Lectuur: “Pawn in Frankincense” (The Lymond Chronicles #4) van Dorothy Dunnet

Holy. Fuck.

Ik weet het, ik val in herhaling, maar die boeken van Dorothy Dunnet worden alleen maar beter. Ik heb net boek vier uit, en ik ben gewoon van mijn sokken geblazen. Wat een rollercoaster!

Of zoals Bart zei: “Ge hebt precies gewoon stress door die boeken, of wa?” Eigenlijk wel. Ze zijn bij momenten zo ongelofelijk spannend dat het bijna pijn doet.

Boek vier gaat naadloos verder waar boek drie eindigde – minor spoiler alert – met dezelfde grote vijand en dezelfde genadeloze race tegen de tijd. Alleen speelt alles zich hier nu af in de Oosterse wereld, voor een groot stuk zelfs in Constantinopel met een bijzonder hoge invloed van de islam. De citaten komen dan ook voor een groot stuk uit de Koran, maar zijn sinds het eerste boek een pak geminderd. Opnieuw moet Francis Crawford of Lymond and Sevigny al zijn intelligentie aanboren, samen met de fysieke paraatheid van een afgetrainde twintiger, om de situatie het hoofd te bieden.

Ook hier wordt stevig wat gesneuveld, kreeg ik zelfs tranen in de ogen – dat schaakspel! Maar man, dat schaakspel! – en wordt Lymond niet gespaard. Wordt hij sympathieker? Hmmm, niet echt, denk ik. Maar hij wordt wel menselijker en menselijker, met meer twijfels en problemen, en je begint langzamerhand inzicht te krijgen in zijn psyche.

Want dat is me pas nu opgevallen: het verhaal wordt altijd door de ogen van iemand anders gezien, je ziet het nooit vanuit Lymonds standpunt. Vaak is dat het standpunt van Jerott Blyth, zijn trouwe… aanhanger? Vriend? Volgeling? Voor mij is dat een van de sympathiekste personages en het was fijn om zijn gedachten en twijfels te kunnen volgen.

Wie deze keer ook een grote rol speelt, is de jonge Philippa die al in de vorige boeken opduikt maar nu veel meer op de voorgrond treedt en een stevig stuk van de plot op zich neemt. Het is mooi om haar te zien ontwikkelen tot een uitgediept personage dat toch trouw blijft aan de initiële karaktertekening.

En die plot, man, die plot… Het is onwaarschijnlijk hoe Dunnet die plot kan blijven balanceren tussen razend spannend, ongelofelijk poëtisch en soms pure slapstick. Tegelijk moet je er echt je gedachten blijven bij houden, want het zit bij momenten bijzonder ingewikkeld in elkaar. Soms gaat ze ook met opzet heel traag: op bijvoorbeeld een van de spannender momenten, wanneer het gezelschap het Seraglio betreedt, krijg je uitgebreide beschrijvingen van de omgeving, net om het wat langer te laten duren en dus de spanning op te drijven.  En telkens als je denkt dat ze toch ergens een steekje heeft laten vallen, dat er ergens een los eindje overblijft, blijkt dat later toch weer opgeraapt en vastgeknoopt te worden.

Ik weet nu waar Martin de inspiratie van zijn Game of Thrones heeft gehaald, zij het minder briljant. Dit overtreft gans GoT mijlenver, alleen al omdat het zich in een historische wereld afspeelt en dus geen nood heeft aan fantastische of magische elementen om het spannend te houden.

Ik weet dat ik vaak lovend ben over boeken, maar ik blijk alleen maar betere en betere te lezen. En zeggen dat ik bij boek 1 van deze reeks 200 bladzijden nodig heb gehad om over mijn twijfel heen te geraken. Zucht.