Parkwandeling

Het was vandaag zo mooi weer, en de herfst is dan zó mooi, dat ik bijna niet anders kon dan de kinderen lekker warm aan te kleden, en vijf kilometer verderop naar het park Claeys-Bouüaert in Mariakerke te rijden. Het park aan mijn school, jawel.

park01

park02

park03

park04

park05

Ik denk dat ze er alledrie even hard van genoten hebben. Kobe was bijna onmiddellijk zijn klasgenootje Rihanna tegen het lijf gelopen, en even later ook Sebastiaan, die bij ons in de straat woont.

park06

park07

En Merel, die zat in haar buggy, en keek haar ogen uit. Lekker warm in haar prachtige nieuwe jasje (dat ik al had gekocht toen ze nog niet eens geboren was).

park08

park09

park10

park11

En op het einde was er natuurlijk ook het kleine speeltuintje. Man, da’s toch altijd plezierig!

park12

park13

park14

Vakantie

’t Is vakantie. Eindelijk. Want deze keer was ik er écht aan toe: ik kon mijn leerlingen wel één voor één tegen de muur nagelen. Met van die kleine kleine spijkertjes. Bij voorkeur door het vel heen.

Echt.

Mijn stressbestendigheid is duidelijk niet meer wat ze geweest is.

Verkavelingswijzigingsaanvraag is binnen

Oef.

Daarnet heb ik bij Stedenbouw het verkavelingswijzingingsaanvraagdossier binnengebracht. Eindelijk.

De hele zomer heb ik handtekeningen verzameld, daarna heb ik van de architecte het ingevulde dossier gekregen, en vandaag kon ik er eindelijk werk van maken.

Gisteren heb ik alle brieven voor de huiseigenaars die ik niet kon bereiken, opgesteld, met telkens een aangepast plannetje met uitleg erbij. Vijftien stuks, jawel. Deze morgen ben ik dan eerst naar de logopedie gegaan, en daarna richting postkantoor om die vijftien brieven aangetekend te versturen. 84 euro. Dan kopies in zesvoud van de bewijsjes van aangetekende zending, de dossiers in elkaar gestoken, en dan richting Administratief Centrum Zuid, waar ze me wisten te vertellen dat ik eigenlijk in Mariakerke moest staan. Maar dat ze het dossier wel wilden aannemen en nakijken of er wel alles inzat, alsof het met de post zou verstuurd zijn. Het bleek in orde te zijn, oef.

En dus viel er een pak van mijn hart. Een steen van mijn maag. Want dit dossier, het had toch enige voeten in de aarde. Nu moet ik nog wachten op bevestiging per post van de volledigheid van het dossier. Dan moet Stedenbouw het nakijken, en dan moet het ter goedkeuring voorgelegd worden aan het Schepencollege. Het kan dus nog wel eventjes duren. Maar bon, we zijn alweer een stap dichter.

(En dan heb ik mezelf beloond met een prachtig diepblauw-naar-paars-neigend hoedje, hemdjes voor Merel, een wollen truitje voor Bart, en een hoop volkorenkoeken van bij de Hema. En een vegetarische lunch bij de Pacha Mama.

lunch)

Geschaafd

Ik was volop bezig met administratieve dingen (da’s voor de volgende post) en zat net neer in de Pasha Mama (in de buurt van het Sint-Pietersplein) om iets te eten, toen mijn telefoon ging: de kleuterschool. Kobe was gevaarlijke spelletjes aan doen geweest met een paar van Wolfs vrienden – goh dat klinkt zo fout! – zat op de rug van een van de grote terwijl die aan het ronddraaien was, en donderde er natuurlijk af. Met zijn gezicht tegen de stenen. Juf Caroline wist me te vertellen dat hij ontroostbaar was, dat gans zijn gezicht geschaafd was maar dat ze het al ontsmet hadden, en of ik niet kon komen.

Zucht.

Ik heb snel mijn eten naar binnen gewerkt en ben naar de school gereden, maar daar zat toch nog drie kwartier tussen. Tegen dan was hij al grondig getroost door zijn broer – alle juffen, inclusief de directrice, waren sterk onder de indruk van Wolfs kunnen – en was hij een van de juffen aan het helpen met administratief werk. Het zag er fraai uit.

Ik moest helaas nog naar de tandarts (ik zat al een week met lichte tandpijn, maar kon pas vandaag gaan, en wilde dat écht niet meer uitstellen) maar Kobe mocht gerust blijven. Om twintig over drie heb ik hem dan opgehaald, en hij was nog steeds serieus onder de indruk. Hij had ook een stevige buil, maar gelukkig was zijn oog niet geraakt, en had hij ook geen hersenschudding. Het had veel erger kunnen zijn, dus.

Als hij er nu maar kan afblijven als het een korst wordt, want dan vrees ik voor littekenvorming.

geschaafd

(Oh, en een moeder, toen we naar huis gingen: “Moh, die Halloweenschmink is knap gedaan! (Toen we dichter kwamen) Oei! Da’s echt, of wa! Oh, dat dutske!”)

Potje

Toen ik Merel daarstraks ging ophalen in de creche, had ze haar kousenbroek niet aan, en hing haar bodytje open. Ha ja, want ze waren die dag met een paar van de oudere peuters begonnen met potjestraining, en ook Merel had zich bijzonder geInteresseerd betoond, dus hadden ze haar maar erbij genomen.

Ik kreeg dus de vraag om in het vervolg hemdjes aan te doen, en eens voor pamperbroekjes te zorgen, in plaats van gewone pampers.

Trots gaf ik thuis Merel ook een potje, waar ze prompt op ging zitten. En daar duidelijk van genoot, bekijk maar de foto van de dag.

Na vijf minuten ging ze eraf, zonder resultaat, en deed ik haar weer een pamper aan. En tien minuten later wilde ze opnieuw op dat potje. Ik liet haar doen, en deze keer was er wél wat te zien: ze had niet alleen geplast, maar ook een kakje gedaan. Tot haar eigen grote consternatie. Want dat kon niet, dat mocht niet! Potjes waren voor pipi, en daar was nu ook kaka! Ze panikeerde bijna, en ik kwam niet meer bij van het lachen. Arme kleine meid!

Pas toen we samen het potje gingen legen in het toilet, was ze er gerust in. Mama had haar uiteraard ook gerustgesteld over de kaka, en haar flinke gedrag uitgebreid geprezen, en toen zag ze het weer volledig zitten.

Ik denk dat ik morgen maar eens om van die pamperbroekjes ga. Want geef toe: uit de (dag)pampers zijn, het zou zalig zijn!

Buiten

Buiten lesgeven, het mag eigenlijk niet. Je stoort meestal de andere klassen, en de leerlingen zijn doorgaans veel meer afgeleid. Daarnaast is het ook bijzonder slecht voor de stem, want het geluid is veel diffuser en je moet je dus harder inspannen.

Maar vandaag kon ik er toch niet aan weerstaan. Tweeëntwintig graden buiten, en een klasje vierdes van vijf leerlingen. Jawel, vijf. De andere klas vierdes telt 25 leerlingen, maar een andere, logischer splitsing kon niet. En een groep van dertig leerlingen is écht lastig, vandaar. Vijf leerlingen, Griekjes.

En buiten aan de kant van de sportzaal, waar je dus eigenlijk geen andere klassen stoort, staan er van die picknickbanken. Perfect voor zes mensen. Ik ging in het midden zitten, zij zaten rondom mij, en ik vertaalde Sallustius met hen. Het was geen doceren, het was samenwerken. Zoals één van hen opmerkte: “Dit is gewoon de sfeer van aan die Engelse colleges. Je weet wel, van die praatgroepen aan de universiteit bij een van de professoren in zijn bureau, zoals je altijd ziet in films”.

Hij had overschot van gelijk. Het was eigenlijk gewoon gezellig. Ik weet in elk geval wat ik met dat groepje ga doen, zodra het in de lente weer mooi weer wordt.