Twee drukke weken op komst

Ik hou eerlijk gezegd een beetje mijn hart vast, want ik weet niet of mijn rug de komende twee weken wel gaat overleven. Het zal vooral een kwestie zijn van te gaan liggen op elk vrij momentje, zodat die rug kan rusten. Hoezo?

Wel… Mijn rug houdt niet van lang stilzitten of gewoon rechtstaan, dan begint die behoorlijk pijn te doen. En mijn schema (waar de kine en de muzieklessen nog niet eens inzitten):

– ma 06: lesgeven van 9.20 u tot 12.05 u, onderwijscafé over de digitale methode van 12.55 u tot 13. 45 u, dan les tot 15.30 u, dan klassenraden tot :wellicht een uur of zes
– di 07: lesgeven, over de middag breiclub, dan klassenraden
– do 09: lesgeven maar tussendoor een taak voorzien voor de tweedes want dan moet ik een lesje geven aan zesdestudiejaars, iets was verwonderlijk veel energie kost. En dan klassenraden waarvan ik vermoed dat ze tot een uur of acht zullen duren. Dodelijk voor de rug.
– vrij 10: lesgeven tot 11.00u, dan vergadering met de directie over de vakgroepwerking tot 13.00u, dan opnieuw lesgeven tot 15.30u

– ma 13: lesgeven van 9.20 u tot 12.05 u, vergadering uitvaart 12.55-13.45u, lesgeven tot 15.30u, vergadering werkgroep innovatie tot 17.00u, algemene personeelsvergadering tot 17.45u, oudercontact 18.00-20.00u.
– di 14: opnieuw zo’n energievretend snuffellesje van 9.20-10.10u, lesgeven tot 12.05u, breiclub 13.15-13.45u, les tot 15.30u, online vergadering over marketing 16.00-17.00u. Daarna nog een reeks toetsen verbeteren.
– woe 15: werk voor school en website, gelukkig van thuis uit. 17.30u: Wolf gaan ophalen op zijn kot, zorgen dat we tegen 18.45 u terug op school zijn voor het studiekeuzeatelier van de zesdes. Ik denk dat het toch tot half tien zal duren, en dan moet Arwen nog naar Lovendegem en Wolf terug naar zijn kot.
– do 16: mediacoachopleiding van 9.30-15.45 uur. Aansluitend mijn pa gaan ophalen in het ziekenhuis, want die heeft dan een hele dag onderzoeken en zo. Hem afgooien thuis, zorgen dat ik snel iets kan eten want tegen 18.45 uur terug op school voor de infoavond voor de ouders van nieuwe leerlingen. Wellicht niet zeer laat, ik hoop tegen half tien thuis te zijn.
– vrij 17: gewone lesdag, maar na school nog alles klaarzetten voor de openschooldag, en in het geval van onze vakgroep is dat behoorlijk wat werk.
– za 18: openschooldag van 10.00-16.00 uur. Voor ons is die bijzonder relevant, want Latijn is zowat het enige echte keuzevak, en als we bij twijfel onze uitleg kunnen doen, hebben we ze vast. We gaan er dus voluit voor, maar tegen het einde van de dag kan je me meestal samenvegen.

Maar of ik na die twee weken het einde nog haal? Ik hou dus mijn hart vast…

Het is even te veel voor Corneel…

[Waarschuwing; rant]

[TL:DR: ook voor leerkrachten is het niet evident]

Het zijn stresserende tijden voor iedereen, deze vreemde coronatijden.

Wij als leerkrachten kregen plots een weekje extra vakantie, en eigenlijk waren we daar niet onverdeeld gelukkig mee, al vond de publieke opinie ons een bende leeggangers die zijn bek moest houden.

Ja, het deed deugd om even langer op adem te kunnen komen, om even niet continu dat masker op te moeten hebben en de stem te kunnen laten rusten, want lesgeven door zo’n ding, dat vraagt wel wat extra inspanning. En dan heb ik het nog niet eens over het gebrek aan interactie. Af en toe trek ik mijn masker heel even omlaag om mijn grijns te laten zien, zodat de leerlingen weten dat ik sarcastisch bezig ben. Mijn zesdes weten dat, mijn eerstes en tweedes wat minder. Maar ik zie hun uitdrukkingen ook niet: lachen ze, zijn ze verveeld, geamuseerd of gewoon aandachtig? Ja, je kan een en ander afleiden uit hun ogen ook, maar niet op acht meter afstand, toch?
Nog vervelender is het als een eersteke zonder zijn hand op te steken antwoordt: vanwaar kwam dat antwoord? Ik ken hun stemmen niet of toch niet voldoende en je ziet niet wie er aan het spreken is. En voor de verlegen leerlingen is het al helemaal een nachtmerrie: je verstaat hen aan geen kanten en ze moeten luider spreken.

En toen kwam het bericht dat tweede en derde graad halftijds les kreeg in de klas, halftijds thuis. Netjes in halve groepen. Euhm… Bon, voor vijf en zes was dat snel geregeld: ik zette mijn eigen laptop – want die van de school zijn allemaal in gebruik – vooraan in de klas, sloot hem aan op het vaste netwerk – want de wifi kan het momenteel niet trekken – en gaf gewoon live les voor de leerlingen thuis. Ze kunnen antwoorden, vragen stellen en dergelijke via de chatfunctie. Gelukkig doen ze dat ook wel. Op die manier kan ik de verloren lestijden iet of wat beperken.

In de eerste graad hebben ze wel gewoon les, tenminste in hun klasbubbels. Aangezien de school een aantal jaar geleden besloten heeft om Latijn voor het eerste in het modulesysteem onder te brengen en geen aparte Latijnse klassen te maken, zitten mijn leerlingen verspreid over de zeven klassen. Resultaat: geen les in de modules, maar taken. Dat wij als enige module een leerplan te volgen hebben, tsja… Da’s pech, zeker? En dat ik grammatica aan die eerstes niet in taken kan steken en dat ze nog niet voldoende kunnen om extra teksten te vertalen, tsja…

Maar waar ik echt wel mee inzat, waren mijn tweedes. Mijn collega en ik zijn nog puin aan het ruimen van de vorige lockdown: we zijn wel begonnen met de thema’s en teksten van het tweede jaar, maar de grammatica, die moeten we quasi van nul herbekijken. Ik heb intussen de spraakkunst die we vorig jaar hebben gezien en hadden moeten zien, wel ingehaald, maar ben dus nog niet aan iets nieuws begonnen. En toen kwam er bericht van de directie dat ook de basisopties in het tweede, onder andere de Klassieke Talen dus, geen les mochten geven wegens bubbelbreuk. Ze komen wel niet uit zeven verschillende klassen, maar toch uit meer dan één klas.

Ik slaakte een diepe, diepe zucht. Eerst hadden ze al, zonder ons te consulteren, het examen Latijn in het tweede jaar geschrapt, en nu dit. Dat examen, dat had ik gewoon zien passeren in een dienstnota, en ik had gezucht, maar dat was dat. Ik ben moegestreden, ik zag het niet zitten om ervoor te gaan vechten, wetende dat we het uiteindelijk toch gingen verliezen.

Maar 4.5 weken les verliezen in totaal? 18 lesuren? Ha ja, een week doordat ik in quarantaine zat, een week door die extra week vakantie. Daar kan niemand iets aan doen. Maar nu nog tweeëneenhalve week kwijtspelen, goed voor 10 lesuren, omdat ze in bubbels zitten? Ik zuchtte zeer, zeer diep. Gelukkig zei de pedagogisch begeleider, aka. Gwen: “A la guerre comme à la guerre, daar is niks aan te doen. Doe wat je kan…”

Maar blijkbaar hadden ook andere collega’s bezwaar aangetekend, en toen kwam plots een berichtje van directie: “Dat het misschien niet helemaal duidelijk was geweest, maar dat de opties in het tweede wél les mochten geven”. En pas toen, toén realiseerde ik me hoe hard ik daarover had gestrest, want er leek een pak van mijn schouders te vallen. Gewoon les in mijn tweedes, een ongelofelijk fijne groep, en daardoor ook nog een kans om op schema te blijven, allez ja, coronaschema, maar toch. En ze vooral ook nog enthousiast te kunnen houden.

Stom he. Extra vakantie krijgen, en daar niet eens blij om zijn. Voortdurend onder stress staan: heb ik wel mijn masker goed opgehouden, heb ik alles wel ontsmet, hebben de leerlingen gedaan wat ze moesten, zijn die handen ontsmet bij het binnenkomen? Wie gaat er in quarantaine, wie zit er thuis, wie moet er taken krijgen, wie is er ziek, wie moet ik live de les laten volgen van thuis? Wie heeft wie besmet, welk risico loop ik als leerkracht tussen zo’n honderdtal leerlingen per dag? Wat gaat de planning voor volgende week zijn, en welk extra werk gaat dat met zich meebrengen? Dat gezeul met die computer van klas naar klas, kan dat eindelijk eens ophouden? Want als er iets met die computer gebeurt, dan is dat pech want persoonlijk materiaal, ook al gebruik je het voor school. En zal ik wel rond geraken met de leerstof? Zijn ze wel allemaal mee? Heb ik ze goed ingeschat met hun masker op? Zijn ze zelf niet te gestrest, wat kan ik doen om het hen makkelijker te maken? En hoe gaan die examens verlopen?

Onbewust is er dus continu stress, een gegeven waarvan ik me helemaal niet bewust was.
Dat het maar rap weer code geel of groen is. Dit hangt mijn voeten uit.

 

Examens

Ik weet niet wat het is, maar ik heb het elk jaar precies lastiger met dat verbeteren. Mijn focus is moeilijk te behouden. Vroeger geraakte ik bij momenten in “the zone”, nu lukt me dat niet meer. Zelfs bij het lezen haal ik die nog amper, terwijl ik dat vroeger wel kon.

Ouder worden? Meer gefragmenteerd leven? Geen idee, eigenlijk.

Ik weet alleen dat ik 35 examens van vijf en zes heb, + 35 ongeziene teksten, en dat ik toch een dik half uur per examen moet rekenen. Daarnaast heb ik nog 24 tweedejaars, van zo’n kwartiertje per stuk.

Op zich valt dat best mee, maar ik zie er toch tegenop, vreemd genoeg. Terwijl het toch een essentieel onderdeel van het lesgeven is. Het helpt ook niet dat ik eigenlijk alles tegen vrijdagmiddag zou willen verbeterd hebben, omdat ik dit weekend voor het eerst op  Aether vertrek, een steampunklarp in een alternatieve werkelijkheid in het begin van de 20ste eeuw. Ik wil met een gerust hart kunnen spelen, zonder te moeten denken aan een deadline die opdoemt.

Mja.

Toch maar ne keer in gang schieten, zeker?

Full time

Jawel, vandaag was het de eerste dag dat ik opnieuw full time aan het werk ben. Mijn rug heeft het begeven op 9 oktober, en ik heb viereneenhalve maand volledig thuis gezeten, terwijl ik stapje voor stapje, beetje per beetje iets meer kon.
Op 20 februari ging ik voor 60% weer aan het werk: lesgeven in vijf en zes, en de website van de school. Eerstes en tweedes moesten het nog even zonder mij stellen, helaas.

Maar vandaag hebben ze mij dus wel weer gehad: ik ben terug full time aan de slag. Is dat gelukt? Goh ja, eigenlijk wel. Ik was er een beetje bang voor, want het werd meteen een heel erg volle dag.

  • 8.30-10.10: lesgeven aan de vijfdes
  • naar huis spurten, Wolf ophalen en richting De Haan.
  • 13.00 uur: terug thuis, en snelsnel eten
  • 13.30 uur: richting school, voor twee uur eerstes, een uurtje de zesdes, en dan nog een uur inhaaltoetsen, tot 16.15 uur.
  • 16.30 uur: brood halen en andere kleine boodschappen
  • 17.00 uur: crash in de zetel.

Ik denk niet dat ik de afgelopen maanden al zo lang op mijn benen heb gestaan, tenzij dan bij de Griekse Dag, maar dat was niet zo positief geweest ook. Gelukkig is het rijden in de auto ook een rustgevende bezigheid voor mijn rug, dus die twee uur waren nog niet al te intens. Gelukkig.

Maar bon, fulltime dus, voor een drietal weken, en dan examens. Dat moet lukken.

Ja toch?

Toch?

23 jaar, al de helft, en wellicht nog maar de helft

In oktober kreeg ik een berichtje van Linked In: dat ik al 23 jaar aan het lesgeven ben.

Hmm. Da’s eigenlijk niet weinig, nee.

En toen merkte Bart op: “Ge zijt dus al de helft van uw leven aan het lesgeven”.

Dat stemde even tot nadenken. Zeker toen ik daarop liet volgen: “Yup. En da’s waarschijnlijk nog maar de helft, want wellicht moet ik er nog 23 jaar bij doen”.

Ik vermoed namelijk dat onze pensioenleeftijden nog wel zullen opgetrokken worden. Dan zal ik er 69 zijn. Ik zie me al staan, voor de klas.

Tsja.

’t Zijn dinges.