Op.

Yup, ’t bobijntje is op, ik ben zowaar aan het eind van mijn Latijn. Serieus, ik ben te moe om te slapen momenteel, en zo moe dat ik wel zou kunnen huilen.

Het was me ook het dagje wel. Om half negen stond ik op school, samen met een superenthousiast lerarenkorps en een goeie zeshonderd leerlingen. We hebben er een knaller van een afsluiter van het schooljaar van gemaakt: stapels workshops, een speelplaats met een keigoeie DJ die er gewoon een dansplein van had gemaakt, en massa’s enthousiaste leerlingen. Ik liep ertussen als een kip zonder kop om zo veel mogelijk foto’s te proberen maken, en had tussen tien en elf nog generale repetitie met de leerlingen voor vanavond.

Het verslag van onze Final KAMdown zal maar voor in augustus zijn, maar het zegt al veel dat je je leerlingen om 12.00 uur naar huis laat gaan, en dan om half één de muziek moet afzetten omdat je speelplaats nog vol staat met dansende leerlingen.

We kregen nog een broodjeslunch met het team, waarvoor dank, maar ik was al niet meer veel van zeg, vrees ik. Tegen half twee was ik thuis, en ik heb als een blok geslapen tot half vier. Toen werd ik gewekt door de kinderen, gaf ik hen een knuffel, kleedde me om, en was om vier uur alweer op school: een laatste keer inzingen voor de leerlingen, en dan om half vijf de afstudeerfoto’s nemen. Het stralende weer maakte veel goed.

Tussen half zes en half acht was er dan de proclamatie, en die verliep gelukkig zoals het hoorde, zij het wel serieus warm. Aansluitend was er de receptie/walking dinner, en heb ik nog met veel leerlingen staan praten. Ze hebben me nog uitdrukkelijk en herhaaldelijk gevraagd of ik alsjeblief alsjeblief alsjeblief niet mee ging naar I Love Summer, de fuif in het jeugdhuis waar ik ook de laatste jaren ben geweest, maar ik zag het echt niet meer zitten. Mijn voeten deden pijn, mijn rug deed pijn, en ik kon mijn ogen quasi niet meer openhouden.

Het is genoeg geweest. Ik ga een week slapen, denk ik. Echt.

Proclamatie, die van Kobe, welteverstaan.

Die laatste schooldagen, die zitten altijd propvol gestampt. Het is dan ook altijd een geplan en geregel, kwestie van zelf overal op tijd te zijn, de kinderen intussen ook van eten te voorzien, en zorgen dat het allemaal op rolletjes loopt.

Vandaag moest ik op school zijn van 8.30 uur tot 12.00 uur, officieel. Ik heb rapporten uitgedeeld, examens laten inkijken, en dingen op orde gestoken.
En toen was er repetitie met de zesdes die spelen op de proclamatie, en was het dik twee uur tegen dat ik thuis was.
Ik geef het toe, ik heb een klein tukje gedaan. Tegen half vier waren de kinderen thuis, en tegen half vijf was ik weer op school, voor het oudercontact. Met de fiets, welbewust, want om kwart voor zeven – eigenlijk liep het tot half acht, maar ik had toestemming gekregen van de directie – ben ik te vierklauwens op mijn fiets gesprongen en naar Wondelgem gepeddeld, want om zeven uur begon Kobes proclamatie. Ik was net op tijd ^^

Hij speelde fagot, danste mee de Fortnight dansjes, en glunderde. Het is welletjes geweest voor hem, hij heeft het daar al meer dan een jaar gezien, maar hield dapper vol. Het is niet alsof hij niks wil leren, wel integendeel, maar het gaat hem allemaal veel te traag. Daarbij was hij nog maar eens al zijn vriendjes kwijtgespeeld doordat die allemaal in een andere klas zaten, jammer genoeg. Pas op, hij komt met iedereen overeen hoor, dat wel, maar da’s nog iets anders dan echte vriendschap.

Hij kijkt er dus ongelofelijk naar uit om aan een nieuw hoofdstuk te beginnen. Nieuwe vakken, nieuwe leraars, nieuwe school, nieuwe vrienden. Nieuwe teleurstellingen wellicht ook, maar bon, die nemen we er dan gewoon bij en lossen we wel op naargelang ze zich aandienen.

Mijn Kobe. Mijn speciaalste van de drie, maar ik zie hem ongelofelijk graag!

Nog zo’n dag…

Dat ik serieus moe aan het worden ben, om eerlijk te zijn. Gisteren was er nog een ganse dag van deliberaties, en vandaag…

We moesten om half negen op school zijn allemaal. Niet dat we echt iets te doen hadden, om eerlijk te zijn: mijn leerlingen werden maar verwacht om 10.10 uur. Maar er was dus nog genoeg tijd om rapporten te maken, wat administratie te doen, een paar foto’s te nemen, en tegen kwart voor tien naar huis crossen: mijn computer ophalen – er waren blijkbaar nog dingen nodig – en vooral ook Wolf halen. Hij wou echt zijn vrienden nog even zien voor de vakantie begon, en ging dus zijn rapport ophalen. Niet dat hij examens gedaan heeft, maar bon.

Tien over tien was ik in de Europazaal om rapporten uit te delen aan mijn vijfdes, en probeerde ik snel tussendoor nog wat speciale prijzen aan te passen: blijkbaar waren bij sommige de teksten toch niet oké. Dus: aanpassen, omzetten naar PDF, doorsturen, laten afdrukken en lamineren. Opnieuw.

Tegen half elf probeerde ik An Olaerts, journaliste van De Standaard, op te vissen, samen met haar fotografe, maar geen van beiden waren ergens te bespeuren. Ze waren helaas opgehouden in de file, maar bon, iets later verschenen beiden toch op het appel, voor een interview rond mode met mijn vijfdejaars. Dat heeft overigens een dik uur geduurd, en dan moest er nog een foto gemaakt worden.

Langer dan gedacht dus, want om twaalf uur stonden er zesdes op mij te wachten in de polyvalente zaal, aan compleet de andere kant van de school, het kon niet verder zijn. Ik ben een paar keer heen en weer gehobbeld, tot het interview afgelopen was en het geluid correct afgesteld was.

Juist.

En toen wilde de directie nog een paar laatste documenten, en was het half drie voor ik thuis was en iets kon eten.

Ik ben even gaan liggen, en heb mezelf tegen half zes in deftige kleren gehesen: de proclamatie! Concreet betekent dat eerst de klasfoto’s trekken, en dan tijdens de proclamatie zelf rondlopen met instrumenten en pupiters en zo.

En dan nog de receptie… Ik was tegen half twaalf thuis, met meer dan 11.000 stappen op mijn conto, en dat met een gemutileerde voet van amper een week geleden.

Juist ja.

 

Twee proclamaties op een dag

Dat dat toch niet echt handig is, late communicatie. Zaterdag zei Wolf langs zijn neus weg: “Ha ja, mama, ik moet woensdag gitaar spelen op de proclamatie”. Hoe proclamatie, wat proclamatie?? Ik wist van niks? De school had nog steeds niks laten weten, pas maandagavond kreeg ik een briefje in mijn handen dat er twee dagen nadien een proclamatie gepland was, met alles erop en eraan. Simultaan met de proclamatie van onze school, waar ik een van de organisatoren van ben. Juist ja. We hebben last minute nog een andere fotograaf gezocht voor tijdens de plechtigheid, ik heb een collega aangesproken om te helpen met de instrumenten, en de rest was eigenlijk allemaal al voorbereid. Hmpf. Ik heb me dus tegen zes uur naar onze school gehaast, de groepsfoto’s van de verschillende klassen genomen, en tegen zeven uur zat ik op een stoeltje in de sportzaal van de lagere school, netjes op tijd om The Teachers een half concert te horen geven, de leerlingen zelf ook nog even aan het woord te horen, Wolf gitaar te zien spelen, en hem zijn diploma te zien krijgen. Terwijl Bart met de kinderen nog heel even op de receptie bleef, haastte ik me terug naar mijn school, waar de plechtigheid al even afgelopen was en ik eigenlijk de leerlingen die ik nog wou zien, gemist had. Blah. Ik heb er nog op de valreep een paar gezien, heb nog wat foto’s genomen, en ben dan maar naar huis gegaan.

Ik ben achtergebleven met een heel onvoldaan gevoel, meh.

Trots!

Dat Cato, een van mijn zesdes, vijf dagen naar Arpino (Italië) gegaan is voor de Latijnolympiade, dat had u hier vroeger al kunnen lezen.

Vandaag had ik eigenlijk klassenraden, maar ik was verontschuldigd omdat ook vandaag de officiële proclamatie van de Certamina lag, de verschillende olympiades voor Latijn en Grieks.

Ik pikte Cato op, en samen gingen we eerst een hele tijd in de file staan voor de Waaslandtunnel, om nog net op tijd te arriveren aan de Universiteit Antwerpen voor de plechtige uitreiking van diploma’s en prijzen. Het was heerlijk om een gans auditorium vol Latijn- en Grieksminnende mensen te zien. Als ontspannend gedeelte kregen we een stukje Iuvenalis te zien, in een tekst van collega van de Voskenslaan Pieter-Jan, en subliem gespeeld door diens vader.

Ik heb een massa foto’s genomen, en mijn hart zwol van trots toen Cato aan de beurt was, ook al heb ik daar feitelijk niet zoveel verdienste aan, maar bon. My young padawan…

Het geheel duurde een pak langer dan verwacht, maar het was voorwaar een fijne middag.

Alweer een hectische, maar mooie dag.

Hij begon gelukkig niet al te vroeg. ’t Is te zeggen: om zeven uur stonden we op, zoals altijd, maar ik had rustig de tijd om de kinderen naar school te brengen, want de klassenraden startten maar om 10.00u vandaag. Ik kon na mijn klassen nog net snel naar huis om te eten, en trok na een kwartier alweer richting school, om de hele muzikale omlijsting van de proclamatie eens door te nemen op het podium zelf, en dus ook de techniek af te stellen. De geleende piano liet nogal wat te wensen over, maar bon, het moest maar. Toch zijn we ook nog weer even bij die ene leerling thuis gaan oefenen, en het klinkt intussen echt wel zoals het moet. Best, want de proclamatie was ’s avonds al.

Ik had – ik geef het toe – iets te veel hooi op mijn vork genomen: ik doe zoals elk jaar de muzikale omlijsting, en dat betekent dat ik zorg dat alle attributen op het juiste moment op het podium staan, en dat de leerlingen precies weten wat ze moeten doen. Tegelijk had ik dit jaar alle foto’s te nemen. Vorig jaar deed ik dat ook wel, maar geheel vrijblijvend. Dit jaar moest ik klasfoto’s nemen, en daarnaast ook nog een foto van elke leerling die een speciale prijs kreeg, plus uiteraard sfeerfoto’s van de ganse proclamatie en alle sprekers. En dat terwijl ik aan geen kanten een fotograaf ben, ik heb alleen een haalbaar toestel en ik doe het wel graag. Het is eigenlijk langzamerhand tijd dat ik ergens een cursus volg… Daarbij had ik net voor de proclamatie een houten bankje op mijn voet laten vallen, en dat deed eigenlijk gemeen pijn. Enfin, de bewuste foto’s zijn hier te vinden.

Na afloop help ik doorgaans de leerlingen met al hun spullen, maar deze keer kreeg ik de vraag of ik professor Vermeersch, die de promotor was van deze promovendi en dus de laudatio had uitgesproken, even wilde begeleiden naar de eetzaal. Ik raakte in gesprek met hem, en man, die mens heeft mijn mond doen openvallen. Naast moraalfilosoof is hij ook classicus, en dus begon ik een gesprek met hem daarover. Hij vroeg welke auteurs wij geven in Latijn en Grieks, e, begon prompt ganse stukken Latijn te citeren, meer dan ik zelf kan. Maar daarnaast begon hij ook in het Grieks, en declameerde even de intro van de Antigone. En schakelde daarna vlot over op het Dorisch, een dialect waarvan ik me nog met moeite het bestaan herinnerde. Hij legde uit dat hij namelijk lang het vak Griekse Wetenschap van de Oudheid (of zoiets) had gedoceerd, maar dat dat daarna niet meer werd gegeven, omdat je nu eenmaal zowel Grieks als wetenschappen op je palmares moest staan hebben. Hij vertelde dat hij vooral Archimedes en Euclides in het Grieks gegeven had, en begon prompt ganse stukken op te dreunen. Ik herkende het als zijnde Grieks, maar daar hield het echt mee op. En die mens is tachtig. Tachtig! Wow… Ik moest helaas gaan opruimen en heb hem ‘doorgeschoven’ naar mijn directie, maar serieus, ik wou dat ik maar een fractie van ’s mans brein had…

Aansluitend was er een lange receptie waar met zodanig veel hapjes werd rondgegaan, dat ik eigenlijk gewoon te veel gegeten heb. Ik eindigde buiten op een bankje tussen een aantal van mijn zesdes, en die overtuigden me om mee te gaan naar I love Summer, een grote fuif in het lokale jeugdhuis ’t Choseken. Ik ben snel naar huis gereden om een jeans aan te trekken in plaats van mijn diep uitgesneden kleedje, en ben nog mee op de lappen geweest.

Ik heb me echt wel goed geamuseerd, en vooral: ik werd bekeken als een tropische vis in een aquarium bliekjes. Niet dat ik er de oudste was, maar ongeveer driekwart van het publiek was leerling of oudleerling, en een leerkracht op zo’n fuif, da’s blijkbaar iets bijzonders. Een van de vijfdes die blijkbaar al wel wat op had, zag me en gaf me spontaan een knuffel. Waarop een andere vijfdejaars wat later naar me toe kwam: “Ey, mevrouw, ’t schijnt dat wij u mogen knuffelen?” Ik schoot in de lach en knikte bevestigend, waarop ik alweer stevig geknuffeld werd. Ik ben benieuwd naar hun reacties dinsdag op school :-p Maar ook van de oudleerlingen zijn er een pak naar me toegekomen: “Oh, zo wijs dat gij hier zijt, mevrouw! Hoe is ’t?” Ik voelde me in elk geval niet onwelkom, alleen een beetje onwennig bij momenten. En ik heb ook wel stevig staan dansen. Ik ging amper een uurtje blijven, maar het was toch wel drie uur voor ik thuis was. Enfin, na achttien jaar afwezigheid nog eens op een jeugdhuisfuif, het moet wel eens kunnen :-p