Uitvaart (100 dagen) op school

Al sinds een aantal jaar ben ik degene van de leerkrachten die de zesdes begeleid bij het organiseren van hun uitvaartshow. Veel houdt dat niet in: podium bestellen bij Stad Gent, en verder vooral zorgen dat ze met alles rekening houden, af en toe eens voor de praktische kant een vergadering bijwonen, en de dag zelf toezicht houden en bijspringen waar nodig.

Dit jaar hadden ze ons gevraagd om de kleren uit ons eigen middelbaar aan te trekken. Euh… Mijn eigen groene schooluniform heb ik destijds zo snel mogelijk weggedaan, en ik vrees dat ik daar niks meer van heb liggen. En zelfs al had ik het nog, ik kon er toch aan geen kanten meer in.

Soit, ik heb dan maar eens nagedacht, en kwam uit bij mijn new-waveperiode uit het zesde. Een pardessus zoals destijds die van mijn grootvader heb ik niet meer, maar ik had nog wel mijn lange leren jas, mijn favoriete pull van destijds, en een bus haarlak. Een en ander leidde tot een behoorlijk grappig resultaat, toch voor iemand van 45. Maar bon ja, voor de leerlingen is het bijzonder amusant als je als leraar daarin mee gaat.
Ze hebben me trouwens ook bijzonder treffend nagedaan, compleet met moonboot, rode haar en ‘Odi et Amo’ op mijn bord…

Het verslag, de filmpjes en de foto’s kan je hier vinden. En ja, het was goed, beter dan vorige jaren.

Wat was dat, zeg??

Vandaag gingen in Gent overal de officiële inschrijvingen voor het middelbaar open, en dus ook op ons atheneum. Aangezien ik de cel “Externe communicatie” leid, heb ik de infodag vandaag helpen organiseren. Vorig jaar werkten we dat met het ganse team uit, voor deze editie volstond een bijwerken hier en daar. En vooral: er rekening mee houden dat we misschien wel volzet zouden kunnen zijn vandaag.

De directeur lachte dat weg: vorig jaar waren we volzet op 3 juli, ze geloofde aan geen kanten dat er dit jaar een probleem zou zijn. Maar ik had al van alle kanten vanalles opgevangen, en 2005 was nu eenmaal een boom in geboortes, dus ik wilde voorbereid zijn. Samen met de adjunct-directeur en de personeelsverantwoordelijke werkten we een systeem met nummertjes uit, zodat wie eerst kwam, er ook eerst bij was. De overige mensen kwamen dan op de wachtlijst terecht, tsja. Anja vond dat we gigantisch overdreven, maar bon, beter voorbereid en niet nodig, dan onvoorbereid en complete chaos.

Wel…

Die chaos was er toch, ondanks onze voorbereidingen. Er waren 150 plaatsen, waarvan al 32 ingenomen door broertjes en zusjes, voorinschrijvingen dus. Vanmorgen hebben we blijkbaar uitgedeeld tot 189, 40 man op de wachtlijst dus. De eerste mensen zaten blijkbaar al rond zeven uur in hun auto op de parking, I kid you not. Om half negen had zich een heuse rij gevormd, en de deuren gingen maar open om 9.00 uur. Een troost: iedereen die op tijd was, is ingeschreven: nummer 150 is uitgedeeld om 9.45 uur, een kwartier na start zelfs.
Helaas waren er ook mensen die vorig jaar de info hadden bijgewoond, overtuigd waren van hun zaak, en dus maar later zijn komen opdagen, gewoon om zich in te schrijven. Niet dus.

Toen bekend werd, een paar weken geleden, dat we 29 leraars hadden aangeduid om de inschrijvingsformulieren in te vullen, hadden verschillende daarvan ons zot verklaard: véél te véél! Bon, veel mensen hebben dus een uur moeten staan wachten om gewoon de formulieren te kunnen invullen. En dan moest iedereen zich aanmelden bij één persoon om zich op de officiële lijst te kunnen laten zetten. Omdat er strikt rekening moet gehouden worden met bepaalde voorkeursregelingen, kan er maar één lijst zijn. Resultaat: een ellenlange, frustrerende, supertrage wachtrij van een paar uur.  Zucht.

Een oplossing was daar helaas niet voor, we gaan voor volgend jaar moeten bekijken wat de wettelijke mogelijkheden zijn.

Maar bon. Ik voel me dus nog steeds alsof er een trein over me heen is geraasd. Wat was me dat, zeg?

Ik ben wel enorm blij dat de adjunct op haar strepen is gaan staan om het nummertjessysteem te voorzien. En een paar collega’s zei me achteraf: “Ik dacht dat je schromelijk overdreef, en dat je de drama queen aan het uithangen was. Niet dus…”

Enfin, we zitten dus nu al vol. Dat belooft.

 

Introductielesjes

Vandaag had ik het weer eens aan mijne rekker: integratie van de zesdestudiejaars. Dat houdt in dat de basisschool van onze school eens een kijkje komt nemen op onze school, dat ze een rondleiding krijgen, en dat ze ook 4 lesjes van drie kwartier krijgen in een van de modules, waar ze eventueel voor kunnen kiezen. Daar valt Wetenschappelijk Werk onder, Techniek en ICT, Duurzaam Samenleven en Ondernemen, en uiteraard ook Latijn.

Ik heb daar vorig jaar, samen met een collega, nieuwe brochuurtjes voor gemaakt, met een algemene uitleg waarom ze Latijn moeten doen (ik leg dat in hun taal uit, de tekst is voor de ouders), maar uiteraard ook met meer dan dat, of het zou nogal saai zijn. Zo bekijken we eerst de kaart van het Romeinse Rijk, zoeken we een aantal Latijnse woorden in het Nederlands (met een spelletje) en bekijken de titels van Latijnse strips. Daarna halen we tien anachronismen uit een tekening van een Romeins dorpstafereeltje, en dat vinden ze zalig natuurlijk. Als er nog tijd is, beginnen we aan een kruiswoordraadsel, waarbij ze een Latijns woord moeten invullen aan de hand van de vertaling. Ook dat is blijkbaar bijzonder amusant.

Eigenlijk doe ik dat dus niet graag. Die gastjes gaan dat nooit merken, die zijn meestal laaiend enthousiast en dat is een goede recruteringsbodem (de reden waarom we het doen natuurlijk). Vroeger vond ik het ook geen uitdaging, maar intussen, met die twee uur Latijn, is het wel de bedoeling hen naar Latijn te lokken. Ik maak er absoluut geen geheim van dat Latijn een werkvak is en dat ze elke week toets zullen hebben, daar begin ik het lesje zelfs mee. Maar daarna zijn ze meestal zó enthousiast, dat we tijd tekort hebben. Ik had bij de tweede groep niet gezien dat er een kwartier pauze was, en had enkel naar het beginuur van de volgende groep gekeken. We waren dus zeer ijverig bezig, toen er op de deur werd geklopt, en een collega kwam vragen waarom we eigenlijk niet in de eetzaal waren. En toen riep een van de meisjes uit: “Serieus? Is het al tijd? Ik dacht dat we minstens nog een half uur hadden! Zo jammer!” En toen waren we dus al meer dan drie kwartier bezig.

Het leukste was eigenlijk een jongen met een nogal grote bek, die op het einde van mijn les zo langs zijn neus weg zei tegen mij: “Goh, ik dacht dat Latijn weer zo een of ander stom onnozel vak ging zijn, maar eigenlijk valt dat dus wel vree goe mee!”

Daar doen we het dus voor. Maar man, ik ben ook wel blij dat ik er weer van af ben voor een jaar.

Eekhoorntjes!

Vroeger waren eekhoorns echt zeldzaam, dacht ik. Ik kan me bijvoorbeeld niet herinneren dat ik er als kind ooit eentje heb gezien, om eerlijk te zijn.

Nu zien we er regelmatig in Center Parcs, en in Londen zag je ze ook lopen in de parken.

En nu? Nu zit er een vrolijk vijftal in de bomen naast onze school. We hebben natuurlijk het geluk dat we naast een park liggen, maar toch. Een vriendin zag ze plots tijdens de les, legde prompt haar les stil, en filmde de beestjes zelfs.

Ik zie het nog niet gebeuren in veel stadsscholen, of zelfs meer landelijke scholen. Ik heb zo het vermoeden dat we het predicaat ‘school in het groen’ wel verdienen.

Machtig, toch?

Toezicht

’t Was gisteren misschien wat frisjes, maar wel heerlijk zonnig. Ik had een half uur toezicht op de speelplaats over de middag, en ik genoot er eigenlijk van. En als je dan nog je fototoestel bij hebt, dan geeft dat best wel leuke beelden. Tot en met leerlingen, die graag op de foto willen, en blijkbaar niet verwachten dat je daar nog op ingaat ook.

Nieuwe website

Hij staat eigenlijk zelfs al publiek, maar nog niet geïndexeerd, dus voorlopig nog niet te vinden via Google en consoorten: de nieuwe website van  de school. Dik twee jaar geleden had ik in een overmoedige bui een wordpressblog opgezet met alle info van de school, omdat de bestaande website eigenlijk echt niet voldeed. De nieuwe website was toen een hele vooruitgang, maar ook niet ideaal. Alleen moet je je eigen beperkingen kennen, en daar zat ik dan ook aan. Ik kan schrijven, ik kan mensen enthousiasmeren om dingen door te sturen, en ik kon dus wel het blog bijhouden, maar de website zelf was eigenlijk bijzonder simpel gehouden, omdat ik het eenvoudigweg niet beter kàn. En ja, ik ergerde me daar ook vaak aan, maar ik was al bijzonder blij dat ik, na een jaar voor niks aan de website te hebben gewerkt, eindelijk daar een paar lesuren voor vrijgesteld werd. Ik doe dus de website, maar ook alle andere communicatie van de school, zoals de brochures en flyers en dat soort onzin. Een budget voor een deftige website is er niet.

Soit, het was wat het was.

En toen kwam Michel. Michel, die wél bijzonder bedreven is in het coderen én het schrijven, en vooral niet kan verdragen dat er iets mis is op het internet. Toch niet als hijzelf dat kan verhelpen. En dus sprak hij me aan over de website, en maakte zomaar, vanuit het niets, een voorstel over hoe het met een ander wordpress theme en een hoop gepruts en gepriegel er zou kunnen uitzien. Ik sloeg steil achterover, mijn hart maakte een sprongetje, zowaar! Ik ging ergens in oktober met hem samenzitten, besprak doelgroepen, noodzakelijke info, informatiearchitectuur en nog wel zo’n paar broodnodige buzzwords, en ik leerde stapels bij. Ik kreeg zelfs de directie zover dat ze een uur met mij wilden brainstormen over de inhoud van de website, en wat zij er allemaal wilden zien staan, en wat bij wat hoorde. Post-itjes, quoi. En Michel, vanuit de goedheid van zijn hart, zette alles om in de nodige bits en bytes die ik niet deftig gecodeerd krijg.

En toen viel het stil, want er was geen serverruimte. De bestaande serverruimte was gehackt, per definitie onveilig, en alles moest gemigreerd worden. En er was geen geld voor een nieuw contract met een deftige aanbieder.

Enfin, het liet op zich wachten, er kwam een nieuw kalenderjaar met een nieuwe begroting, en ik kreeg de nieuwe domeinnaam, serverruimte, en een date met Michel tot een kot in de nacht om alles op te zetten. Dat was maandag. Sindsdien heb ik nog niets anders zitten doen dan pagina’s aanmaken, inhoud toevoegen, en discussiëren over de kleinigheden die moesten getweakt worden, en die hij gelukkig allemaal kan.

Ik voel mij als een katjen met een vers bolleke wol.

Er gaan machtig veel uren in gekropen zijn, in die nieuwe website, maar man, ik word daar zó gelukkig van se! Binnenkort online, dus ^^

 

Microbiotechnologie, iemand?

De laatste tijd heeft onze school echt zo van die interessante lezingen! Het probleem is alleen dat ik vaak ofwel aan het lesgeven ben, ofwel een vrije dag heb met andere dingen die grandioos in de weg komen. Helaas.

Deze namiddag kwam Hugo Moors spreken over de evolutie van het heelal en de aarde, vanuit microbiologisch standpunt dan. De eerste twee lesuren had ik eerstes, maar het laatste lesuur kon ik nog meepikken, en ik vond het machtig interessant. Sommige leerlingen zaten te slapen, of verveeld voor zich uit te staren, maar gelukkig was een groot deel wél zeer aandachtig aan het luisteren.

Ik heb ook echt wel een paar dingen bijgeleerd. Op zich niet zo moeilijk, aangezien ik in het middelbaar in zowat de minst wetenschappelijke richting zat, maar bon, ne mens kan helaas niet alles tegelijk volgen.

Het verslag van de lezing staat op de website van de school, en wel hier.