Rups van de Saturniidae mot

Ik moet het niet hebben van motten. Vroeger was het ronduit een fobie en ging ik niet in een kamer als daar een mot zat, nu loop ik er in een boogje omheen, maar ik zal er nog steeds niet naartoe gaan.

Maar daarstraks zag ik, op de twitter van @bnox, een prachtige rups passeren. Foto van Marco Fisher, btw, die ronduit prachtige foto’s staan heeft op zijn pagina.

2048_9dc6_500

Ik dacht meteen aan Liberace: dit is toch gewoon een over-the-top-rups? Heerlijk gewoon!

Het volwassen exemplaar doet me enigszins huiveren, maar ik moet wel toegeven dat het een mooi beest is. Ik zou ze wel niet in mijn buurt willen zien fladderen, maar kom.

Petit paon de nuit

Een andere mot van diezelfde familie is deze, en die vind ik wel prachtig. Alleen dat haar…

65cafe9dfeff0de0705981245ac74521

 

Mooie dag

Een ochtendwandeling met de kinderen richting school, en dan genieten van de zon met een koffie en een kort spelletje Diablo 3: de dag begon goed.

Ik werkte wat administratie weg, deed een hoop verbeteringen, en tegen elven was Monica hier, een lieve vriendin die ik veel te weinig zie. We dronken samen koffie, ik kletste de oren van haar hoofd, we bespraken het fotoproject van de GWP, en gingen in een stralende zon lunchen hier wat verderop.

Dessert en koffie namen we niet, want ik moest wel degelijk in de namiddag lesgeven. We gingen eerst nog bij mij thuis een koffie drinken terwijl ik mijn schoolspullen verzamelde, maar het weer was zó heerlijk, dat Monica eigenlijk liefst nog voor haar sessie bij de kinesist een stevig eindje wilde fietsen. Ik stuurde haar fietswaarts, dronk zelf rustig nog een koffie, stelde vast dat het achteraan in de schaduw 12° was en op mijn terras in de schaduw zelfs 15°, en reed naar school.

De zon scheen op mijn snoet, ik reed naar mijn favoriete job, en dan weerklonk er nog A Forest door de radio: de wereld kan soms gewoonweg mooi zijn.

IMG_1399

 

 

Stoten

Ne mens steekt soms toch stoten uit.

Neem nu vandaag. Ik had lekker lang geslapen, Bart had lekker gekookt, en het was het ideale moment om nog eens naar Ursel te gaan, naar mijn grootmoeder. Het was wel grijs, maar het regende nog net niet, en dus konden we ook een paar caches ginder in de buurt gaan doen. Dachten we. Kobe voelde zich niet zo goed, en bleef thuis bij papa.

We sloegen tegenover de Molenhoek een slag in, die weliswaar een beetje modderig lag, maar best berijdbaar was. We hadden wel de laarzen mee, maar Wolfs voet deed wat pijn, en het was al bijna vier uur, dus we wilden niet te veel wandelen. Bon, we vonden een mooie cache temidden van de velden aan een tweesprong van de slag. Er lag helaas een bijzonder grote plas, en daar had ik wat schrik van. Goh, dacht ik, ik draai me liever gewoon in de rand van het veld, er zijn toch geen grachten, en dan vermijd ik die gigantische plas. Alleen had ik daar een serieuze inschattingsfout gemaakt: dat land was nog veel zachter en modderiger dan ik dacht! En jawel: we zaten vast. Wolf en ik keken naar elkaar, en begonnen te lachen. Oh jee.
We gingen dus eerst zelf proberen los te geraken, en eventueel wat verderop assistentie vragen op een boerderij. En desnoods de wegenwacht bellen, maar die zou ons al zien komen :-p

Enfin, Merel bleef zitten, en Wolf en ik begonnen takjes te verzamelen om onder de slippende voorwielen te steken. Helaas, geen effect, alleen rondvliegende modderkluiten. En toen dacht ik eraan dat ik nog van die stevige herbruikbare Delhaizezakken in de koffer liggen had. Ik stak één ervan onder een wiel, propte er nog wat takjes bij, liet Wolf duwen aan de rand van de deur, en probeerde voorzichtig achteruit te rijden. Score! Giechelend als twee tieners stapten we terug in, en reden naar het rusthuis.

Daar was het een kleine overrompeling in het cafetaria: Paul en Nele waren daar, samen met hun oudste dochter, diens man en de twee kinderen. De tweede dochter was net weg met man en kind. Ook Bart, mijn jongste nonkel, was er, en zijn vrouw en jongste dochter gingen ook nog langs komen. Mijn grootmoeder van 94 is intussen zo goed als helemaal blind, en heeft ook moeilijkheden om in lawaai een conversatie te volgen, ondanks de hoorapparaten. Erg lang zijn we dan ook niet gebleven: we hebben iets gedronken, eigenlijk vooral gekletst met de nonkels, en zijn dan nog in haar kamer wat verder gaan praten.

Het was nog meer dan licht genoeg, en dus reden we Onderdale af om nog een cache te zoeken. Een volgende cache lag een eind in een bospad, zo bleek, en dat zag Wolf niet zitten, want die had zijn voet extra pijn gedaan door de auto te duwen. Da’s dan voor een volgende keer dat we omoe komen bezoeken en het wat minder nat ligt. Aangezien we vlak bij de vroegere bossen van mijn andere grootmoeder waren, gingen we nog even langs het boskot. Dat is blijkbaar gekraakt: de deur stond uit haar hengsels, en binnen lagen lege flessen van sterke drank. Jammer, maar het is sowieso in bijzonder slechte staat.

Wat me nog het meest verwonderde, is dat een groot stuk van die bossen intussen verkocht zijn, en dat er woonhuizen op gebouwd zijn. Zonevreemd dus, want dit is bosgebied met een zeer strenge restrictie qua woonoppervlakte. Blijkbaar trekken weinig mensen zich daar iets van aan. Tsja…

Maar bon, het was intussen welletjes, en we reden naar huis. Met een ervaring rijker,  en een grote samenzweerderige grijns op ons gezicht toen we het auto-incident vertelden aan een hoofdschuddende Bart.

*grijns*

Verrassingsfeestje

Een vriendin die veertig wordt, dat vraagt om een verrassingsfeest. Enfin, dat vond haar partner toch, en met hem een ganse hoop vrienden. Tegen kwart na zeven stond ik daarom op de Bateau, en waren we aan het wachten op de jarige. Die viel effectief compleet uit de lucht, kreeg een ganse speech, massa’s cadeautjes, en vooral een vree wijs feestje. Ik heb gedanst op de meest foute muziek, gekletst met vrienden van zowel school als de larpwereld, geluisterd naar een redelijk maffe rapper  zijnde Mike Letterfretter, en me vooral goed geamuseerd.

Merci, Eddy en Vallery!

Vallery

 

Tuinhuis! (Enfin, ’t is op komst)

Dat tuinhuis van ons, dat zal er ook niet zomaar gekomen zijn. Poeh!

Aan de basis lag helaas een stevige miscommunicatie, namelijk.

Begin oktober hadden we het oude tuinhuis leeggehaald en alles in de garage gepropt. Er zat nog iet of wat structuur in, maar je kon niet echt makkelijk aan het gerief. Enfin ja, het ging toch maar voor een maand of twee zijn. Op zes oktober werd het oude tuinhuis dan ook afgebroken.

Toen ze effectief ook aan de tuin bezig waren, was er blijkbaar wel communicatie tussen de tuinarchitect en de tuinhuisbouwer, want er werden blijkbaar wel afmetingen afgesproken, en er werd een stevige betonnen basis gegoten. Ha ja, dat konden ze beter zelf doen, de tuinmannen, want anders ging het aangelegde gras toch weer naar de knoppen zijn.

En dat was dat, zo bleek. Enfin, zo bleek toch een paar maand later.

Wat was er nu gebeurd? Tuinarchitect had offerte aangevraagd, tuinhuisbouwer had offerte opgestuurd, samen met nog een andere offerte, op 29 oktober. Blijkbaar had iemand bij de administratie niet gezien dat onze offerte ook aan die mail hing, en dat gewoon geklasseerd in het dossier van de andere persoon. Tuinarchitect hoorde niks meer en dacht dat tuinhuisbouwer rechtstreeks met ons contact had opgenomen, tuinhuisbouwer dacht dat het te duur was of zo omdat hij niks meer hoorde, en ik had onze wensen uitgelegd aan de tuinarchitect en dacht dat hij daarmee bezig was. Juist ja.

Tot ik uiteindelijk aan de architect vroeg waar dat tuinhuis nu bleef, en hoe dat in elkaar zat. Die viel uiteraard uit de lucht. En toen was er bouwverlof. Bon, na nog wat vijven en zessen had de architect contact opgenomen met de tuinhuisbouwer en gevraagd om er wat spoed achter te zetten, en mij de offerte doorgestuurd.

Toen ging het plots snel.

Woensdag ben ik langsgegaan bij de tuinhuisbouwer, die er inderdaad van wist en er meteen mijn dossier bijnam, mij de uitleg gaf rond het tuinhuis en me zelfs toonde hoe het eruit ging zien. Ik stond daar om half vier, tegen kwart voor vijf zat de nieuwe offerte in de bus, en zat de timing op eind maart. Gisterenmorgen heb ik terug gemaild ter goedkeuring, een uurtje later kreeg ik al telefoon wanneer de eigenaar zelf mocht langskomen om de staat van de betonplaat te bekijken en ze exact op te meten. Deze morgen stond die mens hier al (terwijl ik nog aan het lesgeven was), deze middag  kreeg ik telefoon om nog een probleempje uit te klaren, en wist hij te vertellen dat er door de regenval een paar projecten opgeschoven waren, en dat ze het tuinhuis kwamen plaatsen op 10 februari. Op voorwaarde dat ik er, net zoals zij, geen gras over liet groeien.

En ik, ik ben doodcontent, en heb al meteen de donderdag in de vakantie (dag na plaatsing) vrij gehouden om het tuinhuis meteen al op te vullen en dus de garage uit te mesten. Ik kijk er zó hard naar uit!