Geek

Vorige week vrijdag heb ik meegedaan aan de onvolprezen jaarlijkse quiz bij ons op school, zijnde het Koninklijk Atheneum Mariakerke.

Er was een ronde ‘informatica’ bij, en met rode kaken moest ik toegeven dat ik niet wist waarvoor USB staat. (U wel, eigenlijk?) Iets later blonk ik echter van trots: ikke, die nooit informatica gehad heb, of iets dat maar in de buurt komt, die haar sites gewoon vraagt aan haar man, jawel, ikke, ben erin geslaagd het getal 30 in binaire code te schrijven door logisch na te denken. Ok, het heeft vijf minuten denkwerk gevraagd en wat gekriebel op een papiertje, maar bon, het resultaat was wel correct!

Geek, moi? Nah! (just by proxy :-p )

Lieva.

Vorige vrijdag is mijn tante begraven. Tsja, such is life natuurlijk.

Ware het niet dat ze voor mij de eerste is van de generatie van mijn ouders die gestorven is. Dat maakte mijn eigen vader plots zo sterfelijk, en dat gevoel had hij duidelijk zelf ook. Ze was amper twee jaar ouder dan hij, 68, en compleet verteerd door de longkanker (zo bleek achteraf). Zelf bleef ze koppig ontkennen dat er iets mis was, ze weigerde heel erg lang om naar een dokter te gaan, en toen ze zich uiteindelijk liet opnemen in het ziekenhuis, wilde ze niemand zien. We wisten niet eens wat er precies scheelde. Wij hebben haar de hand gereikt, geprobeerd contact te leggen, zelfs aan haar deur in het ziekenhuis gestaan, maar nee, ze weigerde. Zo is ze dus ook gestorven: helemaal alleen, vrij onverwacht, en zonder enig menselijk contact.

Was ze geliefd? Helaas. Zal ze gemist worden? Alleen door haar eigen moeder, die tot een paar weken geleden nog samen met haar in één huis woonde. Dat moet vreselijk zijn, je eigen kinderen moeten begraven, zelfs al ben je zelf 97 en was je dochter 68, en zat daar een serieuze vijs aan los.

Ergens heerst er zelfs opluchting: nu krijgt de rest van de familie eindelijk de kans deftig voor oma te zorgen, zonder de maniakale bemoeienis van tante. Nu is tante geen zorgenkind meer, waarover iedereen met zijn handen in het haar zit en niet weet wat aan te vangen. Nu heeft ze zelf eindelijk rust.

Het werd dus een begrafenis met sterk gemengde gevoelens. Enerzijds was er wel degelijk een familielid gestorven, en werden vooral haar broers en zussen geconfronteerd met eigen sterfelijkheid. Anderzijds was er opluchting: ze is er eindelijk niet meer. En toch heb ik een paar tranen gelaten. Eerst en vooral toen ik mijn grootmoeder zag: een machtig sterke vrouw, een dame, die haar emoties zoveel mogelijk verborg.

En dan toen ik het gedicht op het santje las. Ik weet niet van wie het is, ik weet wel dat het perfect verwoordt wie mijn tante was.

Van waar zijn toch die stemmen,
die dwalen door mijn hoofd,
mijn hart zo nauw omklemmen,
verward en nooit geloofd?

Hoe kan ik ze ontvluchten?
Zij breken veel in mij
en dragen wrange vruchten,
vol onbegrip en medelij.

God, zucht mijn laatste rede,
Uw almacht is zo groot,
geef mij toch uw vrede
en stilte voorbij de kilte van de dood.

Het ga je goed, Lieva.

Voet

Gisteren ben ik nog eens naar de orthopedist geweest. Ikzelf had een lichte verbetering vastgesteld, maar eigenlijk niet veel meer dan dat. Ik loop nog steeds met die speciale laars, en dan heb ik geen pijnstillers nodig. Zodra ik blootsvoets loop, of met gewone schoenen, begint het wel weer pijn te doen.

Dit weekend ben ik op LARPweekend geweest. Normaal gezien loop ik daar kilometers, maar deze keer wist ik dat ik me bijzonder koest ging moeten houden. Bepaalde stukjes heb ik per fiets gedaan (nog eens bedankt, Gunther, om er eentje mee te brengen voor me) maar af en toe moest ik toch een 500 meter te voet. Vijf-honderd meter. Ocharme. En telkens ging ik, zwetend van de pijn, prompt zitten en slikte een nieuwe, zware pijnstiller. Dus bij een beetje belasting (een betere naam voor 500 meter heb ik niet) ging mijn voet onmiddellijk weer behoorlijk pijn doen.

En toch was de orthopedist bijzonder positief. Hij heeft hard zitten trekken en duwen, en vond het een hele verbetering. Fijn. Yay. Joepie. Ik mag de inspuitingen (een 50tal intussen) verminderen naar om de andere dag, en zelfs de laars beginnen uitlaten. Dat laatste zie ik niet zitten: zonder doet het echt nog veel pijn. Kine nog steeds drie keer per week.

Zucht. Ik begin er genoeg van te krijgen. Doorgaans ondervind ik er weinig hinder van, maar dit weekend voelde ik me echt gehandicapt. Bijzonder beperkt in mijn bewegingsvrijheid. Gelukkig heb ik voor de rest een schitterend weekend gehad, of ik was er helemaal depressief van geworden.

Sudeck, iemand?

Sonicare

philips-hx6732-sonicare-healthywhite-tandenborstel.jpg

(Opgelet: reclamerant! Niet dat ik er iets aan verdien, maar bon)

Een hele tijd geleden kreeg ik de Philips Sonicare Healthy White in de bus, om uit te proberen (en bij voorkeur te buzzen uiteraard).

Mja, nog maar eens een elektrische tandenborstel, what’s new, nee? Ik had al een Oral B, wat zou het verschil zijn?

Awel, ik ga me het ding aanschaffen (ik krijg gelukkig reductieprijs, geen idee wat het ding in feite kost), en dat zegt genoeg.

Het is een Sonicare, wat wil zeggen dat het onder andere met geluidsgolven werkt. Iedereen klaagde blijkbaar over het geluid, dus ik dacht dat dat wel aanzienlijk ging zijn. Ik deed zelfs netjes de deur van de badkamer dicht om de kinderen niet wakker te maken bij de eerste poging.
Ik schoot meteen in de lach: het ding lijkt wel een nijdig zoemende mug! Het trilt wel behoorlijk, en is al bij al een bizarre ervaring de eerste keer. Om de dertig seconden gaat er een soortement biepje af, en kan je een ander deel van je mond aanvallen. Na twee minuten krijg je nog twee keer 15 seconden, terwijl het ding op een andere manier gaat trillen, om je voortanden extra te poetsen, kwestie van ze witter te maken.

Ne mens kan het maar proberen zeker? Philips beweert dat het je tanden gladder en witter maakt. Wel, dat gladder, dat kan ik beamen! Nog nooit zo’n gladde tanden gehad, zelfs in die mate dat ik soms halverwege de dag mijn tanden wil gaan poetsen om dat gladde gevoel terug te krijgen. Nooit eerder gebeurd! En dat witte? Ik zou eens een foto moeten nemen van mijn tanden en daar een oude foto naast leggen, maar ik heb wel het gevoel dat ze witter zijn geworden, al kan dat wishful thinking zijn ook natuurlijk.

Eigenlijk poetst hij gewoon aangenamer dan een andere elektrische, is mijn gedacht. Ik ga dus niet terug naar mijn oude borstel (ook al omdat hij intussen is ingepikt door Wolf), vooral dat gladde gevoel vind ik fijn.

Mocht iemand graag zelf eens proberen, ik heb extra borsteltjes gekregen, en ik leen hem wel eens uit dan. Maar niet te lang :-p

Woensdagmorgen.

In de woonkamer hangt nog de lichte, onmiskenbare geur van het haardvuur van gisterenavond. Langzaam schuif ik de gordijnen open, waardoor het zonlicht naar binnen stroomt. Een felgekleurd windmolentje waait me tegemoet, en het gras glinstert bij elk zacht briesje.

De hond heft argwanend zijn kop op wanneer ik het speelgoed van de kinderen begin op te ruimen, maar droomt daarna ongestoord verder. Langzaam verdrijft de geur van verse koffie die van het verbrande hout, terwijl het gepiep van de microgolf me laat weten dat de melk warm is.

Behaaglijk vouw ik mijn benen onder me in de zetel, de latte in mijn handen, de krant naast me.

Ik mis mijn kat.