Projectje

Merel was bij mij gekomen dat ze een nieuw bureau wilde. Ze had haar vorige bureautje gekregen in 2017, wit met felroze handvatten, toen helemaal haar droom.

Intussen is er behoorlijk wat veranderd in haar kamer: vrijwel geen roze meer, het lichtgroen vervangen door een vrij donker turquoise, de meeste knuffels weg… Geen meisjeskamer meer, maar een puberkamer.

En dat bureau, dat viel intussen wat uit de toon en vooral: het bovenblad was behoorlijk beschadigd intussen. Maar ze wilde eigenlijk ongeveer hetzelfde bureau qua grootte en met dat kastje en die schuiven… Ik stelde voor dat we dan gewoon het bovenblad zouden lakken in haar turquoise, met nieuwe handvaten en dergelijke. Ze was wat sceptisch, maar bon, het was het proberen waard. Voor de goedkoop moesten we het niet doen, zo bleek: verf, en dan zeker lakverf, is pokkeduur.

Bon, we haalden het een iet of wat uit elkaar, maakten plaats vrij rondom, en gingen voor een primerlaag.

En toen kwam de kleurlaag, en het randje van haar boekenrek, en was de scepsis verdwenen.

En toen was het klaar en was ze megacontent. Het ziet er ook echt wel goed uit, alle beschadigingen zijn weggeschilderd en het past nu volledig bij haar kamer. Projectje geslaagd.

Speekmedaalde voor Wolf en mezelf

Het is duidelijk een kwestie van timing: Murphy sloeg weer eens toe. Kobe is gisterenavond thuisgekomen van kamp, ik moet dus wel een paar wasjes draaien voor hij zondagochtend in alle vroegte weer weg is.

En wat deed mijn droogkast? Niks. Nada. Noppes. Niente. Of jawel, ik kreeg het signaal dat ik het waterreservoir moest legen, terwijl dat compleet leeg was. Ik checkte de filters, probeerde ettelijke keren opnieuw, maar na een minuut of twee was voor het ding telkens weer de maat vol. Of toch de waterbak.

Hmpf.

Alles dan maar op droogrekken gehangen en beginnen googelen. En ja hoor, het is blijkbaar een bekend probleem bij de Siemens Avantixx droogkasten: die dingen zijn zelfreinigend, maar slagen er toch niet helemaal in zichzelf proper te houden, meer bepaald de sensoren die vaststellen of het water wel weg kan gepompt worden. Het is dus een kwestie van het ding open te vijzen, die sensoren te reinigen, de boel terug toe te vijzen, en hoppa, klaar is Kees. Geen idee of hij Kees heet, maar het was wel een Nederlander die het verlossende en bijzonder duidelijke filmpje op Youtube had gezet.

Bon, Bart en Wolf hebben het onding uit zijn plaats gehaald, en waar Bart gezegd had dat hij me ging helpen, bleek het de facto Wolf te zijn die vrolijk aan het vijzen ging. Want ja, dat ding zit verdomd goed toegeschroefd. Na een dik kwartier schroeven op mijn aanwijzingen overhandigde hij me de vermaledijde sensor, die kraakhelder wit had moeten zijn.

Bon, het ding grondig schoongemaakt, aan Wolf overhandigd, en een half uur later werkte mijn droogkast opnieuw compleet naar behoren. Nikske geen vol reservoir meer, gewoon doen wat het moet doen, namelijk drogen.

Awel, dikke merci voor Wolf, en een speekmedaalde voor mezelf dat ik het opgelost heb. Bart was ook al aan het googelen geslagen, maar dan voor een nieuw exemplaar. Liever niet, nee: dit is een net iets goedkopere oplossing. En ietsje sneller, want die kampwas, die droogt zichzelf niet. Of toch veel trager.

Moestuin

Ik zei het al eerder: mijn lieftallige echtgenoot is een buitenmens aan het worden. Een jaar of twee geleden had ik je voor gek verklaard, en hijzelf ook, als je dat ook maar had durven opperen.

Maar bon, na de talrijke bloemen, de stapels extra klimplanten – passiflora, witte rozen, kiwibessen – de frambozenstruiken, de vijgenboom, de perelaars, hazelaars en kerselaars, appelboompjes en twee kruidenbakken, is er nu ook al een eerste heuse moestuinbak. Bart had die nog voor de winter gekocht, en die had de hele tijd in de garage gelegen. Buiten stond er nog een halve kubiek teelaarde en een hoop schors in van die grote zakken te wachten.

Deze week hebben Wolf en hij de koe bij de horens gevat en zijn ze beginnen bouwen. Met de nodige verbale assistentie van mij, want hoe graag ik ze ook zie, ze zijn niet altijd even praktisch, die heren van mij.

Het in elkaar zetten verliep vlotjes, het ophangen van het worteldoek eigenlijk ook, eenmaal ik hen het nietjespistool had bezorgd. Daarvoor hadden ze samen een gans stuk omgespit, effen gelegd en aarde weggeschept met tal van onkruid bij.

Maar toen realiseerde Bart zich dat hij niet genoeg aarde ging hebben om de bak te vullen, waarop ze netjes de oude aarde begonnen te scheppen. Je weet wel, die vol met onkruid… Soit, die aarde ging toch ergens gebruikt moeten worden, maar dat worteldoek was een maat voor niks. Tot ik opperde dat ze dan misschien wel nog een laag karton konden aanbrengen, zoals onderaan, gewoon om het onkruid tegen te houden. Je zag het gewoon dagen in beider koppetjes. Karton genoeg, dankzij mijn vooruitziende echtgenoot.

Een dikke laag karton later kon er verder geschept worden, maar dan wel met de teelaarde. Er was net genoeg om de bak helemaal te vullen, en toen werd er zelfs nog een paadje rondomrond aangelegd. Het zag er gewoon fantastisch uit! En nu wachten op worteltjes, pluksla, snijbiet en al de rest dat Bart van plan is te planten.

De bedoeling is dat er nog een grotere zelfgemaakte bak naast komt, en dan een klein serretje voor tomaten.

Ik ben benieuwd, maar ik kijk er wel naar uit!

Mutsjes

Op onze openschooldag hielden we ook een internationaal buffet én een winkeltje met zelfgemaakte producten ten voordele van Turkije/Syrië.

Een collega doneerde een hele stapel sjaals en cols die haar schoonmoeder had gebreid, eigenlijk voor Kom op tegen Kanker. Een andere collega heeft iets met planten en verzamelde alle mogelijke potjes en stekjes om dan plantjes te verkopen. Nog een andere collega is zeer creatief en had stapels boekjes, schriftjes en kleine spulletjes om te verkopen.

En ik, ik dacht: kattenmutsjes! Die dingen zijn heel eenvoudig om te maken en zien er mega schattig uit.

Helaas…

In het begin van de lente verkopen mutsen en sjaals niet zo goed, als in: geen enkel exemplaar verkocht. Merel heeft er een paar ingepikt, maar mocht iemand een kattenmutsje willen, ge roept maar en ge komt er om, oké?

Nachtkastje

Ik had Merel beloofd om samen met haar om een nachtkastje te gaan. Dat miste ze eigenlijk nog in haar kamer: ze heeft wel een vensterbank en een boekenplank en zo, maar haar wekker stond op een stoeltje, samen met een nachtlampje. Dat was eigenlijk niet zo praktisch om nog zakdoekjes te zetten en dat soort onzin, en ze wilde ook die extra schuiven wel en zo, dus… een wit nachtkastje. We keken even rond en concludeerden dat de Weba eigenlijk het perfecte kastje had voor ons.

Het zijn pokkedrukke weken, maar ik dacht dat ik er dat vandaag nog wel even ging tussenkrijgen, na 6 uur les en een onderwijscafé met een uurtje opleiding. Morgen zou sowieso niet lukken want de Weba is zo’n klein beetje dicht op dinsdag, en ook woensdag zat alweer volledig vol.

Bon, wij naar de Weba om een half uur later al dat fameuze kastje op te halen aan de Port Arthurlaan. Nog wat later vees ik een eerste schuif en elkaar, maar toen moest ik weg voor een Jamboreebrunchvergadering. Mijn leven druk? Nee hoor…

Maar toen ik thuis kwam, lag zij al te slapen met een gloednieuw kastje naast zich. Ze had zelf verder gedaan en vooral Bart had haar nog geassisteerd. Trots dat ze was!

Fröbelen met de Vossen

Met de Vossen willen we al eens iets in elkaar knutselen voor de larp. De laatste keer, bij Hanneke, leerde Mireille ons dreads maken. Een keertje spraken we allemaal samen af bij Danny om te leren werken met Eva foam. in 2019 maakten we met zijn allen lederen tasjes. Het grootste project was in 2012, toen we met zijn allen hebben gewerkt aan een leren tuniek voor mij. Héérlijke dagen.

Nu moest onze nieuwste vos nog aangepluimd worden: Jarne heeft een masker gekocht als sjamaan, maar uiteraard moet dat versierd worden. Hij dacht aan rasta’s in alle mogelijke kleuren wol met daarin kralen en pluimpjes. Mireille kwam gisteren na haar revalidatie in Sint-Niklaas, Jarne fietste na zijn werk tot hier, en we zaten de rest van een uiteindelijk toch droge en zelfs aangenaam warme avond buiten te knutselen. Of, zoals Bart zei, te “fröbelen”. Ik kreeg het haast :-p

Enfin, het ziet er eigenlijk wel goed uit, vond ik. Het is nog niet klaar, we moeten nog een stuk verder doen, hebben we gemerkt, maar bon, dat is niet erg.

Het vervolg is voor ergens binnen twee weken, en ik ben nu al benieuwd naar het eindresultaat.

Krans van droogbloemen

Toen Barts broer en schoonzus eind mei kwamen eten, had Else voor een keer geen bloemen mee, maar een doe-het-zelfpakket voor een krans van droogbloemen. Het zag er de max uit!

Alleen was het hier blijven liggen wegens daar eens rustig de tijd voor willen nemen. Ideaal dus voor alweer een regendag tijdens de vakantie.

Merel en ik posteerden ons aan de keukentafel, lazen de handleiding, bekeken een paar voorbeeldjes, en gingen aan het werk. En eigenlijk ben ik heel er blij met het resultaat: ik vind dat het echt mooi is geworden! Merel heeft het ding meteen geclaimd, het hangt op haar pasgeschilderde muur.

Een fijn cadeautje, eigenlijk feitelijk ^^

Onverwachte cadeautjes

Ik had het er eigenlijk nog niet over, maar in de krokusvakantie was ik even bij een collega langsgewaaid met een gigantische hoeveelheid kleren van Merel en Kobe die te klein waren geworden, maar wel nog perfect bruikbaar.
Zij woont in een van de minder gegoede wijken van Gent en heeft buren die, door een zwaar ziek kind, alle extraatjes wel kunnen gebruiken.

Zelf is ze behoorlijk creatief, en ik kreeg prompt een envelop in handen gestopt. Hmm? Een onverwacht cadeautje, zijnde allemaal verschillende handgemaakte enveloppen en envelopjes in allerhande formaten, en vooral ook een opbergertje voor een wegwerpmondmasker. We hadden er zo eentje gekregen van Scholengroep en dat had ze nagemaakt in een veel leuker motiefje.

Altijd fijn als je zomaar, onverwacht, zoiets leuks in handen wordt gestopt, toch?

Dankjewel, Isolde!

Een cape: de heel eenvoudige werkbeschrijving

Ik had het in 2016 al over hoe je zelf een poepsimpele cape maakt met kap. Ik had er toen wel de beschrijving bij gestoken hoe je het doet, maar niet met foto’s. Nu had ik al een hele tijd geleden stof gekocht voor een cape voor Wolf, maar het was er nog niet van gekomen die ook effectief te maken. Veel werk is dat nochtans niet: op een uurtje is dat klaar, van begin tot einde. Hij kreeg de cape dus als kerstcadeautje, maar mocht zelf nog de kleur van de kraag en de sluiting kiezen.

Op zich zijn die capes zowat het simpelste dat er is, als je een beetje rechtdoor kan stikken met een naaimachine.

Je neemt een rechthoekige lap stof, breedte zo lang als je je cape wil hebben (voor mij dus 1.50 meter, voor de kinderen uiteraard een pak korter), en de lengte exact twee keer de breedte. Je neemt een stuk touw en een krijtje, en tekent een perfecte halve cirkel af op je stof. Met hetzelfde middelpunt teken je dan ook nog een kleine halve cirkel voor de halsuitsnijding.

Je knipt de halve cirkels zeer zorgvuldig uit, want de twee overblijvende, min of meer driehoekige stukken heb je nodig voor de kap.

Nu heb je twee opties: ofwel een kap met een zéér lange punt of eentje met een kortere punt.

Voor de lange punt: je legt de twee weggeknipte stukken op elkaar (als het goed is, zijn beide rechte zijden exact even lang) en stikt één van de rechte zijden aan elkaar. Je vouwt het resultaat open en maakt een mooie ‘zoom’ rond de gezichtsuitsnijding (of werkt met een bies). Daarna leg je het opengevouwen stuk op de halsuitsnijding, en past een beetje tot je het juiste plekje vindt waar de kap even breed is als de halsuitsnijding. Teken dat af, knip uit en naai vast langs de halsuitsnijding. Daarna nog het overblijvende stuk van de kap dichtnaaien, en voilà, een kap met een heel lange staart.

Voor de kortere punt: neem een van de weggeknipte stukken, vouw dat dubbel en stik de schuine kant samen. Maak een mooie zoom rond de gezichtsuitsnijding of werk met een biesje.

Leg nu je ‘hals’ op de ronde halsuitsnijding van de cape, teken af, knip en naai samen.

Wil je toch ruimer rond het gezicht, neem dan de beschrijving voor de langere punt, maar knip de punt eventueel wat bij.

Voor de afwerking kan je de cape nog een mooie zoom geven, of een biesje, of om het even wat. Je kan ook met wol en een grove biessteek een tekening op de rug maken. Zelf heb ik bij de volwassen capes zo’n nepbonten kraag genomen die je soms bij winterjassen krijgt en die vastgestikt aan de kraag, aan de binnenkant. Dat geeft een mooi effect als de kap naar beneden is en een lekker warm gevoel aan je nek als je de kap opzet.

Een lichte cape kan je gewoon twee haakjes geven als sluiting, of een mooie knoop, of een houtje-touwtje. Voor de zware varianten maak je ter hoogte van de schouders aan de binnenkant twee zeer lange, zeer stevige linten vast. Op die manier kan je die knopen rond je lichaam in plaats van jezelf de keel dicht te snoeren. Voor een versie die wat openhangt, knoop je de linten eerst onder je armen door, kruisen op de rug en een knoop vooraan. Als het koud is of het regent, knoop je de linten vooraan over de borst, en knoop je ze achter de rug. Heel stevig, en vooral geen druk aan je keel.

Enfin, een ideetje voor in deze lockdowntijden?