Triënnale Brugge 2024
Was het vrijdag nog strontweer waardoor de geplande uitstap naar Watou in het water viel, vandaag was het perfect weer: zon en wolken, 24 graden, een licht briesje… Ideaal dus voor ons gepland dagje Brugge om er de kunstwerken van de Triënnale te bekijken. Blijkbaar is dat voor mij zelfs al de derde keer: zes jaar geleden ben ik met de kinderen even naar Brugge geweest op de bezoekdag van het Zeepreventorium, drie jaar geleden maakten Bart en ik er ook al een daguitstap van. Maar deze keer hadden we er wel degelijk aan gedacht de fietsen mee te nemen, en dat maakte een wereld van verschil. We parkeerden ons buiten het centrum aan de psychiatrische kliniek en fietsten meteen naar het kunstwerk aldaar, Full Swing. Mij deed het niet zo veel, Bart was wel onder de indruk van het desolate, opgesloten gevoel.
We fietsten vrolijk verder van kunstwerk naar kunstwerk en vonden het geen enkele moeite, terwijl we de vorige keer de verste hadden overgeslagen wegens te veel wandelen. Eten deden we op de Grote Markt, tussen drommen toeristen, wat dan wel weer amusant was om te bekijken. En ik pikte snel nog vijf labcaches op, dat ook.
En de kunst zelf? Goh… Zoals Bart het weer eens treffend stelde: je merkt dat dit door architecten is ontworpen, dat er weinig pure kunstenaars tussen zitten. Het is allemaal zeer cerebraal, er waren amper twee dingen die me ook echt raakten, en dat waren de laarzen op het water, waarbij je zelf de figuur die er zou moeten zijn kon verzinnen, en de tunnels. Die gaven een vreemd effect, ook weer alsof je in een andere wereld terecht kwam. Mooi.
We dronken nog een koffie op ’t Zand en fietsten terug naar de auto, om tegen half vijf terug thuis te zijn. Perfecte timing voor de Vuelta, en meer moet dat toch niet zijn, op zo’n vakantiedag?
366 – 19 augustus 2024 – Full Swing
Foreshadow
Eigenlijk had ik geen kaarten voor deze voorstelling van de Cultuurcel, maar een collega moest verstek geven en ik was de eerst aangewezen vervanger. Ik zei niet nee.
Ik heb daar zó hard geen spijt van gehad! De perstekst schreef het volgende:
Op de tonen van experimentele rockmuziek bewegen acht acrobaat-dansers zich als tandwielen van een collectief lichaamsmechaniek. Samen gaan ze op zoek naar quasi onmogelijke balansen en dagen elkaar én de zwaartekracht uit.
Met de strak georchestreerde chaotische bewegingslandschappen van Foreshadow zet Alexander Vantournhout een nieuwe stap in zijn onderzoek naar de relaties tussen zwaartekracht, beweging, balans en ruimtelijkheid. Naast de vloer, die in SCREWS en Through the Grapevine telkens een prominente rol kreeg, wordt nu ook de muur een danspartner.
Ik wist dus niet goed wat te verwachten, en als ik eerlijk ben: de eerste tien minuten vreesde ik het ergste. Zonder muziek bewogen de acht dansers (acrobaten? Acrogymnasten?) zich in vaste patronen, met heel veel draaibewegingen en telkens ook tegen de muur botsend, bijna als een caleidoscoop. Vreemd.
Geleidelijk aan kwam er muziek opzwellen, maar of dat een verbetering was, dat laat ik in het midden. Mij leek het eerder free jazz dan experimentele rockmuziek en ik kreeg er koppijn van, iets wat de leerlingen achteraf ook bevestigden. Gelukkig kwam er ook nog andere muziek aan te pas. Maar beetje bij beetje werden de bewegingen complexer en gewaagder, tot ik op een bepaald moment met open mond zat te kijken. Dit kón toch niet? Kan een menselijk lichaam dit aan? Hoe kom je in hemelsnaam op zo’n choreografieën, en hoe gek moet je zijn als danser om die ook nog te willen uitvoeren? De vergelijking met een ingewikkelde mechanische constructie is niet te vergezocht, geloof me, en de dansers moeten vooral een grenzeloos vertrouwen in hun eigen lichaam én in dat van hun mededansers hebben. Af en toe hoorde je het publiek collectief naar adem happen en dacht je dat het nu toch gegarandeerd fout zou lopen. Maar nee, foutloos – of zo kwam het toch over – sprongen, tuimelden, hingen en dansten de acrobaten zich doorheen het stuk.
De staande ovatie na afloop was dan ook niet verwonderlijk: dit toont een meesterlijke beheersing van het menselijk lichaam en het aftasten van de grenzen ervan. Chapeau!
Dagje onder vrienden
Mireille stuurde me eerder deze week een berichtje: ze hadden afgesproken om vandaag naar Stefaan te gaan in Brugge voor koffie en dan samen iets gaan eten. Arend zou rijden en Lynn, Stefaans vriendin, zou er ook bij zijn. Of ik geen goesting had om mee te gaan? Zij zouden dan wel voor taxi spelen aangezien ik nog steeds niet mag rijden.
Zoals altijd moest het idee even rijpen in mijn geest, en gelukkig kent Mireille me al lang genoeg om te weten dat ze best nog even wachtte op een antwoord. Maar vandaag om half drie werd ik dus vakkundig opgehaald en naar Sint-Kruis-Brugge getransporteerd.
Er was koffie, er was heel lekkere taart en er waren de meest bizarre gesprekken. En later was er een aangenaam etentje met hetzelfde fijne gezelschap. Beetje vreemd, wel: het was de eerste keer dat ik daar terug was sinds Els’ dood, de maaltijd na de begrafenis hadden we daar gehouden.
Ik at weer eens veel te veel, tetterde veel te veel, en genoot intens van het feit dat ik eindelijk weer eens uit mijn kot had kunnen komen.
Dankjewel, Arend, Mireille, Stefaan, Lynn voor de fijne dag!
Triënnale in Brugge
Bart en ik maakten er een dagje van voor ons twee: gezellig rondlopen in Brugge en de beelden of kunstwerken van de Triënnale bekijken. Als echte toeristen. De kinderen hadden geen zin om mee te gaan, en eerlijk? We vonden dat niet erg.
Pas toen we Brugge binnenreden, merkte Bart op: “Goh, we hadden eigenlijk de fietsen kunnen meenemen!” Yup, zo ver gewoonweg niet gedacht. Goed bezig.
Maar bon, we parkeerden achter het station en wandelden de stad binnen, waar we de kunstwerken combineerden met caches en labcaches.
We meanderden door de stad, baanden ons een weg langs de andere toeristen, en aten iets op de Burg.
Toen merkten we al dat alle kunstwerken, ook die in het noorden van de stad, een beetje te hoog gegrepen gingen zijn, maar bon, niks aan te doen. We kuierden verder, en ik kwam, tot mijn grote vreugde, langs een aantal straten en gebouwen die een rol spelen in de reeks boeken die ik nu aan het lezen ben.
Bon, we dronken nog een koffie om de voeten even te laten rusten, en zaten iets over vier opnieuw in de auto, na een cultuurvolle maar vooral ook rustige dag in eigen land.
365 – 13 augustus 2021 – seriously?
Ontbijt in Maison Bousson
Ik dacht dat ik al een uitgebreid ontbijt kende, maar dat van zondagmorgen in Maison Bousson, dat was toch echt wel buiten categorie.
Ik vond dat ze gisteren toch al redelijk wat serveerde, maar toen kwam dus dat ontbijt van deze morgen. De tafel stond gedekt met versgeperst fruitsap van bloedappelsien met citroengras, een smoothie van onder andere bevroren framboos, een Griekse yoghurt met schijfjes kiwi, drie soorten zelfgebakken brood, pistoletjes en kleine koffiekoekjes. Op zich al niet mis.
En toen kwam er een immens bord bij: getoost briochebrood met royaal veel foie gras en verse vijg, bruin brood met een assortiment kaas, roggebrood met gerookte zalm, en bruin brood met pancetta of zo en basilicum. Oh, en twee zachtgekookte eitjes, en uiteraard ook heerlijke koffie.
Nee, ik heb niet alles opgegeten: ik heb de kaas laten liggen, heb ook geen extra brood genomen, maar heb wel de rest van het bord leeggegeten en zelfs nog een croissantje of twee gepikt.
Ja, ik heb ’s middags niet meer gegeten. Verwondert iemand dat?
En ondertussen heb ik een goeie babbel gehad met de charmante gastvrouw Sofia, onder andere over haar tienerzoon, en laat dat nu iets zijn waar ik wel iets over te vertellen heb, en ook advies over kan geven.
Resultaat? We mochten de ontbijten niet eens betalen! Serieus zeg! Als er nu eens een ontbijt was waar ik met plezier voor wilde betalen, dan was het dit wel!
In elk geval: als je ooit een logement zoekt in Brugge, en het mag wat luxueuzer zijn: niet twijfelen. Echt.
De Jonkman in Brugge
Ja ik weet het, Bart en ik zijn snobs, maar stilzwijgend hebben we blijkbaar allebei het plan opgevat om alle sterrenrestaurants van Vlaanderen eens uit te proberen. Goh, het is niet alsof we samen vaak uit eten gaan, toch?
Onze all-time favourite blijft de Hertog Jan, maar ook het Hof van Cleve (twee keer al) is fenomenaal. En er waren ook al ’t Zilte, In De Wulf, La Botte, L‘Air du Temps, Vrijmoed, Jan Van den Bon, De Herborist en Publiek. Yep, we gaan nog veel moeten gaan eten. En sparen, dat ook.
En gisterenavond was het dus de Jonkman in Brugge. Het menu was niet mis, en Bart ging voor de zeven gangen, ik hield het bij zes, maar dan wel met de hoppescheuten, en dat kon perfect.
Alleen al de hapjes waren de moeite waard. En nee, de foto’s zijn dat eigenlijk niet, maar u krijgt wel een idee.
Zeebaars
Koolrabi /avocado / ui
Plantaardig
Ravioli / knolselder / Oud Brugge
Oester
Ostendaise / vanille / aardappel
Hoppescheuten
Zeekat / mousseline / wit bier
Catch of the day
Koolraap / dragon
Iberico
Capucijnasperge / spitskool / Blackwell
Nagerecht
fris / zoet of
Kazen van onze kaaskar
Ik denk niet dat Bart nóg vergenoegder kan kijken dan dit. Het was dan ook succulent, en dat meen ik. En de prijs? Wel, die viel voor een tweesterrenrestaurant bijzonder goed mee, want er zijn er veel van één ster die gewoon duurder zijn. Tsja…
Hier wil ik nog terugkomen, ja. Zodra we al die andere hebben gedaan ^^
Dagje Brugge
Een heerlijke, ontstpannen, zij het natte dag.
We zaten tegen half tien aan het, volgens de gastvrouw minimalistische, ontbijt. Juist. Ze had versgeperst fruitsap van bloedappelsien voorzien, versgesneden fruitsla, verschillende soorten brood én kleine koffiekoekjes, en een grote pannenkoek. Oh, en uitstekende koffie, dat ook. Bij mij valt dat al onder uitgebreid ontbijt, maar bon.
Rond half elf trokken we onze regenjassen aan en gingen in de halve miezerregen richting het centrum. Ik wilde een lange geocachetocht doen, eentje die door het centrum kronkelt en focust op “belles lettres”, opschriften dus. En we kwamen eigenlijk ook wel wat straatpoëzie tegen.
Meteen verzeilden we ook in het Dalímuseum, wat we allebei nog niet kenden. Het lijkt niet groot, maar het is toch wel best de moeite, eigenlijk. Ik heb er in elk geval prachtige dingen gezien.
Meteen werd me weer duidelijk dat ik het eigenlijk niet zo heb voor tekeningen en schilderijen, maar wel een enorme boon heb voor beelden. Echt.
We liepen wat verder en waaiden een plekje binnen om te lunchen, terwijl het buiten eventjes droog werd. Helaas, dat bleef niet duren, en Bart was ook echt gewoon moe, zodat we richting onze B&B terugkeerden, en Bart prompt in slaap viel. Ik heb ook wel een tukje gedaan, moet ik toegeven.
Trouwens, een paar foto’s van de B&B:
Tegen vijf uur kon ik niet meer stilzitten, en trok op mijn eentje nog eens ’t stad in om wat geocaches te zoeken. Intussen was het droog, en ik genoot intens.
Rond half acht was ik terug, mooi op tijd om nog maar eens een heerlijke hete douche te nemen en me op te kleden voor het pièce de résistance van het hele weekend. Maar dat vertel ik dan morgen wel.