Van tandartsen, kappers en cursussen.

Dat het gisteren een goed gevulde dag was, en dat mijn rug het zal geweten hebben!

Ik kon gelukkig wel nog uitslapen en op het gemak ontbijten, maar tegen half twaalf zat ik bij de kapper om het vorige week ontdekte gaatje te laten repareren. Echt, ik prijs me gelukkig met mijn tandarts: no nonsense, een zeer gerichte uitleg en verder niks. Geen pijn, geen overbodig iets, gewoon in orde.

Bon, thuis had Bart gekookt en tegen één uur stonden Merel en ik bij de kapper. Bij haar moesten gewoon de puntjes eraf, bij mij wilde ik terug naar mijn oude kapsel: lang aan beide kanten werkt niet voor mij. De ene kant krult onverbeterlijk alle kanten uit, en ik vind dat ik eruit zie als Charlotte Kiekeboe.

Nog wat later kwam mijn collega Latijn op werkbezoek: we hebben een nieuw leerplan en dus moeten we ook een nieuwe cursus hebben. Ik heb gelukkig al het materiaal van een collega uit Deinze kunnen krijgen, maar nu moeten we dat nog naar onze eigen hand zetten. We zijn een goed paar uur bezig geweest, maar het resultaat van hoofdstuk één mag er wel al zijn. Gelukkig maar.

En toen, toen ben ik plat gegaan. Het is Bart die Wolf naar en van de rugby gebracht heeft, voor mij was het welletjes.

Ik ga proberen dinsdag te starten, maar dan gaat de rug toch nog iets beter moeten zijn dan nu: dit hou ik (nog) niet vol.

Hmpf.

Kappertje spelen

Nee, wees gerust, er is geen schaar aan te pas gekomen, daar wagen we ons niet aan. Maar mijn haarkleur was aan een opfrisbeurt toe: als het zijn snit aan het verliezen is, dan heeft het tenminste nog een degelijke kleur.

En na Merels experiment met kleur gisterenavond wilde ze eigenlijk best wel meer, en dus heb ik vier strepen bordeauxpaars in haar haar gezet. De lichtpaarse streep van gisteren was er vrijwel uit na een nachtje slapen, vandaar. Ik kleurde dus eerst vier lokken bij haar en zette die vast met aluminiumfolie, zodat de rest van haar haar proper bleef, en deed daarna mijn eigen haar. En dan, ja, dan moet je een half uurtje wachten, wat bij Merel best een grappig zicht opleverde.

Maar het resultaat was echt wel knap, ze was bijzonder opgetogen en ik vind het zelf ook echt mooi.

Ze is misschien nog altijd maar negen, maar het wordt echt al zo’n prepuber. Zalig…

Kapper Hilaire

Ons pa mag niet meer met de auto rijden, tot zijn grote frustratie. Een van de dingen die daardoor moeilijk geworden zijn, is bij de kapper geraken. Het is niet dat die mens zo vreselijk ver weg woont, maar het is toch wat ver voor ons pa om te voet te doen.

Hilaire zag het zitten om speciaal voor ons op maandag open te doen – dat is zijn vaste sluitingsdag – en om kwart voor negen stonden ons pa en ik dus aan zijn deur. Ik heb het al eerder over Hilaire gehad: die mens is intussen 88 maar knipt nog met volle goesting en competentie herenkapsels. Wassen en brushen, nee, dat niet meer, en ook geen vrouwen meer, maar gewoon knippen? Ja hoor.
En verder is het eigenlijk ook gewoon ne gezellige mens.

Tegen kwart over negen stonden we buiten, ik gooide ons pa af, en om tien uur stond ikzelf netjes voor de klas.

Goed geregeld!

Van brillen en zonnebrillen

Er zijn zo van die dagen waarin je spontaan precies meer verzet krijgt dan op andere dagen. Waarom weet ik niet, maar vandaag was er wel zo eentje.

Ik sprong fluks op de fiets, bracht bibliotheekboeken binnen, ging bij de fietsenmaker langs, sprong binnen bij de kapper voor een afspraak in de namiddag, en deed boodschappen.

Ik kookte, en na de middag liet ik me een fris kort kopje aanmeten bij de onvolprezen Songul hier op ’t dorp, en sprong daarna binnen bij de brillenwinkel aan de overkant om eindelijk eens werk te maken van die nieuwe bril én die nieuwe zonnebril. Ik ben mijn zonnebril op sterkte namelijk kwijtgespeeld: ik heb hem voor het laatst gehad in Brugge, en wellicht heb ik hem daar ergens laten liggen. Zucht. En de meest recente, de zonnebril die ik had laten maken op ons ma haar fijne Theobrilletje, daarvan is een oor afgebroken. En aangezien het om een oud model gaat, is hij niet meer deftig te repareren. Meh.

Maar bon, na bijna twee maanden heb ik er toch werk van gemaakt. Ik ben nog steeds zeer tevreden van mijn gewone dagelijkse bril, en heb daar dan maar nieuwe glazen voor besteld. Ik merkte al een tijdje dat ik ’s avonds, als ik moe was, mijn tvscherm niet meer zo scherp zag, dat soort dingen. En dat ik al wel eens koppijn durfde krijgen ’s avonds.

En dan was er nog de kwestie van een nieuwe zonnebril. Ik had geen zin om daar vierhonderd euro aan te hangen voor de bril alleen al, maar heb een fijn modelletje van Fendi gevonden, voor 180 euro. Tsja, brillen zijn duur… Ik heb wat getwijfeld, maar dus toch geopteerd voor een toch wel specialer geval, een beetje Dame Edna, eigenlijk. Maar ik vind dat ik er goed mee zie, en het hoeft niet altijd braaf te zijn, toch?

Het gaat me wel geld kosten: speciale, vrij zware glazen, ontspiegeld en krasvrij, voor mijn gewone bril, en dan nog de zonnebril met diezelfde glazen erbij: 630 euro. Ugh. Ik weet weer waarvoor ik gewerkt heb deze maand.

Kapperperikelen

Sinds mijn oude kapster, een vriendin van de ma van mijn toenmalige  beste vriendin, en dus ook al mijn vaste kapster sinds 1990 of zo, met pensioen is, ben ik een beetje op zoek. Iemand als Marie-Jeanne zal ik niet vinden: zij kende me door en door, en wist dat ik niet graag heb dat iemand anders mijn haar wast, en dat ik het na een knipbeurt altijd zelf wil borstelen en goedleggen. En dat brushen ook niet aan mij besteed is. Enfin, dacht ik toch.

Ik was al twee keer hier bij een kapster wat verderop geweest, en ja, het was prima geknipt, maar kostte me wel 40 euro voor een kwartiertje knippen. Ha ja, want ook al wilde ik geen wasbeurt en geen brushing, ik betaalde daar blijkbaar wel voor. Bleh.

Voor de jongens had ik al langer een deftige kapper gevonden: we gingen eigenlijk altijd naar de Wondelgemstraat, eerst bij Erkan, en daarna bij een van zijn medewerkers die zelf een zaak was begonnen. Alleen… het is daar altijd pokkedruk, zonder afspraak en je kan er in geen velden en wegen parkeren. Luxeproblemen dus.
Vorig jaar is er hier op ’t dorp een mannenkapper bijgekomen, Classmen, en sindsdien gaan onze mannen daar: vlakbij, dezelfde prijs, en als het te druk is, dan keer je toch gewoon nog eens terug? Bart heeft zich er vorige week ook laten scheren, en vond dat een luxegevoel. Enfin, een gemak dus.

Nu is er een tijdje geleden ook een nieuwe kapster opengegaan, nog dichterbij wegens nog op de Evergemsesteenweg, en ik dacht: laten we deze nu eens proberen. Merel haar haar moest ook dringend bijgeknipt worden omdat het echt aan het splitsen was, en dus gingen we deze middag samen gezellig op wandel. We hadden geluk: Songül was net klaar met de vorige klant, en haar volgende kwam maar een half uurtje later. Perfecte timing, dus! En niet alleen dat: ook een bijzonder sympathieke dame, die me effectief ook mijn goesting liet doen. Eerst knipte ze vakkundig Merels puntjes bij, zo’n tiental centimeter, en daarna nam ze mijn te lange haar onder handen. Wassen hoefde niet, aangezien het net gewassen was, en na het knippen mocht ik probleemloos zelf de haardroger nemen en het droog blazen in toch wel minder dan een minuut. Zalig!

Het leukste van al was, dat ik daarna maar 25 euro hoefde te betalen voor ons tweetjes! 10 euro voor Merel, 15 euro voor mezelf omdat het enkel knippen was.

Ik denk dat we onze nieuwe kapper gevonden hebben, se. Sympathiek, welbespraakt en deskundig: meer hoeft dat niet te zijn. Ik ga Marie-Jeanne wel missen, maar bon, ik ga nog wel eens langs ginder ^^

Zwarte gat?

Spreken van een zwart gat is sterk overdreven, maar ja, mijn woensdag vandaag voelde bijzonder onwennig aan.

Ik had les tussen tien en twaalf, reed toen fluks naar huis, kookte snel, en… toen was het gedaan. Leeg, Vrij. Dat is dus voor het eerst in acht jaar, sinds Wolf begon met muziekles, dat de woensdagnamiddag gewoon vrij is. Kobe heeft geen notenleer meer, die volgt AMC en dat is op vrijdag, net zoals zijn samenspel en zijn fagotles. Merel heeft maar één keer per week notenleer – excuseer, muzieklab – en dat valt bij haar op zaterdag. En Kobe is gestopt met rugby, en Wolf zit in het Zeepreventorium. Ik ben momenteel zelfs doorheen het corrigeren/redigeren van de boeken van Dirk, zodat zelfs hij niet meer langskomt op woensdagavond.
Heh. Vreemd. Zeer vreemd, maar niet onaangenaam gevoel, zo’n vrije middag. We hebben dat dan maar opgelost door naar de bibliotheek te gaan – ook niet onbelangrijk! – en daarna naar de nieuwe kapper hier net voorbij het kruispunt. Kobes haar was veel te lang geworden, maar de kapper was dicht op maandag, en natuurlijk was er net gisteren de schoolfotograaf…

Om half zes zat ik bij de dokter – borelia, en dus doxycycline, een stevige antibiotica – en gelukkig was er ’s avonds de start van het nieuwe quizseizoen, zodat ik nog niet helemaal verloren liep in mijn woensdag.

Ik voorzie nog mooie woensdagen in de toekomst, jawel.