Big Rivers, dag twee

Om half tien stond Sabrina bij ons voor een fantastisch ontbijtje bij Hanneke op haar terras buiten. We werden verwend tot en met…

Net omdat we zo uitgebreid gegeten hadden, waren we vrij laat opnieuw in ’t stad, terwijl we ook nog twee caches gepasseerd waren. We zetten onze fiets in de ondergrondse fietsparking, gingen even kijken bij Richard, een vriend van Hanneke, en liepen dan rustig door de stad. We passeerden bij de Amazing Stroopwafels, aten een ijsje, en gingen opnieuw naar het grasveldje achter de Grote Kerk. Daar deden Mireille en ik een dutje, terwijl Sabrien en Han naar iets gingen kijken.

En toen was er Talking Minds, een toch wel zeer goeie coverband van de Simple Minds. De zanger had panache voor tien, de nodige arrogantie, maar echt wel présence. En die zangeres, wat een stem!

De covergroep van David Bowie vonden we dan weer maar niks, zodat we weggegaan zijn, na de obligate foto op de trapjes.

Dit was de foto uit 2019:

En dit waren we in 2012:

Tsja…

Uiteindelijk gingen we verderop op het terras van Merz een barbecuehamburger eten, met op de achtergrond alweer een fijn groepje. We liepen wat verder en eindigden uiteindelijk in de buurt van de fietsen bij een skagroepje. En toen was het op, niet alleen voor mij, maar ook voor de rest. Iets over tien gingen we opnieuw de fiets op richting huis.

Alweer een schitterende dag op Big Rivers.

Morgen enkel nog ontbijt, en daarna naar huis, zodat ik tegen ’s middags weer bij mijn lieverds ben. Maar het is mooi geweest…

Big Rivers

Het voelt eigenlijk intussen aan als een traditie: het Big Rivers Festival in Dordrecht. Denk Gentse Feesten van pakweg dertig jaar geleden, toen het nog kleinschaliger, gezellig en voornamelijk voor Gentenaars was. Overal terrasjes, muziek, verschillende podia met lokale groepen en covergroepen, geen grote namen. Het grootste podium is zowat dat van Sint-Jacobs. Alles is ook versierd in paars-groen-goud, de kleuren van Mardi Gras in New-Orleans.
Vorig jaar is het niet gelukt, daarvoor was er corona, maar nog daarvoor zijn we verschillende keren met de Vossen gaan logeren bij Hanneke en Sabrina, vooral ook nog met Els. Warme herinneringen…

Ik vertrok wat later dan gepland wegens een behoorlijk mottig gevoel: misselijk en buikpijn, en ook wel wat koppijn. Geen nood, echt op uur stonden we niet. Reistijd: anderhalf uur, maar dat was buiten de files gerekend, zodat we er drie uur over deden. We, dat zijn Mireille en ik, want ik pikte haar (en haar elektrische fiets) op aan het UZA Erasmus. Haar thuis oppikken betekent een omweg van een dik uur, dus liever niet: Arend kon haar perfect tot daar brengen.

Het ambetante gevoel bleef aanhouden, maar dat hield me niet tegen om eerst bij Hanneke geïnstalleerd te geraken, een kleinigheid te eten, en dan met de fietsen naar het centrum te gaan, zo’n vijf kilometer verderop. Hanneke woont namelijk in zo’n woonwijk aan de rand van de stad, aan het begin van het natuurgebied de Bieschbos, zalig wonen.

We zagen nog net het laatste nummer van een groot popkoor, bleven even hangen bij een schitterende gipsy groep – die violist! – en gingen daarna luisteren naar Amerikaanse folk in een Iers jasje.

We vleiden ons neer op een bankje net achter het podium, aten gefrituurde banaan, churro’s en dergelijke meer, terwijl Hanneke naar een Deep Purple Cover band ging kijken. En toen, om eerlijk te zijn, vonden Mireille en ik het welletjes. Mireille heeft nog steeds behoorlijk veel last van long covid, en mijn rug vond dat de vijf kilometer terugfietsen ook wel voldoende ging zijn. Al bij al was het sowieso half twaalf tegen dat we terug waren, maar wel via een prachtige, bosrijke route. Chapeau, Hanneke!

Een hele fijne, zij het vermoeiende dag. En hopelijk is morgen de buik wat beter.

Haven: Dank

Een tijdje geleden kregen we het nieuws: de larp Haven stopt ermee! We zaten in zak en as: met de Vossen hadden we daar behoorlijk wat in geïnvesteerd en voor onze jongste Vos net zijn kostuum afgewerkt. Tsja…

Maar we begrijpen het ook: het team had het sowieso al moeilijk na de dood van kopman Erik, en door alle mogelijke persoonlijke problemen bleek het te moeilijk om een dergelijk project te blijven draaien. Want mispak je daar niet aan: er kruipt gigantisch veel werk in, in zo’n weekend.

We speelden het bijzonder graag, onze Akata, en ik ga het ook bijzonder hard missen. Maar vandaag en morgenvoormiddag mogen we nog spelen. Nog één keer de bizarre wereld met Bahadur, de speciaal ontworpen taal Eshki Ganu waar wij allemaal zot van waren, de faunporno, de problemen met de andere volkeren…

Dus ja, met alle plezier de uitgebreide schmink nog een laatste keer op ons toot, gegiechel met de dames onder elkaar en vooral ook toch nog een mysterie proberen oplossen.

We gaan ervoor, en we zijn de organisatie ongelofelijk dankbaar voor de voorbije evenementen.

Haven: een zalige dag

Ge hebt er geen gedacht van hoe deugd het doet! Op weekend, zonder mondmasker, met eindelijk weer alle larpvrienden. Zoals iemand het al zei: “Het is een tribe, een gemeenschap.” Hoeven we elkaar wekelijks of zelfs maar maandelijks te zien? Belange niet. Maar het zijn wel my kind of people, en ik heb ze gemist, zoveel is duidelijk.

Ik heb geen moment rust gehad vandaag. Zelfs toen ik, in dit heerlijke weer, een dekentje in de schaduw bij onze – ingame – tenten neerlegde met het idee een middagdutje te doen en de rug wat rust te gunnen, kwam er voortdurend iemand gewoon naast me liggen om dingen te bespreken. De rug heeft gerust, dat wel, mijn geest was nog meer bezig dan anders.

En ’s avonds ben ik gemarteld, in de steek gelaten, diep teleurgesteld, en heb ik gewoon gehuild van woede en machteloosheid. En ook van opluchting, op een bepaald moment.

Het was intens en het deed zo ongelofelijk veel deugd…