Oudejaarsdag en -avond

Dat het pokkedruk ging zijn in de Delhaize om inkopen te doen, dat wisten we. Vooral wanneer we het lot wilden tarten en om elf uur gingen. Élk parkeerplaatsje op de nochtans grote parking was volzet, en aan de kassa’s – 1 stuks + 8 selfscans – stonden lange lange rijen. Maar als je dat op voorhand weet en het niet aan je hart laat komen, is dat eigenlijk allemaal zo erg niet.

We aten soep en boterhammen, en toen had ik gigantische knallende koppijn en een barslecht humeur. Niks dat een goed potje geocachen (en een Dafalgan) niet kan verhelpen, dacht ik zo, en ik stapte in de auto en reed naar Landegem. Daar is een mooie geocacheroute volgens de bewegwijzering van Die Soete Beeze. Alleen…

Bij het afdraaien van de spoorwegbrug in Drongen/Landegem nam ik mijn bocht nogal kort. Geen nood, dacht ik, de berm ligt even hoog als het asfalt. Alleen moet er iets van paaltje of scherpe steen of zo gestaan hebben, want… Meteen begon mijn auto een zeer vreemd geluid te maken. Ik stopte een paar meter verderop, en jawel: platte band! En niet zomaar platte band, echt een ganse winkelhaak in het rubber, eentje van een paar centimeter. Niet te repareren dus met die repareerkit die je tegenwoordig in je auto vindt in plaats van een reservewiel. Meh.

Gelukkig heb ik Ford Assistance, inbegrepen in mijn jaarlijks onderhoud, en belde ik die dus maar. “Halewijnstationstraat, zegt u? Ter hoogte van welk huisnummer?” Euh… ik keek even in het rond, maar het dichtstbijzijnde huis was net iets groter dan een speldenkop voor mij. Ik heb dan maar uitgelegd dat ze me vanop de spoorwegbrug perfect konden zien staan, en dat ik daar eigenlijk wel zo’n beetje in de weg stond en zo. Drie kwartier later kwam een zeer sympathieke jongeman me optakelen – de max om te zien, zo’n gans takelding op minder dan een kubieke meter in de achterkant van zijn camionetje – en bracht mijn wagen naar de Fordgarage. In Ledeberg. De bandencentrale waar ik net nieuwe remblokken, remschijven én twee nieuwe banden had besteld voor donderdag, bleek geen optie. Bleh.

Van Ledeberg ging het naar Sint-Denijs-Westrem, naar The Loop, voor een vervangwagen: ook die was gratis, maar moest wel op dezelfde plek teruggebracht worden. Mja. Tegen dan was het half zes en donker, was de koppijn weg en mijn humeur – lang leve de fijne pechverhelper – wel wat opgeklaard, maar ik vond dat ik een rondje geocachen wel nog verdiend had. Néh.
Ik ben dan naar De Pinte gereden, een drietal kilometer verderop, en heb er in het donker nog tien caches gevonden, zodat ik het jaar 2018 netjes kon afronden op 500 gevonden caches.

Ik was laat thuis, ja, pas tegen half acht, maar dat kon me niet schelen: Bart had al met de kinderen pizza gemaakt, en we hadden toch niks speciaals gepland, behalve dan die pizza, massa’s hapjes, en twee Harry Potterfilms. Oh, en naar het vuurwerk kijken om middernacht.

Enfin, moge het nieuwe jaar beter beginnen dan het geëindigd is!