Rainbow City Warriors

Een tijdje geleden werd ik gecontacteerd door de reclameregie: dat JBC een nieuwe lijn kinderkleren uitbracht, en dat ze zó overtuigd waren van het product, dat ik een stuk mocht uitkiezen voor Merel. Want ja, ze “kopen” daarmee misschien wel aandacht in een blog, maar lang niet mijn mening. Als het niet goed is, dan schrijf ik dat ook wel. Of schrijf ik gewoon niks, dat ook.

Enfin, na enige misverstanden had ik hier dus een supergrappig licht kleedje in handen, uit de nieuwe lijn Rainbow City Warriors. Het is 98% biokatoen, en 2% elasthan, en ze beweerden dat het supergemakkelijk wast. Ons Merel kennende is dat ook wel nodig, ja. Merel was in elk geval al bijzonder enthousiast: een nieuw kleedje, en dan nog vol lachende stukjes watermeloen!

Het kleedje heeft inderdaad het einde van de dag niet gehaald. “Ha ja, mama, er was lasagne, en die viel zo van mijn vork, en ik kon dat dan niet pakken, en jah…”

Maar ik moet toegeven, ik heb het zonder plichtplegingen in de was gekegeld, aan de draad gehangen, en het was vlek- en rimpelloos, dus strijken is niet nodig. ’t Is dat ze meer dan kleren genoeg heeft, en dat dit zowat het enige kleedje in de lijn is, of ik ging inderdaad wel eens kijken naar de rest van de collectie. Want ze is supervrolijk, en wat ze beweren, klopt: het is voor kleine straatboefjes, die graag ravotten en waarbij het dus niet erg is dat de kleren vuil worden.

Mja. Ze mogen me nog zo van die kleedjes sturen. En het is eigenlijk nog wel jammer – en die commentaar had ik ook al via Facebook gekregen – dat de lijn niet doorgetrokken wordt voor grotere kinderen en volwassenen. Want ik ken er een hoop die dit ook zelf met plezier zouden dragen!

Uitspraak van het Latijn

Deze namiddag was er op de Voskenslaan een nascholing over de uitspraak van het Latijn, en meer bepaald dan bij het scanderen. De lesgever in kwestie was een jonge leerkracht die zich bijzonder enthousiast op het onderwerp had gestort, een aantal jaar geleden, en tot onthutsende constataties was gekomen.

We spreken het verkeerd uit (tot op zekere hoogte) en daar zijn ze vrij zeker van. Ik ga dus zien of ik mijn uitspraak kan aanpassen in vier, vijf en zes. In een, twee en drie gaan we het wellicht houden zoals het nu is, wegens wellicht anders nauwelijks werkbaar.

Maar de scansie, da’s een ander paar mouwen. Als u ooit Latijn hebt gedaan, barst u bij het lezen van

Tityre tu patulae recubans sub tegmine fagi

of

Daedalus interea Creten longumque perosus

spontaan in een ritmisch gelees uit, waar Snoop Dogg jaloers van zou worden. Helaas, driewerf helaas.

Romeinen spraken het wellicht lang niet zo nadrukkelijk uit, maar letten meer op het woordaccent. Ze combineerden in elk geval beiden, en Kobe kon het ons wel demonstreren, maar had er zelf ook zeer lang op moeten oefenen. Ik moet toegeven, het klonk wel logisch, zeer muzikaal, en vooral ook aannemelijk, maar of ik het ooit zelf zal kunnen? Ik betwijfel het. Ik ga er in elk geval wel over doceren in de klas, daarvoor was het wel té wijs.

Wordt vervolgd, want er komt nog een tweede sessie met oefeningen en didactische tips. Ik ben benieuwd.

 

Bomboare

De kans dat bovenstaand woord u iets zegt, is bijzonder klein. Het is een typisch Zomergems, intussen zelfs daar verouderd en in onbruik geraakt dialectwoord voor een meikever.

Meikever, zegt u? Jawel, die beestjes die men vroeger – in de tijd dat mijn ouders nog klein waren – in een luciferdoosje stopte, en dan liet vliegen met een draadje aan een pootje, zodat ze niet weg konden. Die beesten maken een ongelofelijk fijn gebrom, wanneer ze vliegen. Het zijn ook zowat de enige kevers waar ik niet vies van ben, want kevers zijn doorgaans gewoon voze beesten.

IMG_5299

Toen ik deze avond in de schemering mijn was binnenhaalde, hoorde ik geritsel en gebrom. Massa’s intens, enthousiast, doordringend gebrom, zoals van miniatuur mobiletten rond hangjongerenplekken. Ik keek rond, en zag niet minder dan negen meikevers tegelijk rondvliegen in en rond onze uit de kluiten gewassen beukenhaag. Negen. Na jaren vruchteloos gespeur naar die vermaledijde beesten maakten ze er nu zowaar een orgie van, daar in de avonddeemstering in de haag.

Ik heb glimlachend mijn was binnengehaald, en ben toen maar naar binnen gegaan.

Laat ze maar doen, die beesten. Ze zijn al zeldzaam genoeg.

Moederdag 2015

De kinderen waren al op toen ik opstond, maar hadden niet aan het ontbijt of zo gedacht: ik mocht zelf beginnen met tafels af te kuisen en koffiekoeken in de oven te schuiven en zo. Ach ja… Op moederdag doet een moeder wat een moeder doen moet, zeker?

Maar ze hadden wel allemaal cadeautjes voorzien, en hoe!

Merel had een versje, een kaartje en een kadertje voor me, om daarin oorbellen op te hangen. Goed gezien van de juf!
Kobe had me dan weer een hangvaasje gemaakt, alweer met een kaart erbij. En Wolf? Die had een pracht van een paarse ketting in elkaar gestoken. Ik ga alleen het touwtje moeten vervangen, want er was alleen keuze tussen dat bruine postkoord en wit touw, en ‘Dan wordt het Anderlecht, mama, en dat kan ik je toch niet aandoen!” Juist ja, zoonlief!
En van alle drie samen (en van Bart, natuurlijk) kreeg ik een machientje om melk op te warmen en meteen ook stevig op te schuimen. Yes! De hints die ik gegeven had, waren deze keer wel in vruchtbare aarde gevallen, blijkbaar :-p

Tegen ’s middags reden we naar Ronse, voor de stilaan traditionele kouwe plat. Nelly had hem deze keer zelf gemaakt, en vooral de asperges waren voortreffelijk! Dank u, Nelly!

De jongens namen het grote open grasveld dankbaar in gebruik, en oefenden hun rugbyworpen en tackles. We moeten dringend onze eigen tuin aanpakken, heb ik zo de indruk!