Bart. Dit jaar is het echter compleet zonder Bart: we zijn nog maar net terug van Kreta en dus heeft hij werk in te halen. Daarbij, wat doe je vooral in de Ardennen? Wandelen. En wat kan Bart niet met zijn kapotte knie? Juist.

We joegen ons deze morgen niet op, maakten rustig de valiezen, en zaten rond elf uur in de auto. Iets over twaalf belden we aan in Heverlee bij een thuiswerkende Jan, die ons de sleutels overhandigde. Hun huisje kan je het best vergelijken met een cottage van Center Parcs: een living met een driezit en twee eenzits, en daarnaast de eettafel die eigenlijk al in de gerieflijke kleine keuken staat. Er is een grote schuifdeur naar een gezellig terras in de tuin, die uitkijkt over de koeien. Er is een slaapkamer met een tweepersoonsbed, en een tweede slaapkamer met een tweepersoonsbed en daarboven een eenpersoonsbed, en nog plaats voor een babybed. Toilet is apart, en er is een kleine badkamer met ligbad. Daarboven is nog een grote, voorlopig niet ingerichte zolder waar ze nog twee – zij het vrij lage – kamers kunnen maken.

Enfin, we reden eerst nog naar de Abdij van Park, een prachtig plekje waar je ook nog lekker kan eten. Het duurde wel even voor we ons eten kregen, en ‘zonder komkommer’ was blijkbaar niet echt ‘zonder komkommer’, maar bon. Daarna liepen we nog even rond, maar ze zijn grondig aan het restaureren, en je kon dus eigenlijk niet zoveel van de abdij zien.

We zijn dan maar doorgereden om een paar straten verder een geocache te doen, en dan richting Waimes. Rond een uur of vijf liepen we in de plaatselijke Delhaize, en nog een tiental minuten later waren we dus bedden aan het opmaken, en het voelde echt aan als een beetje thuiskomen. Het is dan ook niet het ‘cleane’ en vooral lege van een gehuurd huisje, nee, hier staat er koffie in de kast, ligt er kinderspeelgoed, is er perfecte WiFi en sateliettv, en kennen we het intussen door en door. Heerlijk.

We gingen nog snel de geocache een paar meter verderop in de straat zoeken, aten boterhammen, en ik stak de kinderen in bed. En genoot van de stilte, de avondlucht, en het kunnen uitlezen van de laatste van de 893 bladzijden van ‘The First Man in Rome’ van Colleen McCullough. Vakantie, dus.

IMG_7617