Nog een larpdagje

Tsja, die larpdinges zijn meestal weekends he!

Ik heb me schitterend geamuseerd, me absoluut niet verveeld, rondgelopen als een gek, en stevig gevochten. Jawel, met mijn voet in zo’n laars. De snelheid was er niet – die is er eigenlijk nooit – maar de intensiteit wel. Bij deze een aantal foto’s van Sara Brys. Bedankt, dame!

Omen VI

Dat larpen, dat blijft toch een ongelofelijk fijne, maar intense hobby!

Gisteren pikte ik her en der in het land drie mensen op, en tegen acht uur liepen we met een 150 man rond in een pseudo-middeleeuwse locatie, een vikingwereld tot leven te brengen.

Ik was eigenlijk het hele weekend een barbarenhoofdman, leider van een clan Bhanda Korr, waarvan er ook zo’n tiental spelers rondlopen. Impressionante kostuums vooral, en ik mocht er eentje lenen, waardoor ik eigenlijk niet moest onderdoen. Dan nog de nodige schmink op mijn toot, en we waren helemaal de Storm. Leuk om spelen, echt waar.

’s Avonds had ik zelf om een andere rol gevraagd: de Omenband ligt een beetje op zijn gat, maar Lorre en ik wilden toch graag zingen. Hij speelt Egbert, een bard, en dat past natuurlijk prima. En daar kwam dus voor de avond Johanna van Middelberg bij, een vrouwelijke barde, om het huwelijksfeest van de graaf op te luisteren. Alleen zat er zo geen feeststemming in, en was er ook niet echt een banket of zo. We hebben dan maar gezongen in de herberg voor een ander verloofd adellijk paar, en daar eigenlijk nog serieus wat goud mee verdiend. Linus is er nog bij komen zitten, en we hebben eigenlijk ook gewoon voor onszelf zitten zingen. Waarna we naar buiten gegaan zijn, de verbranding van de stropoppen hebben meegevierd, en warempel aan het vuur van de Bhanda Korr zijn verzeild, waar we ook nog zitten zingen hebben. Fijn fijn fijn!

 

Barts verjaardag zonder Bart.

Barts verjaardag vandaag eindigde zoals hij begon voor mij: zonder Bart. Tsja.

Gisteren belde hij plots in de namiddag: dat hij die avond aanwezig moest zijn op een awardsuitreiking in Brussel, die lang ging duren, en dat hij deze morgen al om negen uur in datzelfde Brussel een presentatie te geven had, en dat dat eigenlijk redelijk idioot ging zijn, moest hij enkel om een paar uur te slapen naar huis komen. Hij had uiteraard gelijk, en dus stoof hij gisteren in de late namiddag heel kort even binnen om snel wat spullen te halen, en verdween. Geen Bart dus deze morgen. En ik vertrok rond half vijf naar Limburg voor een larp, terwijl hij pas tegen zeven uur ten vroegste ging thuis zijn. Mijn pa kwam intussen wel babysitten, maar toch…

Geen Bart dus.

Een echt cadeau had ik ook niet, maar gelukkig schoot een fantastische collega te hulp. Ik moet namelijk lesgeven van 8.30 uur tot 10.10 uur, dan toezicht doen van 11.00 uur tot 11.15 uur, en dan pas weer lesgeven om 12.05 uur. Twee uur tussen dus, waar ik eigenlijk niet echt iets kan doen omdat ik halverwege een kwartier toezicht moet doen. Ann aanhoorde mijn lament nadat ze gevraagd had waarom ik zo zuchtte, en bood prompt aan om dat toezicht voor een keertje over te nemen. Ik kon haar wel omhelzen, en dat deed ik dan ook.

Net voldoende tijd voor mij om een keur aan snoepgoed, chocolade, chips, speciale blikjes en een fantastisch flesje wijn te gaan halen, en dat in een champagne-emmer te presenteren. Het leverde ’s avonds de volgende commentaar op:

bartscaedautje

Ik had zelfs nog tijd over om mijn larpgerief verder te verzamelen, zodat ik iets ruimer zat qua tijd na school. Oef. En toen begon het, net toen de school gedaan was, te sneeuwen. Ik deed er verdorie bijna een half uur over om thuis te geraken, vijf kilometer verder! Gelukkig was mijn pa ruim op tijd, en zat Kobe al bij hem in de auto om naar de fagotles te gaan. Ook dat nam alweer een stevige brok stress weg. Zijn scoutsgerief en dat van Wolf stond gelukkig al klaar: ze vertrekken allebei vanavond op scoutsweekend.

Enfin, om twintig voor vijf zaten Thomas en ik in de auto, kwart over zes slaagden we erin in Deurne Ronald en Linus op te pikken, en iets voor acht stonden we in Kinrooi, in het verste Limburg.

En Bart? Die zal ik zondag wel zien, mag ik hopen.

Van lunches, laarzen en lesgeven

Het lesgeven was zoals altijd op donderdag, van tien tot twaalf. Ongelofelijk hoe goed gezind dat ne mens wordt van te mogen lesgeven. Echt waar. Merci, vijfdekes! (en nee, dit is geen sarcasme, ik meen dat echt).

En toen had ik nog een hoop dingen te verzamelen, links en rechts, en boodschapjes te doen, en zo van dienen rommel waar ge veel tijd in steekt, die ge ooit eens moet doen, maar niet met veel goesting.

Ik reed met andere woorden naar Kundig Hersteld om eindelijk een kapotte – eigenlijk al van bij aankoop – iPhone 5 te laten herstellen voor Wolf, en meteen ook een nieuw scherm voor een iPad 2. Tsja. Toen wilde ik naar Sint-Martens-Latem om er de conformer laars – mijn afneembare plaaster –  te gaan inwisselen: ik had dinsdag bij Wouter een te grote maat meegekregen. Maar die winkel ging maar open om 14.00u, en ik passeerde bij Ikea, dus wat doet ne mens dan die nog niet gegeten heeft en nog een uur heeft zoet te maken? Juist, een stukje gebraad met wintergroenten naar binnen spelen in het Ikearestaurant, en meteen ook een boekenplank meenemen voor Wolf. En nog wat andere kleine dinges, want zo gaat dat in de Ikea…
Enfin, ik werd een uurtje later met de glimlach bediend daar bij De Rijcker, ze pasten mijn nieuwe laars meteen aan, en ik kreeg zelfs nog een nieuwe, op maat gemaakte velcroriem mee voor de oude laars. Chic.

Ik probeerde nog eens naar de Hopper – de scoutswinkel – te gaan voor een hemd voor Kobe, maar nee hoor, ook deze keer was de winkel gesloten. Zonder enige uitleg. Hoeveel antireclame kan zo’n winkel op den duur zijn, zeg? Als ze dan gesloten zijn, dat ze het op zijn minst aankondigen via de website. Serieus, zeg.

Enfin, het was intussen welletjes, en dus reed ik maar naar huis. Ik had nog het een en ander te doen, zoals de jongens hun scoutsgerief helpen verzamelen – ze gaan allebei dit weekend op scoutsweekend – en mijn eigen larpgerief verzamelen. Morgen ga ik daar absoluut geen tijd voor hebben, dat weet ik nu al.

En dan vraagt ne mens zich af hoe hij, zelfs met een voet in een soortement plaaster, nog aan meer dan 10.000 stappen komt op een dag. Zo dus.

Vrienden.

Na het nieuws van gisteren zat ik er een beetje door, dat geef ik toe. Barts reactie had eigenlijk ook niet veel geholpen: een droog “Dan gaat ge uwe levensstijl moeten aanpassen, he.” was mijn deel. Tsja. Alsof ik dat nog niet wist.

Maar gelukkig had ik vandaag afgesproken met Lorre, voor een ontbijtje, en dan zingen. Ha ja, dit weekend is het Omen, en we willen muzikaal vermaak brengen op het huwelijksfeest. Om half tien zaten we samen croissants en fruit te verorberen, en leende hij me een gewillig luisterend oor. En daarna werd er gezongen, en hoe. We kozen vijf liederen uit, pasten de teksten aan, en genoten van het harmoniezingen. Een fijne vriend in de buurt, blijkbaar moet ik niet meer hebben om mijn humeur op te krikken.

We kookten samen, lieten het kindergeweld over ons heen gaan, aten een groentenquiche, dronken koffie, en zongen nog wat meer. En om half vier schopte ik hem buiten, want toen moest ik Kobe naar de muziekles brengen.

Tussendoor kwam ook Vallery nog even binnenwaaien om wat schoenen te passen, en stond ook Véro even aan de deur.

Ik heb het al eerder gezegd: ik denk dat ik er echt wel een vriend bij heb. En op een dag als deze was net dat wat ik nodig had. Ik heb er zelfs niet aan gedacht om foto’s te trekken.