Peppi en Kokki in Oostende

Gwens ouders hebben sinds oktober een pracht van een appartement op de zeedijk in Oostende. Ruim, grote open keuken, drie slaapkamers, twee badkamers, twee aparte toiletten en een klein balkonnetje. En vooral een prachtig uitzicht.

10.45 uur:

12.25 uur:

Merel en ik hadden blijkbaar de ideale dag uitgekozen om te gaan, want het was de eerste keer, zei Gwen, dat ze ongestoord op het strand konden zitten zonder dat het echt te koud was. Merel en ik hadden ons grondig voorbereid: twee campingstoelen, een parasol, badlakens, zelfs het windzeil – dat we niet opgezet hebben.  In de voormiddag – allez ja, what’s in a name, we waren om kwart voor elf – hebben Gwen en ik gekletst, zoals gewoonlijk, en Merel en Lena-Mare een spel gespeeld. Die twee zien elkaar niet vaak en dat is soms wat awkward in het begin, maar dat betert wel altijd.
We gingen wat verderop garnaalkroketten eten en installeerden ons daarna op het strand. Dat ontlokte Gwen en mij trouwens een gigantische slappe lach, want we zagen onszelf daar al zitten, onder ons parasolletje, in onze campingstoelen, net twee ouwe meten van in de zeventig. Tranen gelachen! En ondertussen gingen onze meisjes – er was nog een vriendinnetje bijgekomen – zwemmen.

De zee werd zilver, de bries werd wat strakker en we pakten tegen zes uur in, nadat we eerst nog hadden zitten schrijven in het natte zand. Geocachegewijs, snapt u.

En toen hebben Gwen en ik nog pannenkoeken gebakken – ze hebben zo’n wreed wijze aparte bakplaat op het appartement – en waren we tegen negenen thuis.

Oh, btw: 19.54 uur.

 

Vijfweegsepark

Een aantal jaar geleden hebben ze hier tussen Wondelgem en Mariakerke, langs de R4, een park aangelegd. Het Wondelgemse stuk heet het Ter Durmepark, en daar heb ik al jaren geleden een kleine cachewandeling gelegd.

Maar het vervolg ervan, dat kende ik eigenlijk niet. Doorheen het Ter Durmepark loopt zo’n stuk fietssnelweg waar het heerlijk fietsen is. Op een bepaald moment stopt dat en gaat dat over in een gewone weg die echter niet veel gebruikt wordt aangezien hij doodlopend is. En daarnaast, daar ligt dus ook een stuk park waar men de natuur min of meer zijn gang laat gaan. Nu is men daar trouwens ook een fietsbrug aan het bouwen zodat je een hele mooie fietsweg hebt richting Lovendegem en zo.

Maar het park zelf ligt dus gewoon tussen de R4 met zo’n geluidsberm en een woonwijk. Vandaag ben ik er voorzichtig in gaan wandelen om een natte geocache te vervangen. Het is maar door die cache – die ik geadopteerd heb, een paar jaar geleden – dat ik dat park heb leren kennen. En geef toe: als je de foto’s ziet, zou je toch niet zeggen dat je naast een snelweg en een woonwijk loopt?

Nieuwe geocachereeks

Donderdagavond was het een stralende avond, maar ik kon niet gaan zingen wegens zo een klein beetje nog steeds geen stem.

En toen ben ik maar meteen een hele reeks nieuwe geocaches gaan leggen. Ik had er in maart al drie weggestoken, maar toen kreeg ik het bericht dat iemand anders in de buurt al caches had klaar staan, en dat ze konden zien dat daar nog steeds aan gewerkt werd. Mijn caches moesten dus ofwel verplaatst worden, ofwel afwachten tot die andere gepubliceerd werden.

Na drie maanden had ik nog steeds niks gehoord, ik diende dus de nr. 4 nog eens opnieuw in, en deze keer werd hij wél goedgekeurd omdat er bij die andere caches geen beweging meer was.

De vierde? Jawel, ik had “De Gaardenier” al in juli 2016 geplaatst, aan de toen nieuwe fietsbrug over de Gasmeterlaan. Ze hadden toen ook meteen het Gaardenierspad afgewerkt, een knap stuk fietspad dat ervoor zorgt dat je vanuit Wondelgem vlotjes naar het centrum rijdt zonder autoverkeer in de buurt. Een intussen zeer druk gebezigd fietspad, overigens, waar ik in augustus 2021 ook al drie caches had gelegd. Ik heb die nu hernoemd naar ‘Van Gaardenier tot Blauw Brugje’ omdat intussen er ook een prachtige verbinding is van dat ene fietspad tot aan – dat had u al geraden – een Blauw Brugje dat ook alleen voor voetgangers en fietsers is bedoeld, over de ringvaart in Mariakerke. De nummer 4 was dus al goedgekeurd, de 5 en 6 lagen er al een drietal maanden te koekeloeren en lagen nog steeds op hun plaats, en ik heb dan maar de nrs. 7-11 gelegd én eentje met de naam Blauw Brugje aan het brugje zelf. Ze zijn, voor een keer, allemaal vlotjes goedgekeurd zonder discussie.

Ik geef u een paar foto’s mee, gewoon om te tonen hoe mooi het er eigenlijk wel is.

Cache-onderhoud, deel 2

Ik heb een aantal jaar geleden een cacherondje gelegd in het park Claeys-Boüüaert naast de school, voor The Final KAMdown: zes caches en een bonus, allemaal op quasi gemillimeterde afstand van elkaar, want elke cache moet in vogelvlucht 161 meter van een andere liggen, en dat park is eigenlijk maar heel nipt groot genoeg.

Soit, ik ga regelmatig die caches nakijken, ik krijg ook telkens een melding als iemand er eentje vindt. Soms krijg ik het op mijn heupen van commentaren als: “doordat sommige logboekjes doorweekt waren en de code niet meer leesbaar was en omdat de app niet meewerkte zodat we geen formule hadden, hebben we deze bonus niet kunnen doen.” Dat staat dan als een ‘niet gevonden’ in de lijst, en dat werkt op mijn zenuwen, zeker als je weet dat twee van de zes codes voor de bonus niet op de logrol staan, maar via de beschrijving te berekenen zijn. En één cache had deze schrijver niet gevonden, hij beweerde dat het touwtje in twee was en de cache in een buis zat, en voegde er trots een foto aan toe van het nylondraadje. Omdat die cache vlak naast de ingang van de school ligt waar ik toezicht heb, was ik de dag nadien al gaan kijken, maar een touwtje heeft twee uiteinden. De cache zat nog netjes op zijn plaats, aan het andere uiteinde dus. Grr.

Maar twee weken later kreeg ik de volgende commentaar: “voor de bonus dan maar even een collegacacher om hulp gevraagd. Dit rondje mag misschien een beetje onderhoud hebben [;)].

Na de reeks Platteland naast de stad wilde ik graag nog een kasteeltje bekijken. Daarom nog dit korte rondje gekozen. Alles werd gevonden, sommige boekjes nat tot doornat en de bonus lag op een mooi plekje. Ook nog een bekende Belg (Ben Segers) gespot [:P].
Thanks !”

Mijn wenkbrauwen gingen de lucht in, en aangezien het vandaag ein-de-lijk een zonnige dag was waarop ik geen les moest geven en niet meer in quarantaine zat, sprong ik op de fiets met de cachebak in de fietstassen en nam een kijkje.

Hmpf.

Ik heb het volgende geschreven als cache-onderhoud bij de verschillende caches: “Na een aantal klachten ging ik verwonderd een rondje onderhoud doen.
– alle codes waren perfect leesbaar. Nee, niet alle logrollen hebben een code
– 1: logrol licht vochtig, vervangen met plastiekzakje
– 2: logrol droog, plastiekzakje vervangen
– 3: logrol droog, plastiekzakje toegevoegd.
– 4: logrol droog, plastiekzakje toegevoegd.
– 5: logrol droog, plastiekzakje toegevoegd.
– 6: logrol droog, plastiekzakje toegevoegd.
– bonus: nog volledig droog
Alles zat ook netjes op zijn plaats.”

Geen idee vanwaar dus de klacht ‘nat tot doornat’ kwam, want dat kon ik zelf dus niet vaststellen. Vreemd, en ja, ik word daar ambetant van. Bart moet daar altijd mee lachen: “Wind u daar zo ne keer nie in op! Dat is maar een spelleke!”

Ja, maar ik steek daar wel tijd en moeite in he!

Enfin, ik heb wel intens genoten van mijn fietstocht, ook al was tegen dan de zon al lang weer verdwenen.

Met een visje op een terrasje

Het is de eerste keer dit schooljaar, en ik heb er geen idee van of het in mijn volgende lesrooster, vanaf oktober, nog zal lukken, maar vandaag zat ik alvast weer op het terras van mijn geliefde Villa Ooievaar, het sociale restaurant in Mariakerke.

Het was er behoorlijk druk, als in: het terras zat eigenlijk vol en binnen was het ook meer dan goed gevuld. Maar ik ben er zo een beetje een vaste klant, ze kennen me, en toen er een plaatsje vrijkwam buiten, kwamen ze me meteen zeggen dat ik mocht verhuizen, als ik dat wou. Zalig, toch?

En dus at ik buiten, in de stralende nazomerzon, een heerlijk stukje zalm met een kruidenkorst, gebakken patatjes en gestoomde groenten.

En toen kon er ook nog wel een koffietje bij want ik was voor een keertje niet haastig, alleen nog kine om drie uur.

Alweer een fantastisch begin van het weekend.

Meer kunst in mijn wijk

Het was andermaal een glorieuze dag, ideaal om te gaan fietsen.

Bart had fantastisch gekookt – verse asperges rechtstreeks van bij de boer –

en we hadden eigenlijk wat te veel gegeten, maar dat lieten we niet aan ons hart komen: we lieten ons pa achter met koffie en een boekje en sprongen op de fiets richting Mariakerke. Daar was het namelijk de laatste dag – mei, weet u wel – van de actie Meer kunst in mijn Wijk die Max op poten had gezet.

De vorige weekends was het compleet rotweer geweest, maar vandaag wilde ik het toch niet meer missen. Max heeft 45 panelen gezet langs de straatkant met tekeningen van hemzelf en foto’s van Katleen Van Huffel.

Ik moet eerlijk zijn: ik was doorgaans niet echt onder de indruk. Ik had het gevoel dat Max niet zijn beste werk heeft tentoongesteld, en ook de foto’s waren… mja. Maar niet iedereen kan een Anton Corbijn of een Stefan Van Vleteren zijn natuurlijk.

Al bij al was het wel een zeer aangename fietstocht, mijn lief en ik.

En thuis kon ik opa gelukkig maken met een stukje taart en een kommetje fruitsla mét slagroom.

Nog later op de avond waaiden eerst Annelies en Jonas langs met vierkoppige kroost voor een gezellige babbel en het ophalen van wat meiklokjesplantjes, en toen kwam ook Amedee om dezelfde reden er even bij zitten.

Yep. Er zijn slechtere zondagen.