Romeinse brandweer

Een echte brandweer hadden de Romeinen niet, wegens geen water onder druk en dus geen mogelijkheid om met water te blussen behalve met emmertjes.

Maar onderstaande tekening, die ik heb uitgelegd aan mijn tweedes, zou eigenlijk duidelijk moeten maken hoe ze het dan wel aanpakten…

Sorrento: dag drie

Maandag en dus een iets vroeger ontbijt. We hadden dan ook meer plannen: Bart en ik gingen te voet, aan bijna de andere kant van Sorrento centrum, de huurauto ophalen. Een duur geval, maar dat heb ik er keihard voor over. Het is een Fiat 500 X geworden, quasi nieuw, en eigenlijk een wreed wijs ding om mee te rijden. Best wel groot ook, vind ik, en het bolt prima. Oh, en Sorrento in de ochtend is quasi verlaten…

Tegen twaalven zaten we samen in de auto richting Ercolano ofte Herculaneum. Aan een kant vond ik dat bijna indrukwekkender dan Pompei, gewoon omdat je veel beter kan zien hoe enorm dik die aslaag moet geweest zijn. We reden naar de ingang van de scavi en vonden er een klein restaurantje waar we gewoon gratis op de parking mochten staan en eigenlijk bijzonder lekkere en volledig handgemaakte pizza’s hebben gegeten. Het zag er wat sjofel uit maar was echt meer dan dik in orde.

En toen was het vooral bloedheet in Herculaneum. Maar echt: het was een graad of 35, maar het is vooral een vochtige warmte waardoor het zweet me continu in straaltjes afloopt. Ik heb zelfs een handdoekje bij om mijn gezicht te deppen. Het is er natuurlijk ook ronduit prachtig en indrukwekkend en mooi en… bloedheet. Uiteindelijk liepen we van schaduwplek naar schaduwplek en liep ik keihard te manken, zodat we het bezoek minder lang hebben gehouden dan dat ik in de lente zou gedaan hebben, gezond van lijf en leden.

Maar iedereen was wel blij dat we het gedaan hebben, al hoeft Pompei zelf niet meer voor Bart, Kobe en Merel. Wolf gaat wel nog meegaan met mij, zegt hij. Oef.

Thuis ben ik op bed gaan liggen en prompt in slaap gevallen, terwijl ik eigenlijk aan de kinderen had beloofd mee te gaan zwemmen, maar dat zal dus voor een andere keer zijn. Ach ja, ze kunnen dat ook echt wel zonder mij. En terwijl ik me dan douchte, gingen zij met Bart een spelletje Uno spelen in de lounge boven.

Tegen acht uur wandelden we, welja, naar beneden naar Sorrento stad om er opnieuw een plekje te vinden in hetzelfde restaurantje als gisteren. Het moest er maar zo goed niet zijn.

Een ijsje zat er deze keer niet in: we waren wat later en de rijen aan de twee grote, uitstekende gelateria’s waren immens.

Maar het was opnieuw een zeer fijne, zeer hete en zeer vermoeiende dag.

Op naar morgen!

Koken bij de Romeinen

Deze post is origineel geschreven voor en gepost op Gentblogt.

Toen ik via via een foldertje in handen kreeg van het Davidsfonds in Gentbrugge, kon hun eerste activiteit mij zeer bekoren.

Dinsdag werd er immers een lezing geprogrammeerd over Koken bij de Romeinen. Voor de gevraagde negen euro (als niet-lid) kreeg je niet alleen een deskundige uitleg van historica Annelies Van Wittenberghe, ze had meteen ook de daad bij het woord gevoegd, en een aantal (bewerkte) recepten klaargemaakt, zodat we konden proeven.

Koken in het oude Rome[+]

Annelies is in 2007 met haar historisch kookproject begonnen. Eigenlijk is het het combineren van haar grote hobby met haar studies. Ze geeft voordrachten over de geschiedenis van koken en eten tot 1750, maar is vooral gespecialiseerd in Romeinse culinaire geschiedenis. Ze volgt ook een koksopleiding in CVO Leerdorp, zodat ze écht wel weet waarover ze praat.

Dat was ook meteen duidelijk: ze liet de voorgeschiedenis van het koken zien op een tijdsbalk van de verschillende oude beschavingen: Mesopotamiërs, Indiërs, Egyptenaren, Grieken, en uiteindelijk ook de vrij recente Romeinen. Daarnaast gaf ze een aantal leuke weetjes mee: zo bleek dat een bepaalde terracotta pot met gaatjes en binnenin een spiralend richeltje gebruikt werd om relmuizen vet te mesten en daarna vrolijk op te peuzelen. Moet kunnen.

Wanneer je dieper ingaat op Romeins koken, kan je niet anders dan uitmonden bij het ‘kookboek’ van Apicius. Er staan een aantal – vrij maffe – recepten in, maar in sommige gevallen is het eigenlijk niet meer dan een opsomming van ingrediënten. Daarop heeft Annelies zich dan gebaseerd om een aantal gerechten uit te proberen en te recreëren. Er zijn uiteraard een reeks beperkingen: sommige ingrediënten zijn uiterst zeldzaam geworden of zelfs niet meer te krijgen, andere recepten vinden we ronduit wansmakelijk. En dan stootte Annelies ook een aantal keren op een resoluut ‘njet’ van het Federaal Agentschap voor de Voedselveiligheid: zo mag flamingo bijvoorbeeld niet geserveerd worden, en kan je ook geen gebruik meer maken van garum, een vissaus die gemaakt wordt door gepekelde vissen en visingewanden dertig dagen in de volle zon te laten rotten. Flauweriken!

Annelies serveerde ons gehaktballetjes met onder andere rozijnen, pijnboompitten en Thaise vissaus (next best thing), en garnalen met een speciaal, vrij zoetig sausje met oa. honing en peper.

Koken in het oude Rome[+]Koken in het oude Rome[+]

Ook een toastje met pesto passeerde de revue. Als dessert kwamen er dadels gevuld met pijnboompitten, honing en nog een paar dingen.

Koken in het oude Rome[+]Koken in het oude Rome[+]

Het was op zijn minst speciaal te noemen, en ik denk dat het een waardige start was voor het werkjaar van Davidsfonds Gentbrugge.