Feestmaal op een feestdag, en dan cultuur

Hoogdag vandaag, en wat doet ne mens dan? Jawel, zijn ouders nog eens uitnodigen. ’t Is niet dat we ons pa nog niet gezien hadden de voorbije dagen: zondag was hij hier geweest, en gisteren hadden we hem gezien bij de vijver.

Maar als Nelly toch kwam eten, dan kunnen we hem net zo goed ook vragen: die twee hebben toch altijd vanalles om over te babbelen, de beurs en de gezondheid en zo.

Bart had andermaal een feestmaal voorzien, met een hapje, en dan zalm met pasta en een groentebereiding die ongelofelijk lekker was, een kaasbordje met een verse vijg die Nelly had meegebracht, druiven en bramen uit Marcs tuin, en een dessertje met mijn eigenste bramenconfituur. Oh, en cake, daarna. Kobe had zelfs een appelzwaantje gemaakt.

Er moest een aantal dingen besproken worden, maar daarna kegelden we de oudjes ongenadig buiten: ik wilde per se met het ganse gezin nog naar de Verbeke Foundation in Stekene, en het is niet alsof de vakantie pas begonnen is.

Enfin, we liepen rond in een prachtige tuin waar de aliens waren neergestreken, oordeelden dat de serres een beetje op Tattooine leken, genoten ook van de collages in het binnendeel (waar Merel en Kobe zelf ook een collage vormden), zagen dat het welletjes was voor Wolfs rug, en dronken er iets. En keken dan nog naar het andere binnengedeelte.

Tegen half zes waren we thuis, en nog wat later stonden er vijf potjes vijgenchutney te blinken. Wat doet ne mens anders met 800 gr. bijzonder rijpe verse vijgen?