Gelukkige tachtigste verjaardag, ma!
Hey ma,
ik bel om u ne gelukkige verjaardag te wensen he! Tachtig, een schoon getal. Ik denk dat ge nog altijd een wreed kranig geval zoudt geweest zijn, waarschijnlijk wel met last van uw knieën, maar toch niet opgevend en wellicht nog altijd op wandel aan het Sas.
Ik kan me nog altijd niet indenken dat ik u al negen jaar moet missen, ma. Ge zoudt zo mega trots zijn op uw drie kleinkinderen, maar geloof me, pa is dat in uw plaats. Elke keer als hij ze ziet, begint hij te glunderen. Elke week is Merel gegroeid, elke keer is Kobe ne langen en Wolf nen breden. Ja, hij komt hier nog elke zondag eten en de kousen sorteren en mijn blog lezen.
’t Is wel een gemak nu: sinds eind maart zit hij hier letterlijk om de hoek in een WZC, de Vroonstalle. Is het ideaal? Goh, er valt wellicht overal wel iets op aan te merken, maar ik heb er in elk geval een goed gevoel bij, en hij is er wel graag, zegt hij. Het is natuurlijk niet thuis, maar hier hoeft hij zelf ook nergens aan te denken en moet hij ook niet bang zijn dat hij iets vergeet: hij krijgt er drie deftige maaltijden per dag, koffie met iets bij, en vooral: hij krijgt zijn medicatie zoals het hoort, en daar liep het vroeger al eens fout. Hij eet ook geen ganse week meer van hetzelfde bord, maar zijn kleren, dat is nog altijd niet helemaal comme il faut: hij zou nog steeds een hele week met hetzelfde aanlopen, als ik er niet op aandrong om te wisselen. Hij moet nochtans zijn was niet doen of laten doen: ik pak die elke week mee, en vaak krijgt hij die dezelfde zondag nog terug. Verder kijkt hij tv en leest hij vooral veel. Het is nooit ne wreed sociale mens geweest, en dat verandert ook nu nog altijd niet: de activiteiten, dat ziet hij blijkbaar niet zitten.
Hij heeft wel – gelukkig – de cafetaria beneden ontdekt en gaat er af en toe eens in de tuin zitten om een ijscrème te eten, als er is. Daar ben ik blij om, want zelf initiatief nemen, dat is moeilijk.
Ach ma, ge zoudt hem onder zijn voeten geven en ge zoudt gelijk hebben ook.
Intussen staat het huis in Zomergem leeg, en ma, ik kijk er absoluut niet naar uit om het te moeten leeghalen. Man, maar gulder hebt rommel verzameld! Aan de andere kant zijn er ook miljoenen kleine dingetjes die mij aan u doen denken en waarvan ik het dus moeilijk heb om ze weg te doen. En er zijn dan ook nog heel veel dingen die nog altijd bruikbaar zijn. Het zal kringwinkel worden, denk ik dan. Gelukkig is er geen haast bij: het huis zal verkocht worden en wellicht afgesmeten om plaats te maken voor een appartementsblok, maar we hebben het geld niet nodig, en het wordt dus een werk van lange adem. Eerst moet Jeroen zijn eigen brol uit de garage halen voordat we daar kunnen beginnen verzamelen en sorteren. En dan mag iedereen langskomen om mee te nemen wat hij of zij wil. De jongens en ik gaan zeker nog eens langsgaan om de kast uit Roelands kamer mee te nemen voor Wolf zijn kamer op kot, en wellicht ook de wasmachine voor ginder. En dan nog wat kleine spullen, vermoed ik.
Ach ma…
Het zijn zo allemaal van die praktische dingen, maar ik zou er verdomd veel geld voor geven om nog echt ne keer met u aan telefoon te kunnen hangen. Pakt een uurke of twee dan, en ik denk dat we nog niet uitgetetterd zouden zijn.
Maar weete? Het is nen wreed schonen dag vandaag, de zon schijnt, de witte rozen in mijnen hof bloeien, en ik denk met weemoed terug aan u. Ge waart een straffe madam, een speciaal geval, een zotte doos, en een wreed goeie moeder. Geniet maar van uwen verjaardag, ma’tje. En ge hebt de groeten van Bart en de kinderen.
365 – 10 juni 2025 – altijd leuk om dit te lezen op een reservecomputer
Lectuur: “Jij mag alles zijn” van Griet Op de Beeck
Merel kwam af met dit boek dat ze moest lezen voor Nederlands: “Jij gaat dat ook graag lezen, mama, gewoon doen, het is een kort dingetje”.
En wie ben ik om mijn dochter tegen te spreken? Ze kreeg gelijk, overigens.
Lexi is negen en vindt dat het leven moeilijk is. Dat kan ook niet anders: haar mama is zwaar depressief, haar papa moet extra werken, en vroeger moet het anders geweest zijn, want er zijn foto’s waarop mama wél lacht. Wanneer mama opgenomen wordt in een instelling waar ze haar hopelijk weer aan het lachen krijgen, waar ze hopelijk de oude mama terugvinden, moet Lexi tijdelijk bij tante Arizona gaan logeren, een tante die ze eigenlijk niet kent en in het begin ook niet zo leuk vindt. Maar dan ontdekt ze beetje bij beetje dat tante Arizona eigenlijk ook verdrietig is, en probeert ze haar op te vrolijken. Net zoals ze dat probeert met mama, omdat ze zich verantwoordelijk voelt voor het feit dat zij wél is blijven leven en Amos, haar tweelingbroertje, niet. Want dat is de reden voor het grote verdriet van mama.
Op de Beeck schrijft vanuit het perspectief van een negenjarige, maar dit boek is niet bestemd voor negenjarigen, geloof me, wel voor een iets ouder jongerenpubliek. Het gaat over het verwerken van verdriet, het zich verantwoordelijk voelen als kind voor iets waarmee je ouders worstelen, het oplossen van andermans problemen… Lexi is een vroegwijs kind – hoe kan het ook anders? – met een aparte maar heel herkenbare kijk op het leven. Al bij al is het ook een zeer emotioneel boek, zeker als je zelf kinderen hebt: soms besef je als ouder niet hoe veel druk je ongewild bij je kinderen legt, hoe jouw problemen op hen kunnen wegen. Als leraar zie ik dat wel vaker, en vaak beseffen de ouders dat niet eens.
Aanrader? Jazeker! Zeker niet alleen voor jongeren, maar dus ook voor volwassenen.
365 – 09 juni 2025 – als hij maar op iets van mij kan liggen
Vaderdag
Het wordt eigenlijk niet genoeg gezegd wat een prachtige vader Bart wel is. Hij doet niet liever dan ons vertroetelen en kookt dan ook vrijwel elke dag vers voor ons, en voor de andere dagen zorgt hij dat er wel iets klaar staat. Op zondag maakt hij ontbijt met afgebakken koffiekoeken en zachtgekookte eitjes, ’s middags voorziet hij zelfs een voorgerechtje, en ’s avonds maakt hij met het overgebleven brood van de week croques monsieur.
Hij doet ook alle boodschappen voor het huishouden, zodat ik niet al te veel hoef te sleuren.
Maar vooral: hij is de aanwezige rots in de branding hier in ons huisgezin, de stille kracht.
Vandaag maakten wij dus ontbijt, al doet Bart eigenlijk niet aan ontbijten. Maar er waren dus ook cadeautjes: een nieuwe baardtrimmer, en een leuk – maar kleiner dan verwacht – bloempotje met ingebouwd bijenhotel. Benieuwd of dat lukt!
En ’s middags gingen we, zoals elke zondag, mijn vader ophalen. Een echt cadeautje had ik niet voor hem, ik zou niet weten wat, maar er was dus wel een gezellige maaltijd, en speciaal voor hem maakte ik verse ijscrème met fruitsla. Aan de slagroom had ik helaas niet gedacht…
Maar ik vermoed dat hij dit ook wel leuk vond. En mijn eigenlijke cadeau voor hem is dus elke zondag: Bart kookt voor hem en er is de huiselijke sfeer, al gebeurt het meestal wel dat hij quasi alleen zit, want de kinderen zitten boven of zijn op zwier.
In elk geval: gelukkige vaderdag, allebei!
365 – 08 juni 2025 – vaderdagontbijtje
Autoproblemen
Allez ja, first world problems ook wel een beetje.
Mijn auto, een zalige Skoda Eniaq, wordt vier jaar. Dat betekent einde lease, en we gingen die eigenlijk nog een jaar verlengen wegens nog twee herstellingen die moeten uitgevoerd worden, maar waarvoor de verzekering moeilijk doet en ik dat dan ook gewoon heb laten liggen. Meh.
Nu wordt die verlenging van de lease niet aanvaard: ofwel geven we hem terug, ofwel kopen we hem over. Euh. Ik heb wel een auto nodig, en dit is eigenlijk toch mijn goesting. We hadden hem destijds geleased omdat het echt nog niet zeker was hoe lang zo’n elektrische batterij ging meegaan en wat het rijbereik nog zou zijn na vier jaar. Dat blijkt bijzonder goed mee te vallen, dat heeft eigenlijk nog nauwelijks iets ingeboet.
De kostprijs na vier jaar? Net geen 34.000 euro. Kuch. En dan moeten er ook nog nieuwe banden op en zo.
Gelukkig ben ik een nijverig spaarder en heb ik dat geld opzij staan: ik kan hem dus wel contant betalen zonder te moeten lenen, nog die chance. Maar het is precies toch een klein kostje, zou ne mens denken.
Maar…
We moeten hem dus wel nog indienen, hij moet door de garage nagekeken worden, in orde gezet, gekeurd voor verkoop, dan moet de nummerplaat terug, moet de eigenlijke verkoop doorgaan, wordt er een nieuwe nummerplaat aangevraagd en de verzekering geregeld… Ik zal blij mogen zijn als ik hem maar tien dagen kwijt ben.
Soit, we leveren hem in de eerste dag van de vakantie, en dan moet ik enkel nog naar school en de tandarts en het dienstencentrum en de kine, allemaal dingen die ik wel met de fiets kan doen. Alleen nu nog hopen dat het dan niet regent…
En daarna? Is het ding van mij, betaald met mijn zuurverdiende centjes, en moet ik de carrosserie wel eens in orde laten zetten, maar dat hoeft dan niet naar leasingnormen, en dat scheelt ook weer, denk ik dan.
Pff.
365 – 07 juni 2025 – mijn beste vriend dezer dagen
Zomertruitje (nr. 2)
Peggy was zo blij met haar truitje dat ze er meteen nog bestelde. Ik had het haar vorige week woensdag gegeven, en in de namiddag, aangezien Merel een probleem had met haar beugel en we dus toch nog weer in Mariakerke waren, was ik nog even naar de Zeeman geweest en had er hetzelfde katoenen garen gevonden in het grijsblauw.
Vandaag, negen dagen later, heb ik hetzelfde truitje dus op haar bureau gezet. Ha ja, ik heb weer serieus last van mijn rug en lig dus veel in de zetel, en wanneer ik lees of tv kijk, kan ik haken.
Ze was bijzonder opgetogen, en ook Fien heeft het even aangetrokken om te kijken hoe het viel.
Ik denk dat ik later gewoon een Etsy shop ga beginnen of zo…