Scoutshemd

Kobe zit intussen in de scouts bij de GIVers en heeft dus een totem én een adjectief. Het kleur is blijkbaar voor binnen twee jaar, als hij bij de JIN zit. ’t Zal wel, zeker?

Ik had hem al lang gezegd dat ik met plezier zijn totem op zijn hemd zou schilderen, als hij maar een gepaste lijntekening vond. Nu, donderdag vertrekt hij op kamp en hij kwam dus met hemd én tekening af. Een dik uur later had hij de tekening:

Ik vind ze best wel goed gelukt, alleen hoop ik maar dat de verf het houdt: het is wel textielverf, maar het lijfje is wel een grote oppervlakte… Bon, we zien wel. Hij kan in elk geval al op kamp.

Kampverhuis naar Ertvelde

Gisterenavond kregen we een berichtje van de scoutsleiding: of we hen vandaag naar hun nieuwe kampplaats in Ertvelde wilden brengen?

De kampplaats in Viroinval is nog compleet onbruikbaar en er is wel behoorlijk wat gerief kapot ook. Een deel van de leiding is naar ginder om te redden wat er te redden valt.

De rest van de leiding is heel actief op zoek gegaan naar een alternatief en hebben een grote weide in Ertvelde, in the middle of nowhere gevonden. Qua materiaal hebben ze kunnen lenen bij Scouts Ardu, Scouts Evergem en blijkbaar ook VZW Hoeve Lootens, wat ik gewoon de max vind.

Met een ganse stoet auto’s hebben we scouts en materiaal naar Ertvelde getransporteerd, waar ze toch wel snel hun kamp hadden opgezet. Dik in orde, ze zagen het echt helemaal zitten.

Zelf dacht ik: ik zit nu in Ertvelde, ik ga nog snel twee caches oppikken die hier in de buurt liggen, twee eenvoudige van RWCD die ik in november had ontmoet.

Na het wandelingetje naar de cache zat ik nog even in de auto te kijken of er nog iets haalbaars in de buurt lag, toen er een fietser naast me stopte: “Ha, net weesten cachen?” Het was Rudi die me niet eens had herkend, maar die me op de wegel had zien lopen, vandaar. Toen hij zag wie de cacher was, sloegen we aan de praat. Toen ik de feedback gaf dat hij best het beginpunt van de wegel aangaf, vroeg hij of ik daar even mee wilde helpen, want het was amper zijn tweede eigen cache en had niet echt een idee hoe dat moest. Bon, ik dus mee naar binnen, en pas twee uur later, na een zeer gezellige babbel over alle mogelijke caches, stapte ik opnieuw in de auto.

Mijn middag was voorbij, maar ik heb hem wel heel gezellig doorgebracht ^^

 

Kampproblemen

Eigenlijk mag ik het zo niet noemen, maar eerder waterproblemen.

Kobe vertrok normaal gezien morgen op kamp, naar Viroinval, een beetje onder Charleroi. Alleen belde de leiding vandaag met slecht nieuws: hun terrein is compleet ondergelopen. Als in: het riviertje dat drie meter lager stond, hebben ze dichterbij en dichterbij zien komen, tot ze zich laten evacueren hebben door de brandweer. Ze = de vorige groep, de jongverkenners. Die hebben hun kamp dus met een dag moeten inkorten.

Kobe heeft wel een fantastische leiding: ze gaan morgen toch op kamp vertrekken, maar naar het eigen terrein hier. Dat is lang niet hetzelfde, maar toch ook op kamp. Zodra het kan, gaan ze dan naar het eigenlijke kamp vertrekken of naar een alternatief terrein, al naargelang de schade. Ze gaan ons waarschuwen wanneer we hen naar het station moeten brengen.

Ik kon Kobe vandaag wel efkes vierendelen. Ik had hem herhaaldelijk gezegd dat hij zijn kampgerief op voorhand moest samen zoeken, want dat ik niet de laatste dag nog dingen ging halen.

Schoenen waren we eerder deze week nog gaan halen, maar denk je dat hij ze ingelopen heeft? Nee hoor.

En vandaag kwam hij schoorvoetend af dat hij geen regenjas heeft. En stapkousen. En dat hij nog een effen witte T-shirt nodig heeft. Ik heb stevig gegrmbled, maar ik kan hem toch moeilijk zonder regenjas laten vertrekken? Vandaag stonden we dus alsnog in de Decathlon waar we gelukkig alles gevonden hebben wat we nodig hadden.

Echt he…

Frankfurt-am-Main: hier kommen wir!

Merel werd deze morgen vakkundig om kwart voor acht afgezet aan het station voor haar scoutskamp, de jongens blijven gewoon thuis, en wij, wij gaan op citytrip naar Frankfurt.

Tot onze verbazing haalden we de trein van kwart over acht naar Brussel nog wat ervoor zorgde dat we meer dan een uur moesten wachten in Brussel Zuid op onze ICE naar Frankfurt. Geen nood, we dronken rustig een koffietje in de Pret in de stationshal en ik zocht en vond er een heerlijke stationscache: uit 16 foto’s moet je de 8 stuks halen die je daar ter plekke kan zien. Uiteraard gaat het om details, maar blijkbaar ben ik oplettend, want in één wandeling had ik ze alle acht herkend en had ik meteen ook de cache. Mijn vakantie was meteen goed begonnen.

Drie uur later stapten we uit in Frankfurt Hauptbahnhof en zochten we meteen iets om te eten: het was bijna twee uur! Bart had trouwens een call om drie uur, we konden dus niet ver lopen.

Gelukkig is het hotel vlakbij: alles ligt hier trouwens dicht bij elkaar. En dat hotel, dat mag er wezen. De kamer is niet super groot maar wel zeer gerieflijk.

Het uitzicht en de traphal zijn trouwens ook zeer, euh, hipster.

Bon, na een korte rustpauze voor de rug trokken we te voet de stad in, enfin, gingen we op wandel langs de oevers van de Main.

Ik was al een cache aan het zoeken toen Bart liet weten dat de fietsenverhuurguy aan het hotel stond. Wij terug, fietsen opgehaald en dan met de fiets ’t stad in tot aan de Römer, alwaar de zon scheen en ze deftige koffie hadden.

In het terugkeren zijn we nog even een cache gaan zoeken aan het euroteken, maar waren we eigenlijk te moe om nog echt een restaurantje te gaan zoeken. We wilden ook niet echt veel, maar een deftige supermarkt vonden we dan ook weer niet. We zijn uiteindelijk gaan eten in het restaurant beneden: hipster-fusion-bistro. Niet goedkoop, wel lekker. En vooral: enkel nog de lift in om te gaan slapen. We lagen allebei al te knorren rond tien uur, schat ik. Beetje moe?

Eén hobby…

Merel heeft het er bij momenten wel lastig mee, met die “één hobby” regel per kind.

Voor de inhuizige pubers was er minder een probleem: Wolf doet al een tijdje geen muziekles meer, en de rugbytraining is op zich wel weer opgestart in kleinere groepen, maar Wolf vindt het sop de kool niet waard. Hij vindt het veel te risicovol om daar met compleet onbekende mensen full contact te gaan, en ik geef hem daarin gelijk. Ze trainen wel, maar er is toch geen competitie momenteel.

Kobe doet geen sport meer, maar fagotles mag gelukkig wel omdat dat apart is en de leraar afstand kan houden. Het wordt trouwens ook gezien als les, niet als hobby. Zijn orkest, het GEJO, staat dan weer al bijna een jaar on hold: dat kan natuurlijk niet doorgaan met al die spelers in één ruimte die dan nog eens enthousiast aan het toeteren zijn.  Scouts doet hij intussen wel, als enige activiteit: twee keer per maand buiten in een groepje van tien, dat is netjes afgemeten en geregeld.

Maar Merel heeft het er wel lastiger mee. Muziekles mag nog omdat ze maar met tien zijn onder de twaalf jaar. De twee iets oudere krijgen apart les, niet in groep. Ook haar blokfluitles mag doorgaan: twintig minuten in plaats van een uurtje, dus apart en niet met drie samen. Tsja. Niet zo erg. En zoals gezegd telt dit niet als hobby maar als les.

Maar daarnaast doet ze nog een uurtje dans op vrijdag en normaal gezien op zondag de scouts. Aangezien dit wel in groep is, mag ze maar eentje kiezen, en dat is dans geworden. Dat doet ze met haar beste vriendinnen, en die scouts, daar zitten die vriendinnen ook wel in, maar da’s in een grotere groep en altijd buiten en dus een pak kouder. Eén vriendinnetje heeft atletiek gekozen in plaats van dans en volgt de les van thuis uit. Dat dat kan, vind ik fantastisch: de juf zet ook daar een camera op en ze kunnen volgen.

Een andere vriendin heeft twee keer dans en twee keer scouts gekozen, maar Merel wilde toch liever gewoon dans. Allez, liever allebei, maar dat kan nu niet. Ik ben al lang blij dat ze ook de muziekles en blokfluit mag blijven doen.

Zucht.

Ik heb zo’n medelijden met de kinderen en jongeren momenteel. Onbezorgd kind of puber zijn zit er niet in. Ugh.

TGIF, meer bepaald vrijdagavond na achten

Nope, deze dag was het eventjes niet, qua drukte. Vanmorgen viel het best wel mee: gewoon vier uur lesgeven en dan naar huis om te eten, Bart had gekookt. En toen kon ik nog eventjes op ’t gemak zijn.
Maar…
Om half vier reed ik opnieuw naar school om een kort filmpje op te nemen, buiten op de speelplaats, voor Cavaria. Zodra dat goed genoeg was om te gebruiken, spurtte ik naar huis waar Kobe al klaar stond, zodat hij om kwart na vier in de fagotles was. Ik reed snel even naar de Zeeman, want het heeft geen enkele zin dat ik naar huis rijd van Evergem om dan tien minuten thuis te zijn en opnieuw het verkeer in te duiken. Enfin, om vijf uur pikte ik hem op en reed gezwind naar huis om om kwart over een online vragenmomentje te houden voor het examen van mijn zesdes.
Ik gooide hen van de Smartschool live om om twintig voor zes Merel op de fiets te krijgen naar de dansles, met alle nodige gerief. Gelukkig zijn de twee grote redelijk zelfstandig, zodat Kobe om zeven uur online zat voor zijn scoutsspel en Wolf voor zijn vragenuurtje van wiskunde (dacht ik). En dan moest ik nog Merel opvangen om twintig over zeven op het moment dat ze thuiskwam van de dansles.
En tussendoor moest ik vooral ook zien dat iedereen iets gegeten had.

Ik hou niet van vrijdagavonden.

Gezapige zondag

Vandaag was zo’n zondag uit de boekskes, eentje zonder stress, met lekker eten en mijn vader over de vloer en zo.

Hij was er tegen elf uur en begon meteen te schaken tegen Wolf, iets waar ze allebei evenveel deugd van hadden, en bij momenten was het ook serieus spannend, zo bleek. Intussen maakte Merel haar huiswerk en was Bart aan het koken. En na het eten vertrok Merel naar de scouts, een babyvergadering.

 

Ik zette kaarsjes en stak de haard aan en we keken met zijn allen tv ’s avonds.

Zo van die zondagen, dat zijn er waarop niks speciaals gebeurt, maar die wel zorgen voor heerlijke herinneringen aan sfeer en gezelligheid.