Leeswoede

Begin september had ik nog eens gezegd hoe graag ik opnieuw aan het lezen ben, na jàren van grotendeels inactiviteit.

Intussen heb ik er alweer stapels verslonden, maar met één duidelijke constante: op de Kindle. En eigenlijk gewoon omdat ik ze op die manier veel rapper in handen heb – een paar kliks op Amazon en ik heb het -, ik in het volle zonlicht kan zitten lezen zonder zonnebril, en ook in mijn bed geen nachtlampje hoef aan te steken, waarbij mijn boek dan in tegenlicht zit. Ik kan het ook overal meenemen, het is serieus dun, en ik heb er altijd wel meerdere boeken op staan.

Bon, wat heb ik de voorbije maanden, sinds september, nog gelezen?

Wel, die Michael Ondaatje waarover ik het had. Niet slecht, niet slecht, maar niet meesterlijk, nee. En toen bleken er nog extra boeken te zijn van de Masters of Rome reeks van Colleen McCullough, en moesten die er ook aan geloven, ook al zijn ze elk meer dan 1000 bladzijden lang.

  • Caesar
  • The October Horse
  • Anthony and Cleopatra

Meer dan 3000 bladzijden later nam ik met pijn in het hart afscheid. McCullough had nog perfect verder kunnen schrijven over Augustus, ware het niet dat ze intussen zo’n klein beetje gestorven is, en dat dat een beetje roet in het eten gooit.

Tussendoor kwam er Oorlog en Terpentijn bij, van Stefan Hertmans, voor de leesclub van school. Ik was echt van mijn sokken geblazen door dat boek: meesterlijk! Zowel qua schrijfstijl als qua inhoud. Ik weet zeker dat ik dat over een paar jaar nog eens ga herlezen. Mijn bespreking voor de schoolwebsite staat overigens hier te lezen.

Ook The Nest van Cynthia d’Aprix Sweeney werd gelezen, ook alweer in het kader van de leesclub, want ik zou er zelf nooit op gekomen zijn. Ook een zeer fijn, beklijvend boek, vond ik. Bespreking hierzo.

Verder had ik weer eens zin in goeie fantasy, en een vraagje op Facebook overlaadde me met titels. Ik pikte er de trilogie “The First Law” van Joe Abercrombie uit, en ik moet zeggen: ik was onmiddellijk verslaafd! Tv kijken hoefde niet meer, ik las, en op een paar dagen zijn zowel The Blade Itself, Before they are hanged en Last Argument of Kings eraan voor de moeite. Magnifiek gewoon! Allez, toch als je van fantasy houdt.

Momenteel zit ik zo’n beetje in de fantasy, dus ik denk dat ik daar nog een beetje aan verder doe, wellicht met The Black Company van Glenn Cook. Maar eerst nu, voor de leesclub, La Peste van Camus. Geen idee of ik dat eigenlijk wel zie zitten, dat Frans. Da’s echt van het middelbaar geleden dat ik nog Frans heb gelezen.

Soit, allons-y!

 

Lezen

Ik ben eindelijk weer aan het lezen geslagen, en dat werd tijd ook.

Ik vermoed dat het de leesclub was, die mijn goesting weer aangewakkerd heeft: met wisselend succes las ik De Cirkel van Dave Eggers, Het diner van Herman Koch, Amerikanah van Chimamanda Ngozi Adichie en Mrs Dalloway van Virginia Woolf. Dat laatste is zelfs nooit besproken geraakt, omdat net dan ons ma is gestorven. Tsja. Maar ik heb het wel gelezen en goed bevonden.

En toen was ik eigenlijk al tijden bezig met de Masters of Rome-reeks van Colleen McCullough: vier kleppers van elk meer dan 1000 bladzijden, maar meesterlijk geschreven! Man man man, zelfs dertig bladzijden over een senaatsvergadering gaan niet vervelen. Heerlijk gewoon!!

Bon, die waren uit, en dan ben ik tussendoor even de Hunger Games trilogie begonnen, en die was uit op een dag of vijf. Pulp, maar vlot geschreven, en aangezien ik enkel de eerste film heb gezien, serieus spannend ook.

En toen had ik het plots in mijn hoofd dat ik de reeks van Amber wilde herlezen, fantasy van Roger Zelazny. Ik heb die ooit gelezen een dikke twintig jaar geleden, en ik herinnerde me dat ik die bijzonder aangenaam had gevonden. Ik vroeg even rond, en jawel, iets later stonden ze op mijn Kindle. Fantastisch, toch? Dat was toen we in de Ardennen zaten, en een goeie twee weken later waren alle tien de boeken er aan voor de moeite.

En toen ging ik met Merel en de jongens naar de bibliotheek, en nam ik op goed geluk ‘The Cat’s Table’ van Michael Ondaatje mee: zeker niet slecht, maar niet het beste boek ooit. Enfin, het is nog niet uit, ik zie nog wel, maar het is niet echt zo meeslepend dat je het niet kan neerleggen, en dat heb ik vaak wel met andere boeken. En om eerlijk te zijn: ik mis de Kindle. Ik heb graag papieren boeken, daar niet van, maar als ik in het Engels lees, mis ik keihard de woordenboekfunctie van mijn Kindle.

Het volgende wordt dus wellicht weer een elektronisch exemplaar, tenzij ik een Nederlandstalig boek meeneem uit de bib. Ik zal nog wel zien.