Keuring

Na een aantal perikelen met de politie moest mijn auto dringend gekeurd worden. Alleen had dat nogal wat voeten in de aarde. Ik had mijn vriendelijke doch zeer attente politieagent beloofd om alles snel in orde te brengen. Nu, dat ‘snel’ is niet zo snel gebleken. Eerst moest ik een nieuw gelijkvormigheidsattest aanvragen, en daarvoor naar de garage geraken. Dan moest ik een paar weken later (dat duurt blijkbaar lang om aan te vragen) opnieuw in diezelfde garage geraken om dat papier op te halen. En dan moest de auto nog gekeurd worden. En hing mijn politieman geregeld aan de lijn om te vragen hoe het nu zat. Gelukkig heeft die mens nogal wat geduld.

Tegenwoordig staan er webcams in de keuringscentra, en kan je zien hoe lang de wachtrijen zijn. In mijn geval is dat zeer interessant: ik woon op exact een kilometer van de keuring van Wondelgem. Om acht uur ’s morgens moet je al niet meer gaan. Vroeger was je dan een van de enigen, nu staan er al minstens twintig auto’s. En zo lang in de rij gaan staan is geen optie met een (halfzieke) baby. Ik keek dus de webcam na, en zuchtte. Ik moest dan maar eens een afspraak maken, en de kinderen ergens kwijt zien te spelen, dacht ik.

Tot ik vandaag rond een uur of drie per ongeluk op de webcam keek (dat venster stond nog open in mijn browser): geen kat! Enfin, twee auto’s of zo per rij! Merel was net in slaap gevallen, lag droog, warm en veilig. Ik heb me dus richting keuring gehaast, en in minder dan een half uur stond ik weer thuis! Die mannen begrepen het overigens zelf niet: de vrijdagnamiddag is doorgaans behoorlijk druk.

Enfin, ik blij dus. Nu nog een kopie van dat keuringsbewijs naar de politie krijgen. Want ja, ze volgen hun zaken goed op hier! Kudos voor de Gentse politie!

Lente (met drol)

En dat het lente was vandaag! We hebben er allemaal van genoten, zelfs Bart die normaal met geen stokken buiten te krijgen is.

Een rustige voormiddag, een lekkere maaltijd (worst met spruiten, jawel, tot wanhoop van Wolf), en daarna een tukje van Barts kant. Tegen half drie hebben we hem wakker geschud, want toen waren de jongens al lang buiten aan het spelen, en was ik al in de tuin aan het prutsen. Bart heeft zowaar het gras afgereden, en ik heb aan planten allerhande geprutst, en de tafels en stoelen afgewassen.

Vooral dat laatste. Hmpf.

Ik was daarvoor de hondendrollen aan het opruimen (dat heb je, met een hond, in de winter blijven die liggen) maar Kobe moest natuurlijk net gaan rondstruinen waar ik nog niet gepasseerd was. Zonder te kijken waar hij stapte. Uiteraard.

Ik gebood hem stevig door het gras te gaan slepen om de getroffen sloef af te kuisen, maar da’s blijkbaar kweetniehoe lastig. Wat duidelijk minder lastig was, was een tuinstoel omver te gooien, en dan met de vuile sloefen op de textilene rugleuning te gaan stappen. Wat op zich uiteraard al niet mag, zo’n leuning is niet voorzien op achttien kilo kleuter. Laat staan dat textilene verzot is op hondendrol. En dat het bruine goedje zich tussen de gevlochten vezels nestelde met een hardnekkigheid die bij voornoemde kleuter niet misstaat.

Ik dacht dat ik hem kon villen. De kleuter, niet de stoel.

Soit, een stevig sopje en een stevige schrobbeurt later staan de tuinmeubelen klaar voor gebruik. Het gras is afgereden, de klimplanten hangen weer op, en de plantenbakken staan leeg te wachten op wat nog moet komen.

Het mag lente worden. Voor echt en al.

Batterij.

Hmpf!

Ga anders eens, volledig ingepakt met uw drie kinderen, in de auto zitten om boodschappen te doen. En merk dan dat de autobatterij leeg is. Hmpf!

Ik garandeer het u, het heeft behoorlijk wat voeten in de aarde voordat ge een zevenjarige en een driejarige  zo ver hebt gekregen dat ze kousen en schoenen aan hebben, een gilet die dicht is, een jas, en dat ze in de auto zitten. Intussen moet ge ook nog een baby aankleden, eerst voorzien van verse luier, in de maxicosi pleuren, de auto in, zorgen dat ge zelf ook iets deftigs aan hebt, boodschappengerief mee hebt enzovoorts.

En dan. Start. De. Auto. Niet.

Godver!

Gelukkig had ik nog één en ander in de diepvries zitten, zodat ik middageten kon maken. En heb ik, als goede huisvrouw, een lader in huis. Motorkap open, en klemmen op de batterij.

Euhm. Juist.

Waar zit die batterij? Waar zit die focking batterij? Ik voelde me met de seconde blonder worden. Allez, dat kon nu toch niet? Ik zag enkel twee polen, maar geen batterij. Dan maar de handleiding erbij genomen. Oef, toch niet zo blond als gedacht. De batterij bevindt zich onder de bestuurdersstoel, maar kan opgeladen worden via voornoemde polen.

Een drietal uur later aan de snellader was de batterij weer ok. Gelukkig maar. Het kon eigenlijk ook niet anders: ik gebruik de auto tegenwoordig enkel om de kinderen van school te halen en boodschappen te doen. Veel batterijverbruik, en geen mogelijkheid om ze weer op te laden.

Ik denk dat ik zo af en toe mijn auto een keertje aan de lader ga leggen. Lijkt me wel zo handig, en noodzakelijk. En dan voel ik me ook iets minder blond.

Schrikken!

Vrijdagavond zat ik, rond een uur of acht ’s avonds, rustig aan mijn computer. De jongens lagen in bed, Merel sliep, en ik kan dan enorm genieten van de stilte. Ik was aan het lezen, en ging blijkbaar nogal op in mijn lectuur.

Toen plots, achter mij, een fluisterstemmetje: “Mama?”

Ik verschoot me steendood. Ik had Wolf dus helemaal niet horen komen, hij was muisstil geweest met de glazen deur, en dus stond hij achter me zonder dat ik het doorhad. En ik geef het u op een briefje: in een stil, donker huis klinkt zo’n fluisterstemmetje behoorlijk spookachtig.

Ik geef het toe: ik heb gegild. Van het danig verschieten. En Wolf dus ook, van het danig verschieten van mijn verschieten.

En toen kregen we allebei de slappe lach.

Brand (of nog net niet)

Gisteren heb ik hier bijna brand gehad. Gene zever.

Ik voelde me al wat beter, maar zeker nog niet tiptop. Ook de jongens waren thuis omdat er een pedagogische studiedag was. Om toch maar niet te veel uit mijn kot te moeten (koude lucht triggert de hoestbuien) ging ik zelf brood bakken. Ik heb al jaren een broodbakmachine, en ik gebruik die geregeld, als ik eraan denk, en vooral als Bart ’s avonds niet thuis is, want zo één broodje is nipt niet genoeg als de jongens honger hebben.

Nu goed, ik heb dus netjes alles in de machine gedaan, zoals altijd. Het was wel een ander soort meel, precies wat vloeiender, zodat het geheel te slap was nadat ik er melk en water had bijgedaan. Soit, gewoon wat extra bloem, en opgelost. Dacht ik.

In de namiddag zitten de jongens netjes te spelen aan de salontafel, en ik zit aan mijn bureau. Komt Kobe bij me om iets te vragen, en hij merkt op: “Zeg mama, dat ruikt hier precies naar sigaretten!” Unk? Mijn eerste gedachte is: bij de buren of zo staat iemand te roken en die geur komt binnen. Maar dat kon niet, want alle ramen en deuren waren gesloten. Maar ik snuffelde grondig, en moest hem gelijk geven. Ik sta dus recht, al snuffelend, en loop richting keuken.

Oy vey! De hele keuken stond onder een dikke rook, wat wij dus hadden geroken. Ik heb onmiddellijk de deur toegedaan, het venster open, en de dampkap vollen bak. En het broodmachien, want dat was de schuldige, buitengezet. De rook sloeg er aan alle kanten uit. Wat was er gebeurd? Mijn deeg was inderdaad nog te slap, was serieus beginnen rijzen en was over de rand gerezen. Dat gebeurt soms nog, maar nu was het deeg zo slap dat het over de rand was gevallen, op de warmte-elementen. En toen het bakproces was begonnen, waren die stukjes deeg beginnen verbranden en verkolen. Het machien werkt in principe nog, denk ik. En gelukkig hangt er geen zwarte aanslag in mijn keuken, het was geen roet of zo.

Maar die geur, die is precies nog niet direct weg. Hmm.

Outfits

Yup, ik ben een van die mama’s die zo blij is dat ze een dochter heeft, dat ze ze alle mogelijke pakjes, kleedjes en combinaties aantrekt. Geef toe, meisjeskleren zijn toch veel leuker dan jongenskleren? Ik heb ook kousjes van alle kanten gekregen, en ik denk niet dat ik overdrijf als ik zeg dat het wellicht vijftig paar is. Ik kan dus op alle mogelijke kleren assorti gaan kiezen 🙂

Een paar outfitjes…

rozekant

rozewipper

kleurrijk2

met een schattig lila pofkleedje aan

pofkleedje

En toen was er overgegeven op het kleedje, maar zag de basis er ook nog leuk uit.

zonderpofkleedje

Krokus

Gisteren prachtig weer, daarnet gewoon zelfs sneeuw. WTF?

Maar de tulpen en narcissen zijn aan het schieten, er komen botten op de clematis en de rhodondendron, de lente valt niet meer te ontkennen.

En ik heb nog welgeteld één krokus in de tuin. Jaren geleden geplant, en dit is de ene dappere die nog overschiet. En elke keer als ik hem zie, moet ik glimlachen.

krokus

Politie

Vorige week, toen ik eventjes naar de solden was, stond ik blijkbaar op een plaats waar dat absoluut niet mag. Ik was me van geen kwaad bewust, er staan daar altijd mensen, en ik was gewoon aangeschoven in de rij geparkeerden. Pas toen ik de boete zag, zag ik ook een eindje verderop in de bocht het verkeersbord staan. Stom natuurlijk.

De volgende dag kreeg ik telefoon van de politie: of ik even wilde langskomen op het bureau voor verhoor, want mijn auto was niet gekeurd. Euhm, ja zeker? Van die keuring, daar ben ik me terdege bewust van: in de verbouwing ben ik mijn gelijkvormigheidsattest kwijtgespeeld, en zonder dat papier keuren ze niet.

Deze morgen stond ik dus netjes om 9.00u op Ekkergem, en bleek mijn afspraak onverwacht het verkeer gaan regelen zijn. Tegen half tien kwam hij erdoor: een bijzonder vriendelijke gast, die mijn verhoor noteerde, me een attest van verlies van papieren gaf, en meteen ook probeerde uit te zoeken hoe de fout op Barts nieuwe rijbewijs kon rechtgezet worden.

Ik hoop alleen dat de boete evenzeer meevalt als het verhoor. Het zijn in elk geval dure beha’s geworden…

Mood Calendar

calendar

Een paar dagen geleden circuleerde er een link op het internet naar de Life Calendar: een kalender met een gezichtje voor elke dag van het jaar, waar je op het einde van de dag zelf een smiley kon invullen over hoe je dag was geweest. Zo zie je achteraf hoe je je eigenlijk had gevoeld, en hoe je daar zelf achteraf op terugkijkt. Ik vond dat een vree wijs concept maar niet echt mooi, en besloot om dat zelf ook te maken, in mijn eigen stijl dan. Misschien niet helemaal correct tegenover de makers/uitvinders, maar soit.

Nu nog laten uitprinten op A3, en ik kan dat ergens ophangen en zelf gaan evalueren. Wie mijn versie wil zien of downloaden, je kan die hier vinden. Gratis en veur niet.

Roodborstje?

Tegenwoordig is er nog een nieuw liedje toegevoegd aan het avondlijke repertoire, nl. Roodborstje. Alleen moet ik het zingen met ‘Mereltje’, om redenen die voor zichzelf spreken, dacht ik zo. Blijkbaar is er ook een versie die gezongen wordt door Kaatje, maar daar is de tekst anders. Zoals ik het geleerd heb, gaat het zo:

Roodborstje tikt aan het raam, rin, tin, tin,
laat mij erin, laat mij erin.
’t Is hier zo koud en zo guur naar mijn zin,
laat mij erin, rin tin tin.

’t Meisje deed open, het beestje kwam snel
binnen was ’t beter, de guit wist dat wel.
Maar toen de lente weer kwam, rin, tin, tin,
vloog hij het bos weder in.

De versie van Kaatje gaat als volgt:

Roodborstje tikt tegen ’t raam, tin, tin, tin,
Laat mij erin, laat mij erin.
’t Is hier te guur en te koud naar mijn zin,
Laat mij erin, tin, tin, tin.

’t Meisje deed open en strooid’ uit haar schoot
Kruimeltjes suiker en kruimeltjes brood.
Dat was het roodborstje wel naar de zin,
Vloog toen het bos weder in.

Zouden dat regionale verschillen zijn? Iemand een idee?