Van rekkers en bijna gemiste lunches

Merel moest vandaag bij de orthodontist zijn: ze kreeg rekkertjes rond haar kiezen, zodat er een mini beetje plaats ontstaat en ze donderdag minder last heeft bij het aanbrengen van haar beugel. Jawel, ze is er bijna aan voor de moeite.

Soit, dat duurde amper vijf minuten, tegen goed twaalf uur stonden weer buiten op een stralende zomerdag en gingen we nog even langs de school langs voor een praktische zaken.

Half één, terrasjesweer, geen jongens thuis, en geen zin om te koken: wat doe je dan? Ergens iets gaan eten, toch? Maar dat bleek gemakkelijker gezegd dan gedaan op een vakantiemaandag, zo bleek. ’t Kolleke? Met vakantie. Villa Ooievaar? Het menu stond Merel niet meteen aan. Mauro? Dicht op maandag. Maxine? Dicht op maandag. Koe-Vert? Definitief dicht. Brasserie Wondelgem? Goh, wellicht volzet wegens niet gereserveerd. Euh…

Ahaa! Batist! Juist! We zagen nog plek op het terras en gingen vol goeie moed binnen. Oi, sorry, volzet! Ja, er gingen nog mensen komen, maar ook: de keuken was onderbezet, zodat ze geen volle zaal konden aannemen, en de keuken had al laten weten dat het meer dan voldoende was.

Bedremmeld dropen we af… In de auto overlegden we nog even wat de mogelijkheden waren, maar het ging wellicht een boterhammetje worden en dan vanavond koken.

En toen kwam de gastvrouw van Baptist aankloppen aan het autovenster: ze had het nog even nagevraagd in de keuken en twee man kon er nog wel bij. En dus was ze ons nagelopen. Met een groot hart gingen we alsnog eten op het aangename terras van Baptist en we zagen vooral dat het goed was. Nog eens merci!

Appartement

We hebben een appartement gekocht, Bart en ik. Jawel. Eigenlijk al een behoorlijk tijdje geleden, maar bon.

We spraken daar al enkele jaren over en waren dus ook aan het rondkijken: we wilden iets waar we later zelf in kunnen wonen wanneer de kinderen het huis uit zijn, of wanneer mijn rug het helemaal begeeft. We willen dan vooral niet vanaf nul beginnen zoeken, om eerlijk te zijn, want hier zijn natuurlijk wel te veel trappen om goed te zijn. Ondertussen lijkt het ons ideaal om de kinderen er op kot te laten gaan – als ze dat willen – of om het te verhuren.

De timing was nu ook ideaal: de lening van ons huis is afbetaald – eindelijk – en we hadden wel wat gespaard. Leg daar de royale schenkingen van mijn schoonmoeder bij, het beetje dat Bart gekregen heeft voor de verkoop van zijn bedrijf, en we kunnen al een groot deel leggen en een deel opnieuw lenen.

Het appartement in kwestie moet wel nog gebouwd worden, en dat is het mooie eraan. Het valt net binnen de Gentse kleine ring, maar ver genoeg van het centrum dat we geen last gaan hebben van de Gentse Feesten. Het gaat om een “penthouse”, een ruim geval dus met drie slaapkamers op de vijfde verdieping, met terras aan drie kanten, twee badkamers, een ondergrondse parkeerplaats en een kelderruimte. Alles is natuurlijk aan de hoogste EPC-waarden, en we hebben onlangs de binnenindeling afgesproken, waarbij we vooral de binnendeuren hebben laten verwijden zodat ook een rolstoel kan passeren. Er is een aparte lift voor ons en de appartementen onder ons, dus slechts vijf gebruikers. Het enige mindere puntje is dat we niet vlak op de binnentuin uitkijken, maar op een andere blok tegenover ons, gelukkig wel op enige afstand. Het was of het ‘uitzicht’ of de terrassen, en ik wilde dan liever licht van drie kanten en een terras rondomrond.

Oh, en iets wat ik pas gehoord heb sinds we het gekocht hebben: de kans is groot dat ze de straat waaraan het gelegen is, opengooien en we dus aan het water zullen wonen! Helemaal een droom!

En de prijs? Daar gaan we het niet over hebben, maar geloof me: drie slaapkamers, vijfde verdieping, gloednieuw en binnen Gent centrum? Euh… Je wil het niet weten. Hmpf.

Huisje kijken

Peggy, de personeelsverantwoordelijke van onze school, is eigenlijk al lang meer dan een collega.

Afgelopen jaar is ze verhuisd van Mariakerke naar Wondelgem, en ook al had ik de bouw van dat nieuwe huis meegevolgd – zowel door haar verhalen als door af en toe eens langs te fietsen – ik was er nog steeds niet geraakt.

Enfin, geraakt is eigenlijk niet het juiste woord: als risicopatiënt was het voor haar nu niet direct aangeraden om volk over de vloer te laten komen. Maar we hadden al eventjes gezegd: als het van de vakantie goed weer is, kom ik ne keer op uw terras koffie drinken en uw huis bekijken. Meer nog: we hadden de week van de 19de voorzien in onze agenda, want daarvoor zou het toch niet lukken.

En dus kreeg ik plichtsgetrouw een berichtje: dinsdag koffie? Vrolijk fietste ik dus richting Peggy, waar ik dacht een goed uur of zo te zitten. Ja goe were!

Ik had het eigenlijk moeten weten: we hadden al zo lang niet meer de tijd gehad om eens deftig te kletsen aangezien zij vooral thuis werkte. Ik was er tegen kwart voor drie, en het was na zessen tegen dat ik weer op de fiets zat.

Maar man, dat deed deugd! Gewoon over vanalles nog eens tetteren, en eigenlijk bijzonder weinig over het werk, zo hoort dat in de vakantie.

En dat huis? Stevig de moeite!

Nog meer sociaal gedoe en al!

Donderdag hadden Arend en Mireille hier gezeten en ’s avonds dan de DnD groep, gisteren kwamen op den bots Bart en Birgit met de kinderen langs. Hoezo?

Wel, ik had al gezien op Facebook dat ze een camper hadden gehuurd voor het lange weekend, en zaterdagmiddag las ik dat ze in ’t Drongengoed zaten, in Ursel dus, waar mijn grootmoeder woont. We kennen het Drongengoed, welja, goed, want een klein stukje ervan is zelfs eigendom van mijn grootmoeder en we gingen er vroeger vaak wandelen.

Ik wist dan ook dat ze eigenlijk evengoed via de R4 (en dus een 500 m van ons deur) terug naar Antwerpen konden rijden en ik nodigde hen uit om op ons terras een warme koffie of thee of zo te komen drinken. Tot mijn vreugde gingen ze daar gretig op in, en dus zaten ze tegen half vier hier onder ons partytentje met respectievelijk een koffie, thee en glas rosé.

Kaat en Dries, hun kinderen, waren blij met de wifi, ons kinderen kwamen wel even hallo zeggen, maar dat was dat. Bart, tot mijn grote verbazing en nog grotere tevredenheid, nam warempel een stoel en zette zich erbij. Er waren hapjes, er was drank, en er was vooral heerlijk gebabbel over vanalles en nog wat. We hebben het zelfs niet over larp gehad, en dat is een kunst met larpers onder elkaar. Het voelde warempel bijna normaal aan!

Alleen begon het op een bepaald moment te gieten en bleek onze partytent toch niet helemaal waterdicht: de regen komt er als een fijne nevel doorheen, waardoor je toch nog kletsnat wordt. Een eerste bui hebben we nog overleefd, een tweede bui was er te veel aan en dus reden B&B rond half zes alsnog verder richting Antwerpen.

Maar ik, ik vond het supergezellig, zelfs in de kou en de nattigheid.

Bedankt, Bart en Birgit! Hopelijk kunnen we dat binnenkort eens herhalen zonder afstand en in beter weer!

Héérlijk sociaal

Nooit gedacht dat ik dat nog ging zeggen, maar vandaag was een héérlijk sociale dag!

In de voormiddag hebben Kobe en ik het partytentje opgezet want er kwam volk, maar het mocht niet zijn: in de namiddag is het echt beginnen gieten. Het zag er nochtans dik in orde uit.

Tegen half vier stonden Arend en Mireille hier: die moesten al lang iets komen ophalen en vandaag hebben we er gewoon een gelegenheid van gemaakt. Gelukkig waren ze maar met twee, van dezelfde bubbel, en volgens de huidige maatregelen mochten ze dus ook gewoon binnen, op afstand.

Ik had nog snel taart gebakken – diepvriestaart van de Aveve FTW! – en het deed deugd, eens gewoon in ’t echt, zonder scherm, zitten kletsen met vrienden. Over gewone dingen, niet eens over larp, en gewoon, echt als vrienden. Man, meestal put sociaal contact me uit, maar hiervan voelde ik mijn batterijen gewoon opladen.

Toen ze weg waren, begon het gelukkig wat droger te worden buiten en kon ik alles klaarzetten voor de DnD sessie, ook voor het eerst in bijna een jaar niet via schermen. We wisten dat het frisjes ging zijn, maar met je winterjas aan is het perfect te doen, en vooral: we konden écht spelen.

Al was ook dat weer met een korreltje zout te nemen: voor vrijwel iedereen was het het eerste niet-werkgerelateerde sociaal contact met iemand van buiten de familie of bubbel, en we hebben eerst twee uur gewoon oeverloos zitten tetteren. Héérlijk! We hadden er allemaal duidelijk behoefte aan.
Gelukkig is er wel nog wat gespeeld ook, en tegen half twaalf vond ik het welletjes: ik werd moe, en ik denk dat ook de buren het misschien wel welletjes zouden vinden. Niet dat we zo veel lawaai maakten, maar toch…

Maar ik ben binnengegaan met een grote, grote grijns. Echt. Fantastisch.