Vrolijk met de fiets

Het was ietwat warm vandaag, zou je kunnen stellen, maar ik was met de fiets naar school gegaan en vandaar langs het fietspad, via de Bourgoyen, naar het ziekenhuis gefietst.

Het is onvoorstelbaar als je weet dat je naast de R4 zit, vlakbij het centrum van Gent, geprangd tussen de ring en de kleine ring in. Héérlijk!

En ons pa? Die stelt het redelijk, de hik is afgenomen. Hij heeft in elk geval een stevige maagzweer, zijn COPD is ook weer actief, maar ze zijn nog verdere onderzoeken aan het doen.

Ik ben vooral blij dat hij in het ziekenhuis ligt, dan hoeven we ons voorlopig geen zorgen te maken.

En ’s avonds, toen ik terugkwam van de infoavond op school, ben ik eventjes gestopt op Mariakerkebrug. Gewoon omdat het kon.

Lourdes

Vandaag heb ik dus in Lourdes gezeten. Voor wie van Gent is, betekent dat automatisch Oostakker natuurlijk. In Oostakker is er ook ooit een wonderbaarlijke genezing geweest, waarop ze een replica van de grot van Lourdes hebben gebouwd en een heuse basiliek.

Ik ben naar ginder gefietst, heb mijn fiets aan de basiliek gezet, en ben de vragen beginnen oplossen. Dat leidde me rond het plein, eventjes langs de straat en dan het Slotendriesbos in. Alleen dacht ik dat ik netjes een rondje kon maken: vraag 1-3-4-5-6 en dan 2, maar blijkbaar was de toegang terug afgezet met een hek, en moest ik helemaal terug lopen om vraag 2 op te lossen. En uiteraard lag de stash weer helemaal de andere kant het bos in.

Soit, ik loste het op, berekende de coördinaten van het potje, en ging toen de basiliek even binnengaan. Dacht ik, want ook al was het pas tien voor vijf, de kerkdeur ging net voor mijn neus dicht, terwijl het aangegeven stond tot 19.00 uur. Ach ja, niet erg.

Maar ik heb gigantisch genoten van de fietstocht van 17 kilometer en de wandeling van een uurtje, en was helemaal ontspannen. En ook de rug bedankte me.

Eindelijk bij Vallery

Vallery heeft, geloof ik, al een half jaar een nieuwe keuken. Allez, een ganse verbouwing eigenlijk: de achterbouw is aangepast, ze heeft een nieuw buitenvenster, toilet en vooral keuken. De max. Doordat de vensters quasi helemaal openschuiven, lijkt het alsof haar woonkamer veel groter is geworden, en de tuin is ook veel toegankelijker. Zalig.

Alleen was ik er nog steeds niet geraakt, wat ze me langzamerhand bijna kwalijk begon te nemen. Begrijpelijk.

Vandaag heb ik dus Merel achter op de fiets gezet – allez, eigenlijk klimt ze er zelf op omdat ik haar absoluut niet kan tillen – en ben ik met Kobe tot bij haar in Sint-Amandsberg gefietst. Een hele mooie fietstocht eigenlijk, via het fietspad door de nieuwe wijk in Wondelgem, over de spoorwegbrug naar Meulestee, en dan langs het water verder tot aan de Koopvaardijlaan en de Dampoort.

Bij Vallery zetten wij ons te kletsen, terwijl de kinderen ook samen een paar spelletjes speelden.

Tegen een uur of vijf reden we richting stad om een geocache van een vers dekseltje te voorzien en vooral ook een ijsje te eten. Ha ja, want dat hoort zo.

Fietstocht door de Gentse haven

Gisteren was ik ook van de hele dag niet buiten geweest: veel te warm en te tam. Maar tegen ’s avonds was het heerlijk aan het afkoelen, nog zo’n 24°, en dus nodigde ik Bart en Merel uit voor een fietstochtje. Waarheen? Goh, ik vond het veer van Langerbrugge wel ne keer wijs. We zijn dan maar voor een fietstocht door de haven gegaan, iets wat strikt genomen niet mag, denk ik. Foert, het zijn Gentse Feesten voor iets.

We vertrokken langs het kerkhof van Wondelgem, over een pad tot langs de Ringvaart, verder tot Meulesteebrug, langs de Weba en dan links de haven zelf in. Wijs om zien, en heel veel mooie industriële zichten. Dwars het havengebied door, en dan op het veer. Half weggewaaid daar, maar nog steeds helemaal niet koud.

Dan opnieuw langs het water richting huis, afgeslagen naar de Ringvaart, over Evergem brug, en 17 kilometer en anderhalf uur – nogal wat verlet gehad met het veer – waren we terug. Helemaal verfrist en uitgewaaid. Zalig!

Introductie Antwerpen

Eind mei, na het concert van Anouk, had Philip vastgesteld dat ik écht wel geen bal kende van Antwerpen, als ik zelfs bij het zien van de voetgangerstunnel verbaasd uit de lucht viel. Ja, ik wist dat die bestond, nee, ik had die nog nooit gezien. En ik wist al helemaal niet dat dat ding zo’n megaliften had.

We spraken toen af dat hij me vandaag een rondleiding voor beginners zou geven in Antwerpen. Ik had meteen voorgesteld om de fiets mee te brengen, want dan kan je veel meer zien. Hij had dan ook minutieus alles voorbereid, een hele route uitgestippeld en me vooral de architecturale parels laten zien, zoals ik aangegeven had.

Het begon al goed: ik vond de park&ride niet van Linkeroever. Tsja, op een bepaald moment staat die niet meer aangegeven en mijn gps stuurde me de andere richting uit. Maar bon, kwart over tien stapten we beiden op de fiets om te beginnen met de nieuwbouwwijk naast de Blancefloerlaan met de namen van de opvarenden van de Belgica. Al meanderend kwamen we uit aan het Galgeweel, waarvan het me verwonderde dat het eigenlijk zo dicht bij Antwerpen centrum (of dorp) ligt. En daar zochten we, jawel, een geocache! Philip had het vroeger ooit al wel eens gedaan en wist dat ik een fervent cacher ben, en dus had hij meteen ook een aantal caches in de route opgenomen. Maar hoe lief, hoe de max is dat zeg!

We fietsten verder langs Linkeroever, namen de fietserstunnel naast de Kennedytunnel – zot jong, nooit geweten dat daar nog een extra tunnel lag! – en hadden daarna het meest indrukwekkende zicht op Antwerpen over de Schelde heen. Jong, een gids als Philip die alle plekjes weet zijn én er dan ook nog stapels weetjes over kan vertellen: onbetaalbaar! Zeker als ge ondertussen ook nog dik onnozel doet, de hele tijd zit te lachen en u de max amuseert.

We fietsten langs de nieuw aangelegde kaaien ’t stad binnen, en hij liet me allerhande mooie gebouwen en pleintjes zien, waaronder uiteraard het standbeeld van Nello en Patrache van aangetrouwde familie Batist Vermeulen (hij is getrouwd met de zus van mijn schoonzusje, getrouwd met mijn jongste broer).

De kathedraal staat deels in de steigers, maar er stond wel een knap gedicht op de omheining.

De Vlaeykensgang was nog zoiets waar ik nog nooit van gehoord had, behalve dan het restaurant natuurlijk.

En toen dachten we er plots aan dat we misschien wel Lorre in zijn nekvel konden stekken voor een lunchke. Hij had al gegeten, maar zag het volledig zitten om mee een terrasje te doen. We liepen eerst tot aan de Stadsfeestzaal, maar behalve heel mooi was het er ook drukkend warm, zodat we toch maar terugkeerden naar de Graanmarkt en er iets aten in de Wasbar.

Intussen had ik vastgesteld dat ik mijn cachelogboek blijkbaar vergeten was op een elektriciteitskot aan het Galgeweel, waarop we Philips nauwkeurige planning door elkaar gooiden en opnieuw naar Linkeroever reden, deze keer via de roltrap van de voetgangerstunnel. Knap!

Helaas, geen cacheboek meer te bespeuren. Ik heb grondig gevloekt en ik hoop maar dat iemand het meegenomen heeft en me contacteert, mijn gegevens staan erin.
We staken opnieuw de Schelde over via de fietserstunnel en reden terug de stad in voor meer mooie gebouwen en uitzichten, inclusief het Steen, het oudste houten gebouw van Antwerpen, de Carolus Borromeus – fijne akoestiek in de kapel – en een speciale graffito.

Toen was het tijd voor koffie, dus reden we naar Coffeelabs.

En toen ging de tocht verder, door een stukje unief, langs prachtige gebouwen, tot iets voor zessen in de brouwerij De Koninck. We dronken iets en tegen half zeven zaten we aan tafel in “The Butcher’s Son” voor een bijzonder lekkere maaltijd. Goeie keuze, Philip.

Waarom aten we nu zo vroeg? Wel, Philip had plannen met het avondlicht, en hij had groot gelijk! Eerst verloren we een dik uur op de Cogels-Osylei – die gebouwen! Die poëzie! –  iets wat ingecalculeerd was, en dan verder via Berchem naar het water, richting het Eilandje.

Daar gingen we niet naar de top van het MAS – dat kende ik al – maar gewoon de zonsondergang over het water. Machtig.

Als afsluiter gingen we nog iets drinken op de Stadswaag, fietsten toen door de voetgangerstunnel terug naar Linkeroever, pikten er nog in het donker een laatste cache op, en tegen half een zat ik in mijn auto richting Gent. Met een grote glimlach op mijn gezicht en zo’n 40 kilometer op de teller.

Philip, mocht ge het nog niet weten: ge zijt de max!

Fietstochtje naar het werk

Wanneer ik met de fiets naar en van school kan gaan, maakt me dat ongelofelijk… blij, tevreden, vrolijk, zen, noem maar op.

Mijn fietsroute is dan ook zalig: doorheen de wijk, en dan het park van De Lange Velden in – officieel het Ter Durmenpark – waar Stad Gent een prachtig fietspad heeft aangelegd. Dat sluit aan op een rustig baantje dat parallel met de R4 loopt, achter ofwel een aarden wal, ofwel nog een stuk land, en dan verder een andere wijk door, over de brug, doorheen nog een park, tot aan de school.

Ik heb er vandaag een klein stukje van gefilmd, maar het mooiste stuk staat er eigenlijk nog niet op. Dat zal ik wel eens filmen in de andere richting, ’s morgens, wanneer het zomer is en alles in volle bloei en blad staat.

Maar met deze route begrijp je wellicht wel waarom ik hier zo graag fiets.

Onverwacht fantastische dag in Puyenbroeck

Wolf had een tijd geleden fietsexamen op school, onder toezicht van de politie. Blijkbaar was hij daar de beste van de klas, en mocht hij naar de finale vandaag in Puyenbroeck. Ik had hem dus ingeschreven, maar ik vond dat ze wel heel erg weinig info hadden gegeven. We wisten enkel dat we er om negen uur moesten zijn, en dat het tot half twaalf ging duren, zijn praktische en theoretische test.

Bon, ik daar met de drie kinderen naartoe, met het idee om met de andere twee wat rond te lopen en te spelen. Bleek er bij aankomst vanalles te doen te zijn: we kregen elk een dagkaart voor Puyenbroeck, met daarin – normaal voor negen euro per persoon – een zwembadbeurt, ticket voor het treintje (hele dag), de minigolf, de fietsenverhuur, de roeivijver, petanque of krulbol en (in juli en augustus) het verkeerspark. Môh. Daarnaast had de politie zelf verschillende standen opgezet, was er om vijf uur een demonstratie van acrobatisch fietsen, en om half zes de prijsuitreiking. Wij vielen uit de lucht, en toen ik de organisatie erop aansprak, bleek dat de brief die wij gekregen hadden, eigenlijk nog een achterkant had moeten hebben, met alle uitleg. Juist ja.

We bleven even kijken naar Wolfs praktische proef, en terwijl hij daarna theoretisch examen aflegde, gingen wij drietjes op het treintje, het hele park door. Man, dat is daar groot!

Ik liet beide “kleintjes” nog even op de speeltuin, en daarna pikten we Wolf op, die meteen ook nog even op het klimrek wilde. En toen zat er niks anders op dan naar huis te rijden, daar te eten, het zwemgerief te pakken, en terug te rijden. Nog een chance dat we niet de andere kant van de provincie wonen, maar het is toch wel een klein half uur rijden. Maar bon, we hebben ons schitterend geamuseerd in het zwembad, stelden vast dat het toch nog net te koud was voor het buitenzwembad, haastten ons bij het afdrogen, speelden een half spelletje minigolf, huurden dan fietsen omdat mijn voet echt wel pijn begon te doen en het toch wel een eindje was naar het evenementeneiland, en waren net op tijd voor de prijsuitreiking.

Kobe pikte het prijzenpakket van Lucas op (die wist ook van niks en zat inmiddels op een familiefeest), Wolf was 47ste op 122, en wij zagen dat het inmiddels prachtig weer was, en dat we nog drie kwartier de fietsen hadden. En dus maakten we nog een prachtig fietstochtje over een stukje van het domein, met elk een aangepaste fiets en voor Merel een aanhangfiets aan de mijne.

Merel was dan ook compleet uitgeteld op het einde.

Maar wat hebben we hieruit geleerd? Dat, als er nog eens een mooie dag komt deze zomer en we verder niks te doen hebben, dat we ’s morgens al gaan vertrekken, vier van die dagkaarten gaan kopen, en onze picknick meenemen. En dat we er een ganse, prachtige dag van zullen maken, met een roeitochtje en een volledig spelletje minigolf erbij. Zeker weten.