Namiddagje geocachen in Ronse

Zalig weertje, en dus werd de fiets opgeladen, reed ik naar Ronse, en vertrokken Véronique en ik bij haar thuis met de elektrische fietsen voor een hele reeks caches.

Ik moet het zeggen: ik genoot intens. Zalig weer, fijn gezelschap dat perfect op dezelfde lijn zit, prachtig landschap en een reeks caches. We hadden het bijzonder aangenaam, dwars door het Ronsische landschap, over een oude spoorwegbedding.

Op het einde toonde Véro me nog het oude kerkhof waar een monument staat van Henri Vandevelde, waar ook graftrommels staan en zelfs een graf met glazen platen, voor het geval dat de dame in kwestie schijndood was.

In elk geval een zeer fijne vakantiedag. Zo hoort dat.

Nieuwjaren, deel een

Vanmiddag tekenden van ons gezin enkel Bart en ik present in Ronse: de jongens zijn volop aan het blokken en hebben respectievelijk dinsdag en woensdag hun eerste examen, en Merel is ziek. Ze voelde zich gisteren al niet zo goed, had de hele dag hoofdpijn, net als vrijdag, en deze morgen stond ze plots helemaal witjes in de woonkamer met de boodschap dat ze net had overgegeven. Geen goed idee om haar mee te nemen op restaurant, me dunkt.

We bleven gewoon in Ikaria, het verzorgingstehuis van Nelly, maar dat heeft een degelijk restaurant, waardoor we een feestelijke menu voorgeschoteld kregen: een hapje met steak tartaar, een voorgerecht van scampi in een getomateerde saus, en dan een stevige filet mignon. Toen de kelner daarna kwam vragen of we voor het dessert een grote of een kleine portie dame blanche wilden, kozen we unaniem voor de kleine. Echt.

Daarna trokken we met zijn allen naar Nelly’s appartementje, waar er envelopjes en cadeautjes werden uitgewisseld – een Museumpas voor Koen en Else, een pakket met koffie en een knappe tas voor Bart en een set van twee hele knappe, koperkleurige saladelepels voor mij. Waar Else dat altijd vindt… Oh, en de jongens kregen wijze sokken en Merel fijne lichte slippers.

Het was meteen ook het eind van een tijdperk: Bo zit in het zesde studiejaar en las dus voor de laatste keer een nieuwjaarsbrief voor, eerst voor Nelly en daarna, via Facetime, voor Wolf. En ja, dat was ook wel fijn, ja.

Aansluitend gingen we nog even langs bij nonkel Staf en daarna zelfs nog bij ons pa, die duidelijk bij de pinken was en veel, veel helderder. Alleen herinnert hij zich niks van zijn verwarde episodes.

Enfin, het werd een rondje oudjes, en ik was blij dat wij twee oudjes daarna netjes in onze zetel konden ploffen, jawel.

Barbecue

Omaly had ons vandaag uitgenodigd bij haar in haar appartementsblok: er werd een barbecue gehouden ter ere van de nationale feestdag, en ze vond het wel leuk als wij er zouden zijn.

Wij hadden daar helemaal geen bezwaar tegen en dus stonden we tegen twaalven bij haar, om dan iets later te genieten van een zeer deftige wortelsoep, een uitgebreid buffet aan groenten en salades en een braadworst en kippenboutje. En dan ook nog een scampibrochette, jawel. Het was precies een beetje veel, zeker omdat er nog een stevige dame blanche volgde.

Een beetje bizar en vooral ook beetje storend wegens veel te luid was Maria M. met haar accordeon die vrolijke liedjes speelde en daar ook vaak bij zong. Niet slecht, maar we hoorden elkaar nog nauwelijks en ik had zin om mijn oordopjes in te steken…

Maar het was lekker, het was best gezellig en we kletsten nog even na op haar kamer. Heel lang bleven we echter niet, want we wilden nog even langs opa passeren – die zou misschien eind van de week naar huis mogen – vooraleer we morgen voor veertien dagen naar Canada trekken.

Opa zag er goed uit, was bijzonder scherp en vinnig en zit al aan de boterhammen, weliswaar nog zonder korst. Dat gaat nog helemaal goed komen, als het zo verder gaat. Dinsdag nog een laatste dilatatie, en dan hopelijk naar huis of naar een kortverblijf of zo, dat zien we nog wel.

En thuis, thuis waren er de laatste machines was en de valiezen en de afspraken met de housesitters – drie studenten – en de koers. Zeker nog die laatste spannende tijdrit in de Tour de France, jawel.

Even een verjaardag gaan wensen!

Kobe zit in Montenegro, maar Merel en Wolf waren wel thuis, en dus stapten we met zijn drietjes de auto in en reden naar Ronse. Daar passeerden we eerst nog bij een bakker om een taartje te halen – vier personen bij een bakker, dat zijn acht personen in de normale wereld, duidelijk – en waaiden binnen bij Omaly die 83 werd vandaag. Haar gezicht was zalig: ze had ons duidelijk niet verwacht! Het werd een gezellig momentje, maar heel erg lang zijn we niet gebleven: Koen was in de voormiddag al langs geweest en ze verwachtte nog enkele vriendinnen later in de namiddag. Maar yup, ik denk wel dat ze blij was ons te zien.

Aansluitend passeerden we nog even bij opa, die de meest bizarre verhalen heeft zitten vertellen over zijn kamergenoten, en waarbij we ons een kriek hebben gelachen. Opa genoot er duidelijk van, zijn ogen blonken. En dat zegt veel over de vooruitgang: nog geen idee waar het zal eindigen, maar het is duidelijk wel aan het beteren.

En ja, niet alleen het kruis van Ekkergem Kerk staat paraplu, ook de spits zelf is scheef, daar zijn we het intussen met zijn allen over eens.

Dagje Ronse

Bart en ik moesten om 11.00 uur in Ronse zijn voor de akte van ons nieuwe appartement. Daarna moest Bart nog naar Zaventem, zodat we met twee auto’s gereden zijn en ik daarna rustig in Ronse kon blijven. Ha ja, want een vijftal huizen voorbij de notaris woont Véronique, en er waren nog niet-gevonden caches hier in Ronse.

Bart en ik gingen eerst nog iets eten, niks speciaals maar altijd goed.

En toen trotseerden we de warmte en vonden we – eindelijk, bij een vierde poging – de cache aan de MUST (het textielmuseum) en enkele in de buurt van het station.

Intussen was er een telefoontje gekomen van het ziekenhuis dat ons pa nog te duizelig en te onvast op zijn benen was om vandaag al naar huis te gaan, waardoor mijn namiddag plots open kwam. En meteen gingen we samen op stap langs het Mijnwerkerspad, gewapend met een grote zak en een snoeischaar, om vlierbloesem te gaan plukken. Daar komt geen gemotoriseerd vervoer, dat zit dus wel snor.

We hadden een stevige zak bloesem en een fijne wandeling. En ook wel dorst, dat ook.

Tegen zes uur stond ik bij ons pa in het ziekenhuis en ik zag dat het goed was dat hij nog even kon blijven: hij stelt het goed, ziet er goed uit, maar was opgelucht dat hij nog niet naar huis moest: hij valt bij momenten gewoon omver, hadden de twee ergotherapeuten in de voormiddag vastgesteld.

Wordt vervolgd.