365 – 19 maart 2017 – verzoening
365 – 21 januari 2015 – schutkleur
Slaap zacht, Radagast…
Daarstraks, rond een uur of zeven, ging de bel. Tot mijn grote verbazing stond de buurvrouw voor de deur, in haar pyjama met een jas over. Of ons kleine bruine katje binnen was? Ik aarzelde, zei dat ik het niet wist, want dat dat beestje binnen en buiten loopt naargelang ze zin heeft. Meteen ging een alarm af in mijn hoofd. En jawel, de buurvrouw nam me mee naar het exact zelfde plekje waar ik destijds ook Poetin aantrof, en waar Sander lag… In twee stappen zat ik naast het kleine hoopje bruine bont geknield, en kon ik enkel nog haar natte vachtje strelen. Ik herkende haar meteen, aan haar bleekbruine pootje, aan het halsbandje, aan haar blote buikje waar het haar nog niet was teruggegroeid na de sterilisatie van vorige week… Haar kopje wilde ik niet bekijken, want daar was ze geraakt door een auto. De man en het zoontje van de buurvrouw hadden het zien gebeuren, door de auto voor hen die veel te snel wegstoof, en het wellicht zelfs nooit gemerkt heeft.
Ik tilde haar voorzichtig op uit de plas bloed te midden van de straat – ze was nog warm – en legde haar in de tuin, op het vroegere tuinpad, terwijl ik heftig probeerde de krop in mijn keel weg te slikken. Ik dankte de buurvrouw, en ging naar de kinderen.
De verslagenheid was groot. Merel snapte het volgens mij niet meteen, Kobe begon te snikken, en Wolf kon alleen maar “Oh nee! Oh nee!” stamelen.
Ze wilden haar niet meer zien. Ze wilden haar herinneren zoals ze was: speels, onnozel, en ongelofelijk hard ronkend wanneer ze op hun benen lag, of tegen hen aangevleid.
Kleine lieve Radagast, het heeft niet mogen zijn. Iets meer dan drie maanden heb je bij ons gewoond, en ik denk dat je het hier best wel naar je zin had. Het was dat of het asiel, waar je een zekere dood wachtte, want je was ondervoed en nog behoorlijk klein toen we je in onze houtstapel ontdekten. Deze middag lag je nog prinsheerlijk te slapen naast me op mijn bureau, en ik genoot daar intens van.
Morgen ga ik je begraven in de tuin, naast Osiris, die ook al door een auto is gegrepen.
Je bent mijn vijfde kat die hier is doodgereden, Rada. Hoe lang zal het duren voor het slachtoffer een kind is? En de stad eindelijk die verkeersdrempel wil leggen waar de straat al zo lang voor ijvert?
Slaap zacht, Rada. We zullen je niet vergeten, kleine pluizenbol.
Doet nog eens van plog
Plog? Yup, picture log, ofwel je dag vastleggen in fotootjes. Heb ik al eens eerder gedaan hier, en ik zag het voor het eerst bij Lilith. Leek me wel nog eens leuk voor vandaag.
Voor het eerst in quasi twee maanden vroeg opstaan. Het piekt. Maar er moet gewerkt worden vandaag.
Ook de kinderen moeten opstaan, want die gaan vandaag eerst even mee naar het werk, en dan naar oma. Ik ging ze dus wakker maken.
Wolf vond het niet leuk.
Maar bon, een douche doet wonderen. Ook al ziet er dat zo niet uit.
Merel zag het alvast een pak beter zitten, zo met haar kleedje aan en al.
Maar kom, met gedroogde haren, lenzen in en wat schmink op uw toot ziet een mens er alvast ook wel beter uit.
Ontbijt. Dju, ’t is vroeg daarvoor.
Om half negen stonden we in de leraarszaal op school. Ik moest één leerling delibereren, de tweede in de rij, en daarom konden de kinderen wel heel eventjes mee komen.
Daarna cruisen door het mooie Drongen richting Zomergem.
Bij oma thuis mochten ze opa wakker maken. Die sliep nog bijzonder diep, en toen er drie kinderen boven op hem sprongen, met een luide “Boe!”, sprong hijzelf bijna een meter omhoog. Letterlijk. Wij lagen gewoon slap van ’t lachen!
Opa kon er gelukkig ook mee lachen.
Bon, terug naar Gent, en meer bepaald Sint-Amandsberg, om Wolfs ziektepapieren te laten invullen door de dokter.
Een paar huizen verder moest ik dan bij de kapster zijn: een nieuwe asymmetrische korte snit voor het felle kleurtje.
Nog even langs een paar winkels passeren:
En een havermoutpannenkoek met vers fruit fabriceren als middagmaal. Die overigens zo lekker rook, dat hij op was voor ik aan een foto dacht :-p
Nog even wat werken voor Gentblogt met een koffietje erbij:
En dan weer naar school: personeelsvergadering.
Mét vakantietraktatie!
Daarna opnieuw de kinderen ophalen – en als ik eerlijk ben, is dan het ganse plogidee een beetje uit mijn hoofd gegaan. Toen we thuiskwamen, was er wel nog het katje (waarover morgen meer) dat opnieuw in de tuin zat.
Maar avondeten, in bed stoppen, een grote kooi ophalen bij een vriendin en daar gigantisch lang blijven plakken, nee, dat zit niet meer in het plog. Gewoon vergeten. Kan gebeuren, zeker?
365 – 28 augustus 2014 – nieuwe bewoner
365 – 7 augustus
Empirische kennis over hoe een kat melk drinkt, is toch altijd beter dan van horen zeggen.
365 – 21 februari
Een beeld dat we nog wel vaker zullen zien: poes likt zijn wonden.
365 – 23 januari
“En wat mag het voor u zijn, meneer?”
366 – 31 juli
En toen waren er twee kattenluiken en kon de poes vrij in en uit, dus kreeg hij een reflecterend grijs halsbandje. Met belletje en cilindertje: het ene om de vogels te waarschuwen, het andere om zijn naam en adresgegevens bij te hebben. Ik ben al genoeg poezen kwijt.