Goed gevuld

Toen we opstonden, was het aan het regenen. Op zich was dat wel nodig natuurlijk, maar wij, wij vonden dat eigenlijk niet zo leuk. Hoewel, genoeg dingen te doen.
Gisteren had ik een ganse kast boven uitgeleegd en heel veel schatten ontdekt. Veel dingen mochten meteen richting containerpark, maar we hebben bijvoorbeeld ook wel Barts oude Magic kaarten teruggevonden, zijn goeie deck met onder andere een Black Lotus en de moxen, en een Ancestral Recall. Wellicht zegt u dat niks, maar het zou zo’n 20.000 euro waard zijn. Tsja.

Er zat ook een hoop oude elektronica in, en ook een heel leuk spel, Mind Flex. Je moet een sensor op je hoofd zetten, en door je te concentreren wek je hersengolven op, waarmee je een klein blazertje bestuurt en daarmee een balletje kan doen bewegen. De jongens vonden het de max!

In de namiddag pakten we ons dan op en reden naar Ursel voor een bezoekje bij mijn grootmoeder. Alleen wist ik eigenlijk niet dat ze om half vier naar de mis wil op vrijdag, en dus konden we maar een twintigtal minuten blijven. Niet dat we dat zo erg vinden, ze is intussen 97, blind en half doof, en ze valt nogal in herhaling, laat het me zo stellen.

We zijn dan maar, volgens traditie, bij de bakker gepasseerd en hebben buiten aan de picknicktafel onze koeken opgegeten met behoorlijk wat gegiechel en idiotie. Zo hoort het ook, natuurlijk.

Tegen half vijf waren we terug thuis, lekker rustig. Allez ja, ik ben dan nog maar aan wat schoolwerk begonnen. Het is per slot van rekening al augustus, en die brochures maken zichzelf niet.

Even tot aan de Feesten

Kobe is op kamp, Wolf was met vrienden naar de feesten, en Merel bleef bij Feija slapen om dan vandaag mee naar de zee te gaan. En wij, wij hadden dus plots niemand die thuis bleef eten, alleen wij twee.
Ge ziet van hier dat wij dan ook niet thuis zijn gebleven: we stapten gezwind de fiets op, reden eerst tot in Mariakerke om daar een van mijn verdwenen caches te vervangen, en fietsten daarna de stad in. Een van Barts leveranciers heeft er een pop-up in de kerk van Sint-Jacobs, en dat was dan uiteraard de plek waar we iets gaan eten zijn. Croque Mon Dieu voor mij, een uitgebreide plank voor hem. En de omgeving, die was de max. Nog nooit gegeten in een kerk, denk ik. Allez, toch niet ene die nog in gebruik is.

Er loopt trouwens ook een tentoonstelling van beelden. Geen idee van wie, ik weet wel dat het redelijk bizarre constructies zijn.

We liepen nog even rond, maar zagen al snel in dat het eigenlijk allemaal niet zo meer hoeft. Tenzij een ijsje, natuurlijk.

We bleven even kijken naar een Queen tribute band, maar de zanger had noch de stem, noch vooral de passie en de gedrevenheid, en we zijn dan maar snel verdergewandeld. En lekker samen weer naar huis gefietst.

 

Tomorrowland!

Er wordt veel geschreven over Tomorrowland, en dan vooral dat het compleet geschift is. Wel, je moet het duidelijk zien om het geloven, en dan vooral te merken dat er geen woord van overdreven is.

Tomorrowland. Is. Compleet. Geschift.

Oh, en ook wel zalig!

Bart kwam een paar maanden geleden af met het feit dat hij twee B2B VIPtickets had voor de eerste zondag van Tomorrowland, en of ik zin had om mee te gaan. Ik twijfelde geen moment: de beats interesseren me niet zo – al kan ik ze soms wel smaken – maar ik wilde het vooral eens meegemaakt hebben. En als dat dan gratis kan vanuit de hoogste Skyboxen als absolute VIP, dan zeg ik zeker geen nee.

We gingen Wolf ophalen aan het station om half vier en vertrokken hier rond een uur of vier. Een uur later draaiden we de B2B parking op, vanwaar een shuttelbus vertrok, quasi onmiddellijk. Toen al viel het oog voor detail me op: de parking zelf was het terrein van een groot bouwbedrijf, maar ze hadden speciaal een metalen trap laten optrekken en dan een pad, netjes tussen twee nadars, speciaal aangelegd met gravel om de bus te bereiken. Dus nee, geen grote omwegen of stoffige toestanden. Oh, en ook een afdakje in riet zodat je droog of in de schaduw kon wachten indien nodig. Serieus zeg.

Ook van aan de dropplaats tot de ingang was alles afgezet met rieten schuttingen zodat je de buurtbewoners niet stoort, met om de tien meter een vuilzak en overal stewards. Echt.

En dan, ja, dan is het visueel een waar spektakel. Bart en ik kuierden door het park tot aan de skyboxen naast de main stage en ik keek mijn ogen uit. Wat een bouwwerken, wat een volk, wat een aankleding, wat een sfeer! Ik heb wel al wat festivals en festivalletjes bezocht, maar dit is toch nog iets aparts. En iedereen loopt er te lachen, begroet iedereen, zegt sorry als je toevallig tegen iemand botst, of neemt je spontaan vast voor een dansje.

We klommen naar boven en hadden het mooiste uitzicht van het hele park. Serieus! En dan was het nog lang niet volgelopen. We dronken iets, dansten wat mee met vooral Kolsch, aten voortreffelijk, en namen een nest selfies.

Daarna wilden we een toertje over het terrein maken, en kon ik net afspreken met Koen die er op de camping werkte, maar nu vrij had. Hij nam ons mee over zowat het hele terrein en we kletsten honderduit, dat ook.

Bart ging daarna iets drinken, ik ging even de “wei” op met Koen en zijn collega’s om even de sfeer daar mee te maken. Helaas moesten ze al vrij snel weer weg om te werken, en dus ging ik ook maar naar boven voor dessert, voor meer muziek, en dan natuurlijk het afsluitende stuk van “3 are Legend”, zijnde Steve Aoki, Dimitri Vegas en Like Mike. Zo goed vond ik hen ook weer niet, maar de show mocht er  zijn en de sfeer zeker. Zo zot, maat!

En zelfs hier valt er Latijn te spotten: “Amicorum spectaculum”. Ik helemaal in mijn nopjes.

Na afloop was het twintig minuten wandelen in alweer een amicale sfeer, bijzonder druk maar zonder gedrum, de bus stond al te wachten, en tegen twee uur waren we thuis.

Maar het oog voor detail, het afgewerkte tot in de puntjes, dat is onvoorstelbaar. En ja, je moet het zelf meegemaakt hebben.

Een blij weerzien met een oude vriendin

Ann had ik eigenlijk al in jaren niet meer gezien. Als in: vijfentwintig jaar. Nee, strikt genomen is dat niet waar: ze is me ongelofelijk uit de nood komen helpen op een absoluut crisismoment, toen Vic begraven werd en Bart in het ziekenhuis lag na een knieoperatie. Zij is toen spontaan ingegaan op een oproep op mijn Facebook en komen babysitten. Ja, dat was in 2015, en ik had beloofd om dan samen eens te gaan eten als bedankje. Dat was er, tot mijn grote schaamte, nog nooit van gekomen.

Maar de laatste tijd waren we weer vaker aan het kletsen op Facebook, en eigenlijk waren we in mijn studententijd echt wel goeie vriendinnen. Man, samen hebben we toch serieus wat uitgestoken…

Bon, het was een kwestie van de koe bij de horens te vatten en er een datum op te plakken, en gisteren pikte ik haar dus op bij haar thuis in Sint-Denijs, om dan samen naar Chaflo te rijden in Destelbergen.

Vreemd, maar het was alsof we elkaar vorige maand nog spraken. We tetterden honderduit, giechelden als twee bakvissen, ook al waren ze de wijn vergeten, en genoten.

Oh, en het eten was bijzonder lekker ook.

Anneke, deze keer gaan we geen twintig jaar wachten. Dit was veel te leuk!

Middagje Gent

Oorspronkelijk was het de bedoeling dat Kobe met het GEJO ging optreden op de Gentse Feesten deze namiddag, maar er was ergens iets verkeerd gegaan in de planning, zodat dat in het water viel. Mja, kan gebeuren. Maar Merel en ik waren wel al van plan om ’t stad in te gaan, en we laten ons niet zomaar van onze plannen afbrengen.

Tegen twaalf reden Kobe en ik, met Merel achterop mijn fiets, dus richting het centrum om er aan ’t Groot Kanon af te spreken met Bart. Meteen loodste die ons richting Oudburg voor een heerlijke sushi. Bart ging eerst gaan voor de boot met 70 stuks, maar die met 44 bleek toch voldoende :-p

Bart ging daarna opnieuw de fiets op richting kantoor, wij slenterden rustig door de Lange Munt, over de Zuivelbrug, naar het Design Museum. Ha ja, een nieuwe tentoonstelling én een speurtocht van Vlieg: meer moet dat niet zijn. Zeker als je dan nog vaststelt dat het museum gratis is voor Gentenaars tijdens de Gentse Feesten. Vlieg gaat dit jaar over smaak, en dus zat er in hun boekje een meelworm – had ik eerst mailworm geschreven, ugh – een hostie van kweekvlees en een jellybean met koffiesmaak. Leuk gedaan!

En toen waren er – duh! – ijsjes.

BTW, we hadden geen belleketrek gedaan, die mens in de achtergrond had net de politie over de vloer gehad omdat wellicht een of andere pipo die vond dat hij toch kon passeren met zijn camion op de Gentse Feesten, zich in dat steegje had proberen draaien en gans de gevel had beschadigd.

We liepen nog wat verder, zagen dat de feesten echt maar vanavond beginnen, en fietsten toen maar rustigjes naar huis.

Oh, en wijze affiches: