En nog een dagje zonder de kinderen te zien, of toch nauwelijks

Het is de laatste werkdag, en het is maar best ook, want mijn pijp is uit. Enfin, morgen of overmorgen kom ik nog wel eens terug, wellicht, maar officieel is het vandaag.

Deze morgen zat ik al om half negen met de leerlingen van de vierdes op school, om rapporten uit te delen en stand by te zijn om de boeken te laten ophalen. Om half elf mochten de leerlingen dan hun examen komen inkijken en bespreken. Omdat er sowieso weinig animo was – de laatste dag + de warmte – kon ik ondertussen toetsen en dergelijke sorteren. Ambetant werk, maar het moet wel gebeuren.

Om half één mochten we de leerlingen de laan uit sturen, en werden we verwacht voor een algemene personeelsvergadering waarop algemeen directeur Brynaert ons zou toespreken. Ik zat al eventjes op hete kolen: wie ging onze nieuwe directie zijn? Want ik heb dit jaar heel fijn samengewerkt met Anja, maar vooral met onze nieuwe adjunct Marino. Helaas… Anja wordt effectief de nieuwe directeur – yay! – maar we zijn Marino wel kwijt: hij wordt directeur van de middenschool van het Lyceum. Op zich een mooie promotie, maar toch sterk gemengde gevoelens. En toen viel ik van verbazing bijna van mijn stoel. Want uiteraard werd ook de nieuwe adjunct aangekondigd, en dat werd, totaal onverwacht voor mij, de vrouw van mijn neef, zijnde Sofie Vercoutere! Een vriendin en familie dus! Ik stuurde haar onmiddellijk een smsje, en ze zei dat ze inderdaad niks had mogen zeggen. Kan ik wel begrijpen, maar man, wat een verrassing! Enfin, ik weet nu al dat ze dat heel goed zal doen, ik heb er het volste vertrouwen in.

Daarna zijn we met een aantal blijven picknicken in de binnentuin, waar het in de schaduw heerlijk toeven was. De broodjes kwamen misschien wel wat laat, maar smaakten des te beter.

Ik ben nog heel even langs huis gegaan om een brood te gaan brengen. Ha ja, ik kon er de jongens niet om sturen, want die waren na school opgehaald door Barbara, een ander nichtje, die Barts kinesiste is en wier zoontje vandaag een verjaardagsfeestje gaf. En niet zo maar een verjaardagsfeestje: een heus bosspel met alles erop en eraan! Dat kan, als je in de Lembeekse bossen woont natuurlijk!

Ik repte me terug naar school voor het oudercontact, waar ik toch de volle vier personen heb gezien op drie uur tijd. Maar tegen het einde kreeg ik knallende koppijn. Een Panadol van een gram haalde blijkbaar zelfs niks uit, maar toch nog bedankt aan de gulle collega die me probeerde te helpen. Ik reed naar Lembeke, en zag intussen ronduit scheel van de koppijn. Ginder heb ik een boterhammetje gegeten in de hoop dat dat iets zou uithalen, maar helaas.

De hele weg terug heb ik keihard op mijn tanden zitten bijten om me toch maar op de weg te concentreren, maar zodra ik thuis kwam, ben ik richting toilet gespurt en beginnen overgeven. Tsja. Daarna heb ik me op de zetel gelegd, met een kussen op mijn kop, en heb me twee uur niet verroerd, kotsmisselijk. En toen was het plots voorbij. Compleet. Zomaar. Ik heb zelfs nog met Bart naar tv gekeken en een ijsje gegeten. Bizar. Ik vermoed dat het migraine was, als ik het zo hoor. Bleh.

Maar nu is er dus vakantie. Of, zoals Wolf blijkbaar had verkondigd tegen Barbara: “50% kans dat mama morgen of overmorgen ziek wordt. Het is elk jaar van dat.” Juist ja.

Vakantie, zegt u?

Dokters en braces

Vandaag zijn er op school deliberaties voor de derdes, en aangezien ik geen derdes heb, had ik een dagje thuis. Heerlijk, gewoon, zeker omdat de kinderen nog op school zitten.

Ik bracht hen rustig naar school, deed boodschappen, en ging lunchen in het Boneryck met mijn wederhelft, die het zelfs zag zitten om op het terras te eten. Zalig!

Hij voelde zich bij het vertrek honderd man sterk, oordeel zelf maar:

IMG_6598

Maar na het voor- en het hoofdgerecht zat een koffietje er toch niet meer in: hij wou nog even liggen thuis, voor we om drie uur in het ziekenhuis moesten zijn.

Daar is alles trouwens bijzonder efficiënt: niet langer dan vijf minuten moeten wachten. Maar dokter Schepens was formeel: Bart heeft echt wel een zwaar letsel. Zijn kruisband is afgerukt (en vastgezet aan het been door drie gaatjes te boren en daardoor te naaien, zoals bij mijn enkel is gebeurd), en die heeft op zijn beurt een stukje bot afgerukt aan de eminentia van de tibia, dat met een vijs terug is vastgezet. De knie moet bij de val volledig uit de kom zijn gegaan, want ook bij de operatie ging hij onmiddellijk weer uit de kom. De laterale gewrichtsband is ook geraakt, maar moet vanzelf genezen. Maar door het impact is ook de achterkant van het gewrichtsplateau een paar millimeter ingedeukt. Daar is hij echter af gebleven, want volgens zijn zeggen is daar de remedie erger dan de kwaal. Het moet allemaal wel goed komen, en Bart zou zelfs weer kunnen gaan lopen, met tijd en boterhammen. En een brace en kine. Véél kine.

Zijn afneembare spalk/gipsvervanger moet hij blijven gebruiken ’s nachts, omdat hij zijn been zo veel mogelijk gestrekt moet houden. Voor overdag heeft hij een nieuwe, plooibare brace nodig die zijn kruisbanden volledig ontziet. Hij mag ook voorzichtig, mét krukken, steunen op zijn been.

En Talinn? Dat raadde Schepens categoriek af. We gingen er niks aan hebben, zei hij. En naar wat ik vanmiddag na de lunch heb gezien, kan ik er wel inkomen, ja. Bart zou het nooit een ganse dag volhouden, zelfs niet in een rolstoel. Maar het is wel absoluut niet leuk, natuurlijk. Volgend jaar misschien beter…

Enfin, wij nog naar de De Pintelaan om een brace. Morgen moet ik de hele dag werken, woensdag is Bart zowat de hele dag weg, en het zou anders ten vroegste donderdag zijn. Goh ja, de kinderen konden wel eventjes zonder ons, ze zijn groot genoeg intussen. Maar we hadden helaas niet op het verkeer gerekend, zodat we eigenlijk meer dan een uur weg waren om die brace.

Maar ze hadden zich thuis al lang zelf van een ijsje voorzien, hun boekentassen geleegd, en in het zwembadje wat afgekoeld, en ze zaten rustig naar tv te kijken toen wij thuis kwamen.

Gotta love those kids of mine!

Hihi-haha-robot en andere onzin

De titel van dit postje is hetgeen de kinderen vandaag hebben gemaakt. Hoe ze erop zijn gekomen, weet ik niet, maar ik weet wel dat ze verdacht stil waren bij momenten, gisteren en vandaag. Ik geloof dat Bart hen iets had getoond of zo. In elk geval hebben ze er met hun drietjes aan geknutseld. Allez, Merel niet zoveel, maar ze vond het wel de max, zeker die krultong die ze erbij gemaakt hebben.

IMG_6588

IMG_6586

IMG_6585

In de namiddag mocht Wolf naar een verjaardagsfeestje op de terreinen van de GUSB, en het was precies wel de max. Hij kwam thuis met een hoop cadeautjes, waaronder een grote minion-ballonfiguur. De benen was hij helaas ergens kwijtgespeeld.

IMG_6596

En intussen speelden de kleintjes in een klein zwembadje, terwijl ik een poging deed het lange gras te kortwieken.

IMG_6591
IMG_6590

En uiteindelijk werd een pracht van een rustige dag besloten met het avondeten buiten, en daar geniet ik immens van.

IMG_6595

Een dagje van helemaal niks. Of toch bijna

Ik geef toe, ik zat laat in mijn bed – half vier, dat ben ik niet meer gewoon – maar slapen tot elf uur, dat overkomt me eigenlijk nooit, zelfs niet als ik zo laat ga slapen. Ik moet echt wel hondemoe geweest zijn. Bart had me laten slapen, en als ik nu nog naar de winkel moest, moest koken en zorgen dat Kobe om twee uur op een verjaardagsfeestje was, ging het echt wel stresserend worden. Dat had Bart ook gezien, en hij stelde voor om op restaurant te gaan. Hier in de buurt was er niet echt iets deftigs open – ik wilde eigenlijk een grote salade met alles erop en eraan, lekker en gezond – en dus reden we naar ’t stad, rolstoel in aanslag, om naar het Lepelblad te gaan. We laveerden met Bart tussen de mensen door, en installeerden ons in het restaurant. Jongens, ik heb hier echt van genoten! Gewoon met mijn gezinnetje dat ik afgelopen week nauwelijks had gezien, en lekker rustig. Heerlijk gewoon.

En in de namiddag heb ik eigenlijk niet veel anders gedaan dan de boodschappen en de was. Dat was eigenlijk al meer dan genoeg, voor een lekker luie zaterdag. Poeh.

Alweer een hectische, maar mooie dag.

Hij begon gelukkig niet al te vroeg. ’t Is te zeggen: om zeven uur stonden we op, zoals altijd, maar ik had rustig de tijd om de kinderen naar school te brengen, want de klassenraden startten maar om 10.00u vandaag. Ik kon na mijn klassen nog net snel naar huis om te eten, en trok na een kwartier alweer richting school, om de hele muzikale omlijsting van de proclamatie eens door te nemen op het podium zelf, en dus ook de techniek af te stellen. De geleende piano liet nogal wat te wensen over, maar bon, het moest maar. Toch zijn we ook nog weer even bij die ene leerling thuis gaan oefenen, en het klinkt intussen echt wel zoals het moet. Best, want de proclamatie was ’s avonds al.

Ik had – ik geef het toe – iets te veel hooi op mijn vork genomen: ik doe zoals elk jaar de muzikale omlijsting, en dat betekent dat ik zorg dat alle attributen op het juiste moment op het podium staan, en dat de leerlingen precies weten wat ze moeten doen. Tegelijk had ik dit jaar alle foto’s te nemen. Vorig jaar deed ik dat ook wel, maar geheel vrijblijvend. Dit jaar moest ik klasfoto’s nemen, en daarnaast ook nog een foto van elke leerling die een speciale prijs kreeg, plus uiteraard sfeerfoto’s van de ganse proclamatie en alle sprekers. En dat terwijl ik aan geen kanten een fotograaf ben, ik heb alleen een haalbaar toestel en ik doe het wel graag. Het is eigenlijk langzamerhand tijd dat ik ergens een cursus volg… Daarbij had ik net voor de proclamatie een houten bankje op mijn voet laten vallen, en dat deed eigenlijk gemeen pijn. Enfin, de bewuste foto’s zijn hier te vinden.

Na afloop help ik doorgaans de leerlingen met al hun spullen, maar deze keer kreeg ik de vraag of ik professor Vermeersch, die de promotor was van deze promovendi en dus de laudatio had uitgesproken, even wilde begeleiden naar de eetzaal. Ik raakte in gesprek met hem, en man, die mens heeft mijn mond doen openvallen. Naast moraalfilosoof is hij ook classicus, en dus begon ik een gesprek met hem daarover. Hij vroeg welke auteurs wij geven in Latijn en Grieks, e, begon prompt ganse stukken Latijn te citeren, meer dan ik zelf kan. Maar daarnaast begon hij ook in het Grieks, en declameerde even de intro van de Antigone. En schakelde daarna vlot over op het Dorisch, een dialect waarvan ik me nog met moeite het bestaan herinnerde. Hij legde uit dat hij namelijk lang het vak Griekse Wetenschap van de Oudheid (of zoiets) had gedoceerd, maar dat dat daarna niet meer werd gegeven, omdat je nu eenmaal zowel Grieks als wetenschappen op je palmares moest staan hebben. Hij vertelde dat hij vooral Archimedes en Euclides in het Grieks gegeven had, en begon prompt ganse stukken op te dreunen. Ik herkende het als zijnde Grieks, maar daar hield het echt mee op. En die mens is tachtig. Tachtig! Wow… Ik moest helaas gaan opruimen en heb hem ‘doorgeschoven’ naar mijn directie, maar serieus, ik wou dat ik maar een fractie van ’s mans brein had…

Aansluitend was er een lange receptie waar met zodanig veel hapjes werd rondgegaan, dat ik eigenlijk gewoon te veel gegeten heb. Ik eindigde buiten op een bankje tussen een aantal van mijn zesdes, en die overtuigden me om mee te gaan naar I love Summer, een grote fuif in het lokale jeugdhuis ’t Choseken. Ik ben snel naar huis gereden om een jeans aan te trekken in plaats van mijn diep uitgesneden kleedje, en ben nog mee op de lappen geweest.

Ik heb me echt wel goed geamuseerd, en vooral: ik werd bekeken als een tropische vis in een aquarium bliekjes. Niet dat ik er de oudste was, maar ongeveer driekwart van het publiek was leerling of oudleerling, en een leerkracht op zo’n fuif, da’s blijkbaar iets bijzonders. Een van de vijfdes die blijkbaar al wel wat op had, zag me en gaf me spontaan een knuffel. Waarop een andere vijfdejaars wat later naar me toe kwam: “Ey, mevrouw, ’t schijnt dat wij u mogen knuffelen?” Ik schoot in de lach en knikte bevestigend, waarop ik alweer stevig geknuffeld werd. Ik ben benieuwd naar hun reacties dinsdag op school :-p Maar ook van de oudleerlingen zijn er een pak naar me toegekomen: “Oh, zo wijs dat gij hier zijt, mevrouw! Hoe is ’t?” Ik voelde me in elk geval niet onwelkom, alleen een beetje onwennig bij momenten. En ik heb ook wel stevig staan dansen. Ik ging amper een uurtje blijven, maar het was toch wel drie uur voor ik thuis was. Enfin, na achttien jaar afwezigheid nog eens op een jeugdhuisfuif, het moet wel eens kunnen :-p