Lectuur: “La Tempête des échos” (La Passe-Miroir #4) van Christelle Dabos

Eerlijk? Ik vond dit vierde en laatste deel van La Passe-Miroir een pak minder sterk dan de vorige. Misschien is het nieuwe er wat af? Feit is dat deel 4 zich op dezelfde arche afspeelt als de vorige, dus ook in Babel, zij het een ander deel. Ophélie laat zich vrijwillig opsluiten in een soortement gesticht omdat ze daar antwoorden kan vinden op de vraag waarom de wereld aan het vergaan is. Letterlijk, want de bestaande stukken wereld brokkelen af en telkens sneuvelen duizenden mensen.

Ophélie weet dat ze de kennis in handen heeft om die ondergang tegen te gaan – een held die de wereld moet redden, iemand? – maar kan die niet ontsluiten. Opnieuw moet ze een aantal fysieke en mentale beproevingen ondergaan, maar uiteindelijk slaagt ze er wel in haar antwoord te vinden. Maar het blijft maar de vraag, natuurlijk, of ze daar dan ook iets mee is…

Dabos wil in dit laatste deel eigenlijk te veel uitleggen, en dat stoort. Soms is die uitleg metafysisch en moet je het een keer of drie lezen voordat je er ook maar een iota van snapt, andere dingen zijn gewoon totaal irrelevant voor de rest van het verhaal. Sommige dingen zijn ook gewoon niet logisch, maar daar krijg je dan weer geen uitleg voor. De wereld zit nog steeds knap in elkaar, maar hier en daar is er toch een los eindje dat niet logisch ingewerkt geraakt. En vooral: het steampunkkantje, de fantastische werelden van Anima en de Pool komen gewoon niet meer aan bod. Jammer jammer jammer, want dat maakte het net interessant, samen met een aantal personages dat zonder meer aan de kant geschoven is.

Nog steeds goed, maar toch beduidend minder dan de voorgaande. Tsja. Het kan niet altijd 5 sterren zijn, toch?

Lectuur: “La Mémoire de Babel” (La Passe-Miroir #3) van Christelle Dabos

OPGELET: lichte spoilers!

Op het einde van het tweede boek was Ophélie verplicht teruggebracht naar Anima, haar eigen ‘planeet’ waar ze zich hopeloos verloren voelt, zonder doel, en ook zonder Thorn. Maar wanneer er zich een kans voordoet, ontsnapt ze en gaat ze richting Babel, een oosters aandoende arche waar ze vooral heel veel opzoekingswerk doet naar wat de wereld om zeep heeft geholpen en waar ze, wonder boven wonder, ook Thorn terugvindt. Maar uiteraard moet ze zich in honderdduizend bochten wringen, zit ze in een overgecontroleerde omgeving waarin Big Brother nooit ver weg is, en ziet ze gewoonweg af, zowel mentaal als fysiek. Zo hoort dat blijkbaar ook, in deze reeks.

Maar de spanning is regelmatig te snijden, de plot is ingewikkeld maar goed opgebouwd, de personages zijn nooit helemaal goed of helemaal slecht, en de steampunk sfeer is zelfs nog iets meer aanwezig op Babel dan in de vorige boeken. Ik blijf echt wel fan en ik ga door de boeken als een mes door de boter. Of zoals Wolf zegt: “Mama, je bent echt wel weer heel veel aan het lezen, he? Overdrijf je niet een beetje?”

Misschien wel. Maar deze boeken moeten dan maar zo leuk niet zijn.

 

 

Lectuur: “Les Disparus du Clairdelune” (La Passe-Miroir #2) van Christelle Dabos

Was ik door deel één gestoomd, dan was dat voor deel twee van deze Franstalige steampunk fantasyreeks niet anders.

Het verhaal loopt gewoon verder, waar het bij boek één geëindigd was op een cliffhanger. Ophélie bevindt zich nog steeds op Le Pôle bij haar verloofde, maar het is niet alsof ze een connectie kan maken met hem: zij wil hem niet en hij wil haar duidelijk ook niet. Maar er is intussen wel iets zeer vreemds aan de hand: er verdwijnen mensen in zeer onduidelijke omstandigheden.

Ophélie gaat, ondanks de bedreigingen die haar van alle kanten omgeven, op onderzoek uit en probeert alle illusies aan het hof van de Pool te doorprikken, wat haar niet bepaald in dank wordt afgenomen.

Dabos gaat verder op het ingeslagen elan en blijft het bij momenten ongemeen spannend maken. Ja, het blijft young adult en er komen een hoop emotionele problemen bij, maar eigenlijk is dat helemaal niet erg. De steam punk sfeer wordt nog sterker en de wereld krijgt nog meer vorm.

Ik blijf fan. Echt.

 

Lectuur: “Les Fiancés de l’hiver” (La Passe-Miroir #1) van Christelle Dabos

Wolf kwam onlangs naar beneden met een tip voor mij: “Mama, ik ben een Frans boek aan het lezen, en ik denk dat jij dat wreed wijs gaat vinden.”

Mijn wenkbrauwen gingen omhoog: Wolf die leest en iets nog goed vindt ook, en dan nog in het Frans, of wa? Bleek dat hij enkel de eerste twee hoofdstukken moest lezen, maar dat het Franstalige, zeer goed geschreven fantasy bleek te zijn. Yup, mijn interesse was geprikkeld.

Dat bleek overigens zeer terecht: mijn zoon kent mij goed, ja. Het verhaal is gesitueerd in een compleet nieuwe wereld, of althans een verre toekomst waarin onze huidige wereld geëxplodeerd is en grote stukken – des arches – zweven in een vaste baan rond een ontoegankelijke kern. Elk stuk heeft zijn eigen kenmerken waarin wel een aantal kenmerken van hedendaagse landen terug te vinden zijn. Alleen hebben veel van de inwoners een speciale gave ontwikkeld, specifiek per ‘arche’. Zo is er Anima, het stuk waar Ophélie geboren is, en waar veel inwoners in staat zijn materie te manipuleren. Dat hun huizen en hun inboedel dan ook vaak geanimeerd zijn – letterlijk – en een eigen karakter hebben, dat moeten ze er dan maar bij nemen. Anima straalt de sfeer uit van een conservatief, gemoedelijk Frankrijk, en Ophélie heeft een dubbele gave: ze kan door aanraking het verleden van objecten ‘lezen’ en zich verplaatsen via spiegels.

En dan is er bijvoorbeeld ook Le Pôle, een zeer hiërarchisch gestructureerde ‘arche’ waar een polair klimaat heerst en dat nog het meest doet denken aan keizerlijk Rusland. De inwoners zijn er meesters in de illusie, maar ook bijvoorbeeld in gedachtenlezen en dergelijke. En laat daar nu ene Thorn wonen, een zeer enigmatisch figuur dat tegen wil en dank de verloofde wordt van Ophélie. Zij wordt gedwongen hem te volgen naar de Pool, maar er blijken – uiteraard – heel wat andere motieven mee te spelen…

Ik was, zoals gezegd, zeer, zéér aangenaam verrast. Dabos schrijft een helder, verzorgd, zeer bloemrijk proza in de passé simple, en ik was wel blij dat ik elektronisch las zodat ik regelmatig woorden kon aanklikken met de woordenboekfunctie. De wereld is zeer knap en logisch opgebouwd, heeft een sterk steampunk gevoel en ja, Ophélie is jong en heeft een eerste relatie, je kan het ook young adult noemen, denk ik.

Niet gedacht, maar ik las deze 600 pagina’s op een dag of vier en ging meteen voor deel twee: echt een van de betere reeksen. Zitten er minpuntjes aan? Tuurlijk: soms gaat het verhaal wat traag, en Ophélie kan echt soms een twijfelende, chronisch verkouden zaag zijn, maar meestal gaat het verhaal aan een immens tempo, is het intens spannend en, tsja, gewoon goed geschreven.

Aanrader? Vast en zeker!