Djerba dag 5: van beestjes en zwemmen. Gelukkig niet tegelijk.

Gisteren was een gevulde dag, maar ook vandaag stond er wel een en ander op het programma. We hadden op voorhand gezien dat er zoiets bestond als Djerba Explore, een soortement park waarbij je een museum had, een tuin en een krokodillenverblijf.

Wij vandaag daarnaartoe, maar eerst waren we nog even gaan rondlopen op de markt in Midoun zelf. De meisjes kochten er een paar hele mooie haarspelden, ik kocht hoestsiroop, Arwen kocht een pracht van een schaaltje voor haar mama op de markt, en we lachten ons een kriek met de oude verkoper. Hij was de eerste die niet opdringerig was, en net daarom bleven we bij zijn waren staan. Ik liet Arwen iets kiezen, en toen begon het onderhandelen. Of, zoals hij zei: “Maintenant, on va rigoler!”. Hij vroeg veertig, dacht ik, we zijn akkoord gekomen op 21. Maar bij die 40 had hij geschreven – want blijkbaar bied je door te schrijven – PF: prix fantastique. En toen riep hij er Bart bij: “Votre femme – et c’est un compliment, madame – elle est pire qu’une Berber!” Enfin, ze kocht ook nog een kristal en een kleine woestijnroos voor Jarno – ook met stevige afbieding – en ikzelf kocht nog twee mooie katoenen sjaals, een zwarte en een steenrode. Hij vroeg 40 dinar voor eentje, ik heb 30 betaald voor de twee. Tien euro, dus.

Eigenlijk waren we nog vrij snel rond en reden we dus naar Djerba Explore, toch wel de volle tien minuten rijden :-p Ik wist dat er daar restaurantjes waren, en we vonden er op het Explore terrein – dat ongelofelijk proper, opgeruimd en onderhouden was – inderdaad een deftige Italiaan. Iets duurder, maar naar ons normen nog steeds spotgoedkoop. Enfin, er waren burgers, spaghetti’s, frietjes en dus blije kinderen.

Aansluitend gingen we een kijkje nemen in het museum, waar ons opviel dat er prachtige dingen hingen, maar het meeste slechts uit de 19de eeuw kwam. En dat voor een eiland dat al bij Homeros omschreven wordt als het eiland van de Lotuseters, waar Odysseus met zijn vrienden kwam.

Aansluitend gingen we naar het krokodillendeel, waar duidelijk ook nog andere reptielen zitten, zoals grote landschildpadden, varanen, iguanen, baardagamen en nog wat wijze dingen.

Het ongelofelijk wijze was dat het er niet erg druk was, en dat een van de opzichters er blijkbaar plezier in vond ons op sleeptouw te nemen en uitleg te geven. In het Frans uiteraard, waardoor ik alles moest vertalen, maar dat is niet erg. Ik vermoed dat hij ons eruit heeft gepikt omdat de kinderen echt laaiend enthousiast waren en ik sowieso al een uitleg stond te geven en ik hem ook iets gevraagd had. Hij wist dus vanalles te vertellen over de reptielen: herkomst, eetgewoonten, biotoop, dat soort dingen. Vooral Arwen vond het de max.

En toen, toen waren er de krokodillen. Afrikaanse nijlkrokodillen, 630 stuks, verdeeld in verschillende leeftijdscategorieën. De ouwe krokodillen – voor een keer dat ik dat letterlijk kan gebruiken – zijn 23 jaar en hondsgevaarlijk, maar goed gevoed en daardoor gelukkig niet al te agressief. Toch gaan de opzichters er altijd in groep binnen, gewapend met lange stokken om hen op afstand te houden.

En toen kwamen ze ons halen: ze gingen de twaalfjarige krokodillen voeden. Die beesten eten eigenlijk niet veel, zo’n 4 kilo per week, en net daarom bewegen ze zo weinig en liggen ze zo veel in de zon, om calorieën te sparen.

Man, spectaculair! Je hoort die kaken gewoon klappen! Ugh!

En intussen bleven we vakkundige uitleg krijgen, waarbij die man ook vragen stelde aan de kinderen. Hij was duidelijk gewoon groepen over de vloer te krijgen. Echt, een enorme meerwaarde.

Daarna zijn we nog een “dessertje” gaan eten bij diezelfde Italiaan.

En dan nam ik ze allemaal mee naar het plekje dat ik dinsdag ontdekt had. Met enige aarzeling zijn ze alle vier het water in gegaan. Wolf had in het begin gewoon zijn zwembroek aan over zijn onderbroek: “Mama, ik ga daar toch niet verder in dan dat hoor”. Uiteindelijk is hij zelfs kopje onder gegaan ^^

Ik heb hen nog even meegenomen tot aan het haventje van dinsdag, en toen was het alweer welletjes. Iedereen was moe, en ik was gewoonweg verbrand, vooral dan van in de auto te zitten met het raam open.

De topdag tot hiertoe, zeiden de kinderen. Dik in orde.